Vragen van het lid Peters (GroenLinks) aan de minister van Buitenlandse Zaken over de Nederlandse vrouw die sinds eind 2009 gevangen zit in Iran (ingezonden 24 augustus 2010).

Vraag 1

Van welke vergrijpen wordt mevrouw Bahrami verdacht door de Iraanse autoriteiten?

Vraag 2

Heeft u bij de Iraanse autoriteiten en de Iraanse ambassadeur navraag gedaan over de positie van de gedetineerde en aangedrongen op een eerlijk proces?

Vraag 3

Is bekend wanneer mevrouw Bahrami wordt voorgeleid? Is er al een datum bekend wanneer haar proces zal beginnen? Zal de ambassade alles in het werk stellen om haar proces bij te wonen en te monitoren?

Vraag 4

Bent u bereid alles in het werk te stellen om erachter te komen in welke omstandigheden mevrouw Bahrami verkeert en hoe ze er aan toe is?

Vraag 5

Bent u bereid de (in Nederland verkerende) familie van mevrouw Bahrami te spreken en hen te verzekeren dat u er alles aan zult doen om te zorgen dat mevrouw Bahrami een eerlijk procesgang in Iran krijgt en zoveel consulaire bijstand als mogelijk? Zo nee, waarom niet?

Vraag 6

Bent u bereid juridische ondersteuning aan mevrouw Bahrami aan te bieden voor haar Iraanse proces? Zo nee, waarom niet?

Vraag 7

Bent u bereid in EU-verband bij de Iraanse autoriteiten aan te dringen op een eerlijke behandeling van in Iran gedetineerde politieke gevangenen met een Europees paspoort? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke wijze?

Vraag 8

Kunt u deze vragen binnen een dag beantwoorden?

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Pechtold (D66), ingezonden 24 augustus 2010 (vraagnummer 2010Z11835) en het lid Dijkhoff (VVD), ingezonden 24 augustus 2010 (vraagnummer 2010Z11836).

Naar boven