Vragen van het lid Dijkstra (D66) aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over een Argos-reportage over het (dis-)functioneren van trombosediensten (ingezonden 17 november 2011).

Vraag 1

Klopt het bericht dat in een jaar tijd minstens vijfentwintig mensen om het leven zijn gekomen door verkeerd gebruik van anti-stollingsmedicatie?

Vraag 2

In hoeverre is dit een gevolg van gebrekkige communicatie tussen zorgverleners, zoals in het radioprogramma Argos gesuggereerd werd?

Vraag 3

Hoe groot is het verschil in kwaliteit tussen de verschillende trombosediensten, en hoe wordt de kwaliteit van de dienstverlening door trombosediensten gewaarborgd?

Vraag 4

Welke verbetertrajecten zijn naar aanleiding van het IGZ-rapport «Keten trombosezorg niet sluitend» in 2008 ingezet? Zijn de afspraken die de Inspectie voor de Gezondheidszorg hiertoe met de trombosediensten maakte nagekomen? Hoe kan geconstateerd worden of de kwaliteit van de dienstverlening door trombosediensten daadwerkelijk verbeterd is?

Vraag 5

In hoeverre worden gegevens over de kwaliteit van de dienstverlening betrokken bij de financiering van trombosediensten? Zijn er voldoende prikkels om de effectiviteit en doelmatigheid van de dienstverlening continu te verbeteren?

Vraag 6

Wat vindt u van de suggestie om de inkoop van zorg bij trombosediensten, gebaseerd op gegevens over de kwaliteit en de kosten van zorg, neer te leggen bij zorgverzekeraars, al naar gelang de inkoop van zorg bij ziekenhuizen?

Naar boven