Vragen van het lid Dijkgraaf (SGP) aan de staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie over de regioindeling in het Pachtprijzenbesluit (ingezonden 6 februari 2012).

Vraag 1

Bent u op de hoogte van de knelpunten met betrekking tot de wijze waarop de robuuste regioindeling in het Pachtprijzenbesluit uitpakt voor ondernemers in deelgebieden met gronden met een inherent, relatief laag opbrengend vermogen, zoals de indeling van de Wieringermeerpolder in de pachtregio IJsselmeerpolders1 en een deel van de Utrechtse Heuvelrug (zandgrond) in de pachtregio Rivierengebied?

Vraag 2

Op welke wijze heeft u vormgegeven aan uw toezegging dat u de zogenaamde Grondkamerroute (artikel 7:333 Burgerlijk Wetboek) nauwgezet zal volgen en, indien de praktijk daartoe aanleiding geeft, maatregelen zal treffen?2 Wat heeft dit opgeleverd?

Vraag 3

Op welke wijze heeft u vormgegeven aan uw toezegging om naar de gebiedsindeling te kijken en eventueel aanpassing van grenzen te overwegen? Wat heeft dit opgeleverd?

Vraag 4

Hoe weegt u de genoemde knelpunten?

Vraag 5

Hebben de uitkomsten en maatregelen naar aanleiding van de in de vragen 2 en 3 genoemde trajecten consequenties voor de genoemde knelpunten? Zo ja, welke?

Vraag 6

Bent u bereid in overleg met LTO, de Bond van Landpachters en andere betrokken partijen in kaart te brengen in welke deelgebieden het opbrengend vermogen van de grond in redelijkheid niet aansluit op het regiogemiddelde, zoals de in vraag 1 genoemde voorbeelden? Bent u bereid deze knelpunten aan te pakken door bijvoorbeeld de gebiedsindeling aan te passen?


X Noot
1

www.nieuweoogst.nu; «Wieringerland vecht pachtregio aan»; 9 december 2011.

X Noot
2

Kamerstuk, 27 924 nr. 54, p.5.

Naar boven