Vragen van het lid Jansen (SP) aan de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over voorkruipen bij het aanvragen van gemeentelijke vergunningen (ingezonden 28 oktober 2010).

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van het artikel «Bedrijf betaalt extra ambtenaren gemeente Delfzijl»1 en kloppen de daarin beschreven feiten?

Vraag 2

Is het betalen van extra geld voor de snellere afhandeling van vergunningprocedures toegestaan op grond van de Gemeentewet?2

Vraag 3

Hoe verhoudt betaalde voorkruipzorg bij vergunningverlening zich tot het beginsel van rechtsgelijkheid? Vindt u het acceptabel dat minder draagkrachtige personen en instellingen die een vergunning nodig hebben lang moeten wachten op een vergunning, terwijl rijken voorrang krijgen?

Vraag 4

Onderkent u het risico dat – indien het voorbeeld van Delfzijl navolging krijgt – gemeenten hun standaard-dienstverlening bij vergunningverlening verder gaan uitkleden, in combinatie met het aanbieden van «goldcard»-voorrangprocedures die extra leges opleveren?

Vraag 5

Gaat u maatregelen nemen om dit soort voorkruipzorg aan banden te leggen? Zo ja, welke?

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Van Bemmel (PVV), ingezonden 27 oktober 2010 (vraagnummer 2010Z15322).


XNoot
1

Telegraaf, «Bedrijf betaalt extra ambtenaren Delfzijl», 25 oktober 2010.

XNoot
2

Artikel 229 e.v.

Naar boven