Vragen van het lid Pechtold (D66) aan de minister van Buitenlandse Zaken over de arrestatie en verdwijning van de Chinese kunstenaar Ai Weiwei (ingezonden 12 april 2011).

Vraag 1

Wat is uw reactie op het bericht «Chinese kunstenaar Ai Weiwei opgepakt op vliegveld, regering nerveus»?1

Vraag 2

Klopt het dat er sinds de arrestatie niets meer van Weiwei vernomen is? Zo ja, bent u bereid het Nederlandse ongenoegen kenbaar te maken aan de Chinese ambassadeur?

Vraag 3

Bent u bereid, totdat duidelijk is dat Weiwei een eerlijk proces krijgt, in de contacten met China – ook in EU verband – constant het grote belang van burgerlijke en politieke rechten in het algemeen te benadrukken, en de casussen van Weiwei en tientallen andere opgepakte schrijvers, advocaten en burgerrechtenactivisten in het bijzonder aan de orde te stellen? Zo neen, waarom niet?

Vraag 4

Bent u van mening dat de arrestatie onderdeel uitmaakt van een verhevigde campagne van de Chinese regering om bekende dissidenten te intimideren? Zo ja, welke instructies heeft de Nederlandse vertegenwoordiging in Peking ontvangen om hiermee om te gaan?

Vraag 5

Op welke wijze ondersteunt de Nederlandse ambassade in Peking concreet de verbetering van de mensenrechten? Op welke wijze werkt de Nederlandse ambassade met mensenrechtenorganisaties in China samen?

Vraag 6

Hoe vergroot Nederland de mediadiversiteit en internetvrijheid in China – waar Weiwei een groot pleitbezorger van was – om ruimte te geven aan mensenrechtenverdedigers om op te komen voor de vrijheden van zichzelf en anderen?

Vraag 7

Bent u van mening dat Nederland als gastheer van vier internationale gerechtshoven en als enige land in de wereld dat het bevorderen van de internationale rechtsorde in zijn Grondwet heeft staan, een extra verantwoordelijkheid draagt om het belang van mensenrechten overal in de wereld onder de aandacht te brengen? Zo ja, hoe krijgt die opstelling in dit specifieke geval vorm? Zo neen, waarom niet?


X Noot
1

NRC Handelsblad, 3 april 2011.

Naar boven