Vragen van het lid Van Nieuwenhuizen (VVD) aan de minister voor Immigratie en Asiel over de uitspraak van het Europees Hof van Justitie dat een in Europa geboren kind de ouders een verblijfsrecht geeft (ingezonden 9 maart 2011).

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van het artikel «Europees Hof: In Europa geboren kind geeft ouders verblijfsrecht?»1

Vraag 2

Klopt het dat door deze uitspraak ouders van een minderjarig kind dat de nationaliteit heeft van een EU-land automatisch toestemming geeft om in dat land te wonen en werken?

Vraag 3

Kunt u aangeven in welke EU landen soortgelijke wetgeving bestaat als in België, die het mogelijk maakt dat in sommige gevallen de Belgische nationaliteit van rechtswege wordt toegekend aan kinderen die op hun grondgebied worden geboren?

Vraag 4

Deelt u de mening dat het automatisch toekennen van een verblijfsrecht aan een vreemdeling op basis van het feit dat zijn of haar minderjarig kind in een Europees land is geboren kan leiden tot een enorme groei van het aantal verblijfsvergunningen dat moet worden toegekend en tevens misbruik in de hand kan werken?

Vraag 5

Kunt u voorts aangeven welke gevolgen deze uitspraak kan hebben voor andere EU-landen met het oog op het vrij verkeer van personen in het Schengen gebied?

Vraag 6

Welke gevolgen heeft deze uitspraak voor de migratie- en asielprocedures in Nederland in het bijzonder?

Vraag 7

Bent u van plan om iets tegen deze uitspraak te ondernemen en bent u bereid om dit te betrekken bij de besprekingen in Europees verband?

Vraag 8

Bent u van plan om maatregelen te nemen om mogelijk misbruik van deze uitspraak tegen te gaan? Zo ja, welke? Zo nee, waarom niet?

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Fritsma (PVV), ingezonden 9 maart 2011 (vraagnummer 2011Z04721).


X Noot
1

Elsevier, 8 maart 2011.

Naar boven