Vragen van het lid Pechtold (D66) aan de minister van Buitenlandse Zaken over de situatie omtrent de Oekraïense oppositieleider Avakov (ingezonden 22 maart 2012).

Vraag 1

Wat zijn de huidige ontwikkelingen omtrent de Oekraïense oppositieleider Arsen Avakov, die volgens meerdere berichten vervolgd zou worden door de Oekraïense autoriteiten?

Vraag 2

Kunt u aangeven welke mogelijke rol Interpol heeft gespeeld in deze casus?

Vraag 3

Deelt u de mening dat na meerdere rechtszaken in Oekraïne die door de internationale gemeenschap werden beschouwd als illegitiem en politiek, Nederland en de Europese Unie de vinger aan de pols dienen te houden in vergelijkbare gevallen? Hoe krijgt dit concreet vorm?

Vraag 4

Hoe spreekt u, zowel in bilaterale contacten als via de Europese Unie en de relevante VN instrumenten, Oekraïne aan op internationaalrechtelijke verplichtingen op het vlak van mensenrechten en staatsrechtelijkheid? Bent u bereid te bevorderen dat artikelen die normale politieke besluitvorming voorwerp van het strafrecht maken uit de Oekraïense Strafwet gehaald worden en dat aanklachten tegen voormalige bewindspersonen en bestuurders die op deze artikelen zijn gebaseerd worden ingetrokken?

Vraag 5

Bent u bereid in uw contacten de casus-Avakov specifiek te adresseren?

Naar boven