Vragen van het lid Van Gerven (SP) aan de staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie over regionale producten in duurzaam inkoopbeleid (ingezonden 17 mei 2011).

Vraag 1

Klopt het dat in «Criteria voor duurzaam inkopen van catering, versie 2.0» (ontwerp, maart 2011) in de sectie «transportreductie» de aspecten «producten uit de regio», «streekproducten», en «seizoensgebondenproducten», gedegradeerd worden tot «aandachtspunten voor de inkoper tijdens de voorbereidingsfase», terwijl zij eerder in aanmerking kwamen als (harde) gunningscriteria?

Vraag 2

Klopt het dat wel als criteria zijn opgenomen: een besparingsnorm ten aanzien van primaire brandstof bij de productie van plantaardige producten die in kassen worden geteeld, en kasproducten met het Milieukeur?

Vraag 3

Bestaat hiermee het risico dat in het toekomstige duurzame inkoopbeleid producten uit «beter» verwarmde kassen, of producten van overzee met een CO2-besparing wel onder het duurzame inkoopbeleid zullen worden ingekocht, maar duurzame streekproducten die op de volle grond geteeld worden en producten uit onverwarmde kassen, niet onder het duurzame inkoopbeleid zullen worden ingekocht?

Vraag 4

Bent u van mening dat vanuit duurzaamheidsoogmerk regionaal geteelde voedselproducten over het algemeen geprefereerd moeten worden boven ingevlogen producten en dat volle grondsproducten en producten uit de koude kas geprefereerd moeten worden boven kasproducten?

Vraag 5

Bent u van mening dat het concept «Criteria voor duurzaam inkopen van catering, versie 2.0» betreffende de rol van regionale producten aanpassing behoeft?

Vraag 6

Kunt u schetsen hoe hij de rol van regionale duurzame voedselproducten ziet in het duurzaam inkoopbeleid? Bent u bereid zich in te zetten om duurzame streekproducten een prominente plaats te geven in het duurzaam inkoopbeleid van de toekomst en dit als richtsnoer mee te geven aan de commissie, voordat de definitieve versie uitkomt?

Naar boven