Vragen van de leden Omtzigt (CDA), Dezentjé Hamming-Bluemink (VVD), Vermeij (PvdA), Ulenbelt (SP), Klaver (Groenlinks), Koolmees (D66), Schouten (ChristenUnie), Dijkgraaf (SGP), Van den Besselaar (PVV) en Thieme (Partij voor de Dieren) aan de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over een exorbitante fee van € 450 miljoen betaald door een pensioenfonds uit pensioengelden (ingezonden 24 augustus 2011).

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van de volgende passage in de uitspraak van de rechtbank Rotterdam in het kort geding van het pensioenfonds van de metaalelektro (PME) tegen de Nederlandse Bank (DNB): «Zo blijkt dat PME samen met een ander pensioenfonds € 450 miljoen aan kosten van vermogensbeheer aan Mn Services heeft voldaan, een bedrag dat DNB als exorbitant hoog aanmerkt, dat sterk afwijkt van de basisfee van ongeveer € 12 miljoen en dat grotendeels niet kan worden verantwoord door Mn Services?»1

Vraag 2

Welk oordeel heeft u over twee pensioenfondsen die zo’n bedrag uitgeven aan vermogensbeheer (wat overigens gezien de rest van de uitspraak als totaal weggegooid geld beschouwd moet worden: er moest immers extra worden afgeschreven op de portefeuille)?

Vraag 3

Welke middelen en mogelijkheden hebben actieven en gepensioneerden van het pensioenfonds PME, wanneer zij de uitspraak lezen en zich realiseren dat dit hun pensioengeld is?

Vraag 4

Herinnert u zich dat u op 20 april 20112 aan de Kamer schreef: «Ik ben er voorstander van dat fondsen over deze kosten (van vermogensbeheer) rapporteren, bijvoorbeeld in het jaarverslag, op hun website etc»?

Vraag 5

Herinnert u zich dat bij herhaling bijna Kamerbreed is aangedrongen op grotere kostentransparantie?

Vraag 6

Bent u bereid om op korte termijn aan de pensioenfederatie te vragen hoe ver zij is met standaard rapporteren over de kosten van vermogensbeheer, zoals toegezegd in april/mei van dit jaar, de stand van zaken terug te rapporteren aan de Kamer en aan te geven of de pensioenfondsen in uw ogen voldoende actie ondernemen?


X Noot
1

LJN: BR4189, Rechtbank Rotterdam , AWB 10/4037 BC-T2).

X Noot
2

TK 2010/11, 30 413, nr. 155.

Naar boven