Vragen van het lid Omtzigt (CDA) aan de staatssecretaris van Financiën en de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de problemen van dwangarbeiders met de Duitse Belastingdienst en geëmigreerde gepensioneerden met een ABP-pensioen (ingezonden 2 december 2011).

Vraag 1

Bent u bekend met het feit dat er nog steeds mensen zijn die naheffingen van de Duitse Belastingdienst ontvangen, omdat zij tijdens de Tweede Wereldoorlog dwangarbeid hebben verricht in Duitsland en daarbij een karig pensioen hebben opgebouwd?

Vraag 2

Hoe verhoudt dit zich tot uw eerdere antwoord d.d. 26 september 20111 dat vooruitlopend op de wijziging van de Duitse wet de Duitse Belastingdienst alvast een vrijstelling voor dwangarbeiders zal toepassen? Gaat u nu met dezelfde voortvarendheid als de Belgische minister van financiën Financiën er bij de Duitse Belastingdienst op aandringen dat er geen naheffingen worden opgelegd aan vroegere dwangarbeiders?

Vraag 3

Heeft u inmiddels bij de Duitse autoriteiten geïnformeerd of de vrijstelling van toepassing is op alle dwangarbeiders of op een bepaalde categorie dwangarbeiders? Indien de vrijstelling alleen van toepassing blijkt op een bepaalde categorie dwangarbeiders, welke categorie dwangarbeiders is dat en wat gaat u eraan doen om te zorgen dat de vrijstelling voor alle dwangarbeiders zal gelden?

Vraag 4

Wat kunnen mensen met een dergelijk uit dwangarbeid opgebouwd pensioen doen als zij de Duitse belastingaanslag reeds betaald hebben, bijvoorbeeld omdat zij geschrokken waren van de Duitse aanmaningen? Hoe krijgen deze mensen hun teveel betaalde belasting weer terug?

Vraag 5

Hoe wordt deze groep van voormalige dwangarbeiders geïnformeerd over de stand van zaken van het overleg tussen de Nederlandse en Duitse autoriteiten en over het antwoord op de vraag of zij onder de vrijstelling vallen?

Vraag 6

Kunnen deze voormalige dwangarbeiders een excuusbrief van de Nederlandse of Duitse Belastingdienst (in het Nederlands) verwachten over de gang van zaken?

Vraag 7

Hoe staat het met het overleg tussen de bevoegde autoriteiten van Nederland en Duitsland op grond van artikel 25 van het Belastingverdrag om een structurele oplossing te vinden voor het probleem dat zowel Nederland als Duitsland het ABP-pensioen van een naar Duitsland geëmigreerde Nederlander willen belasten?

Vraag 8

Bent u bekend met het feit dat ook België inmiddels belastingaanslagen verstuurt naar geëmigreerde Nederlanders met een ABP-pensioen? Wat gaat u eraan doen om te voorkomen dat ook deze emigranten in twee lidstaten belasting verschuldigd zijn over hetzelfde pensioen? Hoe gaat u voorkomen dat ook andere lidstaten dan België en Duitsland het ABP-pensioen in de heffing zullen betrekken, waardoor geëmigreerde Nederlanders voorlopig met dubbele belastingaanslagen zitten?

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen van het lid Omtzigt (CDA), ingezonden op 2 september 2011 over de problemen die grensarbeiders ondervinden bij de Nederlandse en Duitse Belastingdienst en overige overheidsinstanties aan beide kanten van de grens (vraagnummer 2011Z16737).


X Noot
1

Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2011–2012, nr. 129.

Naar boven