CXLVIII Rapport van de werkgroep zelfevaluatie naar aanleiding van de toeslagenaffaire (2003–2019)

E GEWIJZIGDE MOTIE VAN HET LID KOOLE C.S. TER VERVANGING VAN DE MOTIE GEPUBLICEERD ONDER DE LETTER B

Voorgesteld 15 november 2022

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de vijf aanbevelingen van de werkgroep primair en in belangrijke mate gericht zijn op het verbeteren van het controlerende werk van de Eerste Kamer;

van oordeel dat deze vijf aanbevelingen het daarom verdienen nader uitgewerkt te worden;

van oordeel dat de bevindingen van de werkgroep zelfevaluatie toeslagen en die van de Parlementaire onderzoekscommissie effectiviteit antidiscriminatiewetgeving elkaar goed aanvullen en in samenhang moeten worden bezien;

verzoekt de Voorzitter van deze Kamer de nadere uitwerking en mogelijke implementatie van elk van de vijf aanbevelingen van de werkgroep Zelfevaluatie Toeslagen, voor zover niet reeds belegd bij bestaande werkgroepen of commissies, te laten onderzoeken door de CARO, de Huishoudelijke Commissie en/of een speciaal hiervoor in te stellen werkgroep, en daarbij de samenhang met de aanbevelingen inzake antidiscriminatiewetgeving alsmede de gewenste doenvermogentoets te betrekken;

verzoekt de Voorzitter van deze Kamer hierover de Kamer binnen een half jaar te rapporteren,

en gaat over tot de orde van de dag.

Koole

Ganzevoort

Backer

Oomen-Ruijten

Schalk

Van Apeldoorn

Raven

Naar boven