Vragen van het lid Jansen (SP) aan de staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu en de minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie over Van Gansewinkel en private equity (ingezonden 4 mei 2012).

Vraag 1

Wat is uw eigen oordeel over de financiële situatie bij de Van Gansewinkel Groep?1

Vraag 2

Deelt u de mening dat u in de beantwoording van eerdere vragen2 bent misleid door gegevens die het bedrijf u heeft aangeleverd, namelijk dat het bedrijf sinds 2009 geen negatief eigen vermogen meer heeft en dat de onderneming ondanks de crisisjaren naar eigen zeggen stabiele operationele resultaten realiseert?

Vraag 3

Wat is nu na zes jaar uw conclusie over de overname van Van Gansewinkel Groep door private equity fondsen? Heeft dit geleid tot verbetering van de verwerking van afval in Nederland? Zo ja, op welke wijze? Zo nee, waarom niet?

Vraag 4

Hoeveel werknemers worden met ontslag bedreigd nu men niet in staat blijkt de torenhoge schuldenlast waarmee de private equity fondsen Van Gansewinkel Groep hebben opgezadeld in te lossen?

Vraag 5

Welke garantie is er dat Van Gansewinkel Groep het afval in de toekomst op een zo hoogwaardig mogelijke manier inzamelt en verwerkt, in lijn met de zogenaamde ladder van Lansink? Hoe gaat u voorkomen dat Van Gansewinkel Groep, aangestuurd door private equity fondsen, afval zo goedkoop mogelijk en laagwaardiger gaat inzamelen en verwerken?

Vraag 6

Welke middelen heeft u ter beschikking om te voorkomen dat puur op geld gerichte speculanten en private equity fondsen een alles bepalende rol in een onderneming met een algemeen nut als afvalinzameling kunnen verkrijgen?

Vraag 7

Bent u bereid te bemiddelen bij de private equity fondsen, die nu bovenop Van Gansewinkel Groep zitten, om verdere afbraak van het bedrijf en het ontslag van de medewerkers te voorkomen? Zo nee, waarom niet?


X Noot
1

Financieel Dagblad, 3 mei 2012.

X Noot
2

Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2010–2011, nr. 3616.

Naar boven