Vragen van het lid Fritsma (PVV) aan de minister voor Immigratie, Integratie en Asiel over het bericht dat een groot netwerk achter vele schijnhuwelijken is blootgelegd (ingezonden 27 juni 2012).

Vraag 1

Bent u bekend met het bericht «Groot netwerk achter vele schijnhuwelijken»?1

Vraag 2

Hoe vaak is verblijfsrecht verstrekt naar aanleiding van aanvragen waarin door de verdachte is «bemiddeld»? Wat zijn de nationaliteiten van de vreemdelingen die gebruik hebben gemaakt van de diensten van de verdachte? Is het verblijfsrecht van al deze vreemdelingen inmiddels ingetrokken en wordt thans gewerkt aan hun terugkeer naar het land van herkomst? Zo neen, waarom niet?

Vraag 3

Hoe heeft het kunnen gebeuren dat pas onlangs is gebleken dat hier sprake is van een grootschalige fraudezaak, terwijl de verdachte al in maar liefst 300 zaken heeft «bemiddeld»? Vormt het gebeurde voor u aanleiding om de door de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) uitgevoerde controle op fraude verder uit te breiden en aan te scherpen? Zo ja, welke maatregelen bent u voornemens te treffen?

Vraag 4

Kunt u toezeggen dat de vrouwen die zich in de betreffende verblijfsprocedures hebben laten gebruiken als «partner» worden geregistreerd en dat zij in de toekomst nooit meer als zodanig kunnen optreden? Welke andere maatregelen worden er tegen de zogenaamde partners getroffen?

Vraag 5

Is het waar dat in al deze zaken verblijfsrecht is verkregen op grond van de Europa-route? Zo ja, deelt u de mening dat hieruit opnieuw de noodzaak blijkt om die route zo snel mogelijk te sluiten? Zo neen, waarom niet?


X Noot
1

De Telegraaf, d.d. 26 juni 2012.

Naar boven