Vragen van de leden Kortenoeven en Wilders (beiden PVV) aan de minister van Buitenlandse Zaken over de godsdienstvrijheid in Turkije (ingezonden 27 januari 2011).

Vraag 1

Bent u bekend met het rapport «TURKEY: Education should facilitate, not undermine, freedom of religion»?1

Vraag 2

Hoe beoordeelt u de beschuldigingen die in dit rapport worden geuit, namelijk:

  • a. dat de Turkse overheid via het onderwijssysteem de soennitische variant van de islam opdringt aan ongelovigen en aan de leden van religieuze minderheden, waaronder Bahaï, Jehova Getuigen en Yezidi’s, door het gedwongen laten volgen van soennitische godsdienstlessen;

  • b. dat in het Turkse onderwijs lesboeken worden gebruikt waarin (christelijke) zendingsactiviteiten worden omschreven als onverenigbaar met de vrijheid van gedachten en met de vrijheid van meningsuiting, als middel om politieke, culturele en economische macht te verkrijgen, en als een bedreiging van de nationale eenheid en de integriteit van de Turkse staat en de Turkse natie?

Vraag 3

Kunnen religieuze minderheden gebedshuizen (kerken, synagogen, cemhuizen) oprichten? Hoe is het in dat verband gesteld met de implementatie van de in 2008 van kracht geworden nieuwe Wet op de Stichtingen?

Vraag 4

Bent u bereid deze vragen nog voor het begin van uw aangekondigde bezoek aan Turkije te beantwoorden?

Vraag 5

Wilt u tijdens uw bezoek aan Turkije ook doorgeven dat Turkije nooit en te nimmer lid kan worden van de Europese Unie omdat we geen behoefte hebben aan een islamitisch paard van Troje?


XNoot
1

Forum 18 (via UNHCR), 5 januari 2011.

Naar boven