Vragen van het lid Van Gerven (SP) aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de RIVM analyse Noord-Oost Groningen (ingezonden 28 juli 2010).

Vraag 1

Waarom is in het onderzoek alleen gekeken naar de beschikbaarheid voor inwoners van de provincie Groningen?1 Bent u van mening dat het de kwaliteit van het onderzoek niet ten goede komt dat bijvoorbeeld het adherentiegebied van het Refaja-ziekenhuis in Drenthe niet is meegenomen in dit onderzoek?

Vraag 2

Hoe is het mogelijk dat de uitkomsten van dit onderzoek anders zijn dan de uitkomsten van eerdere onderzoeken, zoals het RIVM-onderzoek uit 20032 en het onderzoek van ARGO-Rijkuniversiteit Groningen uit 20093, waaruit blijkt dat de huidige ziekenhuizen met hun spoedeisende eerste hulp noodzakelijk zijn om de 45-minutennorm te handhaven?

Vraag 3

Is het waar dat het RIVM-rapport slechts gebruik maakt van bureaumodellen, terwijl het ARGO-rapport is gemaakt met de praktijkgegevens van de database van Ambulancezorg Groningen? Zo ja, wat zegt dat over de betrouwbaarheid van beide onderzoeken?

Vraag 4

Waarom is bij het RIVM-onderzoek geen rekening gehouden met de mogelijke verhuizing van OZG naar een locatie langs de A7? Welke gevolgen heeft deze mogelijke verhuizing voor het halen van de 45-minutennorm bij sluiting van één of twee ziekenhuizen?

Vraag 5

Deelt u de mening dat het RIVM aantoont dat sluiting van één of meerdere ziekenhuizen in Noord-Oost Groningen leidt tot verschaling van het zorgaanbod en tot een bedreiging van de continuïteit van het aanbod aan tweedelijnszorg?

Vraag 6

Waarom is in het RIVM-rapport geen aandacht besteed aan de systeemgevolgen van sluiting van één of meerdere ziekenhuizen in Noord-Oost Groningen, zoals de verminderde capaciteit bij rampen, de gevolgen voor ziekenhuizen in de stad (o.a. toenemende vraag) en de rol van het ziekenhuis dichtbij voor patiënten met een chronische aandoening? Acht u deze systeemgevolgen van belang bij een eventueel besluit tot sluiting van ziekenhuizen in Noord-Oost Groningen?

Vraag 7

Welke conclusies verbindt u aan de onderzoeksresultaten van het RIVM in relatie tot de huidige beschikbaarheidstoeslagen die alle drie de ziekenhuizen in Oost-Groningen krijgen? Kunt u garanderen dat in het belang van de leefbaarheid de beschikbaarheidstoeslagen die noodzakelijk zijn voor het voortbestaan van de drie ziekenhuizen voor alle drie de ziekenhuizen overeind blijven? Zo neen, waarom niet? Welke ziekenhuizen zouden dan hun beschikbaarheidstoeslag verliezen? Vindt u dit acceptabel? Zo ja, kunt u dit dan uitleggen aan de bevolking aldaar?


XNoot
1

RIVM analyse van het effect van mogelijke sluiting van de spoedeisende hulpen in Oost-Groningen op de bereikbaarheid.

XNoot
2

Kamerstuk 27 295, nr. 56, inclusief bijlage.

XNoot
3

dr. C.P. van Linschoten, drs. W. Betten, drs. P. Moorer, Bereikbaarheid van acute zorg buiten kantooruren in de Provincie Groningen, De rol van spoedeisende hulp bij de perifere ziekenhuizen, ambulancedienst en huisartsenpost (2009).

Naar boven