Vragen van het lid Timmermans (PvdA) aan de minister van Buitenlandse Zaken over het bericht dat Nederland een gezamenlijk EU-standpunt Midden-Oosten blokkeert (ingezonden 3 oktober 2011).

Vraag 1

Kent u het bericht «Nederland blokkeert gezamenlijk EU-standpunt Midden-Oosten»?1

Vraag 2

Is het overleg over het gezamenlijk EU-standpunt op 28 september jl. afgeproken?

Vraag 3

Is het overleg over het gezamenlijk EU-standpunt afgebroken omdat Nederland zich niet kon vinden in de tekst van de gezamenlijke verklaring? En zo nee, waarom dan wel?

Vraag 4

Welke redenen zijn er voor Nederland om zich te verzetten tegen een gezamenlijke EU-verklaring?

Vraag 5

Deelt u de mening dat het betreurenswaardig is dat er geen gezamenlijke EU-verklaring tot stand is gekomen?

Vraag 6

Kunt u achtereenvolgens aangeven wat de bezwaren zijn tegen het noemen van een «tweestatenoplossing», het veroordelen van de Israëlische blokkade van de Gazastrook, het veroordelen van de recente Palestijnse terreuracties tegen Israëliërs, het zich uitspreken tegen standrechtelijke executies door Hamas in de Gazastrook en het zich uitspreken tegen geweld van Israëlische kolonisten tegen Palestijnen op de Westelijke Jordaanoever in een mogelijke gezamenlijke EU-verklaring?

Vraag 7

Kunt u aangeven wat de bezwaren zijn tegen het melden van de arrestatie door Israël van vreedzaam demonstrerende mensenrechtenactivisten, alsmede het noemen van vernietiging van Palestijnse huizen in Oost-Jeruzalem en op de Westoever in een mogelijke gezamenlijke EU-verklaring?

Vraag 8

Kunt u aangeven op welke wijze u zich inspant een hervatting van de gesprekken tussen de Israël en de Palestijnen te bevorderen?

Vraag 9

Deelt u de mening van de Amerikaanse president Barack Obama de grenzen van Israël uit 1967 als basis te gebruiken voor de grenzen van een nieuwe Palestijnse staat? Zo nee, waarom niet?

Vraag 10

Deelt u de mening dat het recht op demonstratie een onvervreemdbaar recht is? Deelt u de mening dat het recht op vrijheid van meningsuiting een onvervreemdbaar recht is? Welke acties onderneemt u om de naleving van deze mensenrechten te bevorderen?

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Pechtold (D66), ingezonden 29 september 2011 (vraagnummer 2011Z189597)


X Noot
1

NRC, 28 september 2011.

Naar boven