Vragen van het lid Jadnanansing (PvdA) aan de staatsecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over het grote aantal fraudegevallen met uitwonende studiebeurs (ingezonden 22 oktober 2010).

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van het bericht «veel fraude met beurs uitwonende student»?1

Vraag 2

Hoe beoordeelt u de schokkende resultaten dat in bijna de helft van de huisbezoeken fraude met de uitwonende studiebeurs werd geconstateerd?

Vraag 3

Deelt u de mening dat het zeer onwenselijk is om de situatie te laten voortbestaan waarbij jonge volwassenen bij hun eerste grote financiele transactie op grote schaal fraude plegen en de overheid er relatief weinig tegen doet? Zo ja, bent u het er mee eens dat het belang hiervan verder gaat dan de financiële omvang van de fraude alleen, maar dat het ook een zeer verkeerde les meegeeft aan jongeren over het gebruik van gemeenschapsgeld?

Vraag 4

Kunt u concreet aangeven wat dit controleresultaat betekent voor de aanscherping van maatregelen zoals reeds aangekondigd in het Actieplan Misbruik Uitwonendenbeurs ?

Vraag 5

In welke mate zijn gemeenten met grote studentenpopulaties op dit moment toegerust om de controles en handhaving uit te voeren aangezien de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) niet bevoegd is? Kunnen de gemeentes dit in voldoende mate aan op dit moment en op welke wijze denkt u een stabiele inzet in de toekomst te continueren, ook als gemeentelijke budgetten voor controle en handhaving onder druk komen te staan in de komende tijden?

Vraag 6

Deelt u de mening dat het ook noodzakelijk is om bij de aanpak van misbruik bij de uitwonendenbeurs medewerking van gecontroleerde studenten af te kunnen dwingen en om hulp van familie/vrienden in het plegen van de fraude ook strafbaar te stellen? Zo ja, hoe gaat u er concreet voor zorgen dat deze zaken ook wettelijk mogelijk worden gemaakt met het oog op effectievere controle en handhaving?


XNoot
1

Parool, 20 oktober 2010:  «Veel fraude met beurs uitwonende student».

Naar boven