Vragen van het lid Peters (GroenLinks) aan de minister-president, minister van Algemene Zaken en de staatssecretaris voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over spijt van de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap betreffende de BTW-verhoging voor podiumkunsten (ingezonden 11 juli 2011).

Vraag 1

Wat betreurt u precies over de toon van het kabinet over de cultuurbezuinigingen, als u zegt dat «we daar beter mee kunnen ophouden» en dat dat «ook voor het kabinet geldt»? Wat gaat u dan anders doen?1

Vraag 2

Deelt u de mening dat beleid waarvoor «kennelijk te weinig inhoudelijke argumenten over gevonden worden» als inhoudsloos is te kwalificeren? Zo nee, waarom niet? Hoe kwalificeert u dergelijk beleid wel?

Vraag 3

Wat bedoelt u met uw uitspraak dat de BTW-verhoging voor podiumkunsten, gekoppeld aan drastische bezuinigingen op die podiumkunsten, niet «de meest voldragen maatregel uit het regeerakkoord» is?

Vraag 4

Waarom bent u overgegaan tot het uitvoeren van een onvoldragen maatregel en heeft u niet gewacht tot deze voldragen zou zijn?

Vraag 5

Deelt u de mening dat burgers van hun regering mogen verwachten dat maatregelen voldragen zijn? Zo nee, waarom niet?

Vraag 6

Zijn er nog andere onvoldragen maatregelen in het regeerakkoord? Zoja, welke?

Vraag 7

Tussen wie was «geen overeenstemming voor een andere financiële dekking» over de BTW-verhoging van jaarlijks 100 miljoen?

Vraag 8

Welke andere financiele dekkingen heeft u onderzocht? Waarom kon daarover geen overeenstemming worden bereikt?

Vraag 9

Bent u bereid de BTW-verhoging terug te draaien als alsnog een andere financiele dekking daarvoor gevonden kan worden?

Vraag 10

Welke consequenties verbindt u aan uw eigen oordeel dat de regering de Raad voor Cultuur «niet netjes» heeft behandeld?

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Van der Ham (D66), ingezonden 11 juli 2011 (vraagnummer 2011Z15383)


X Noot
1

NRC, Inteview «Gezellig was het niet, nodig wel», 8 juli 2011.

Naar boven