CXXXVIII Europees Semester 2020

E BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 24 april 2020

Hierbij zend ik u de beoordeling van de Raad van State1 van het Nederlandse Stabiliteitsprogramma 2020, de jaarlijkse rapportageverplichting richting de Europese Commissie over de stand van zaken met betrekking tot de overheidsfinanciën. Ik zend u ook de reactie van het kabinet2 op deze beoordeling.

In de wet Houdbare Overheidsfinanciën (wet Hof) is de Raad van State aangewezen als instantie belast met het vanuit de Europese regelgeving vereiste onafhankelijke toezicht op de naleving van de Europese begrotingsregels. Omdat er nog geen raming voorhanden is van het effect van het coronavirus op de economie en de overheidsfinanciën heeft de Afdeling besloten dit keer niet de reguliere rapportage op te stellen, maar om te reageren middels een brief. Bij de indiening van de ontwerprijksbegroting en ontwerpMiljoenennota in september is de Raad van State voornemens een uitgebreidere beoordeling op te stellen.

De Minister van Financiën, W.B. Hoekstra


X Noot
1

Ter inzage gelegd op de afdeling Inhoudelijke ondersteuning onder griffienr. 166609.01.

X Noot
2

Ter inzage gelegd op de afdeling Inhoudelijke ondersteuning onder griffienr. 166609.01.

Naar boven