CXLVII Grip op algoritmische besluitvorming bij de overheid: de rol van de Eerste Kamer

H MOTIE VAN HET LID VERKERK C.S.

Voorgesteld 21 maart 2023

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de overheid algoritmische besluitvorming breed toepast;

overwegende dat algoritmische besluitvorming kan leiden tot de aantasting van de grondrechten van burgers;

overwegende dat algoritmische besluitvorming zo complex kan zijn dat democratische controle en rechtspraak bemoeilijkt worden;

constaterende dat de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft bepaald dat ter voorkoming van een gepercipieerde «black box» bij geautomatiseerde besluitvorming, het bestuursorgaan de gemaakte keuzes en de gebruikte gegevens en aannames volledig, tijdig en uit eigen beweging openbaar moet maken op een passende wijze zodat deze keuzes, gegevens en aannames voor derden toegankelijk zijn;

constaterende dat de Hoge Raad deze jurisprudentielijn heeft overgenomen in belastingzaken waarbij volledig geautomatiseerde besluitvorming aan de orde is;

overwegende dat het aan de wetgever is om concrete en relevante eisen te formuleren, bijvoorbeeld op het gebied van de uitgangspunten van de modellen en algoritmen, de uitlegbaarheid van besluiten en het uitsluiten van bepaalde toepassingen;

verzoekt de regering te onderzoeken wat voor soort wetgeving nodig is en de Kamer te informeren op welke wijze en wanneer de regering deze wetgeving wil realiseren,

en gaat over tot de orde van de dag.

Verkerk

Van Dijk

Prins

Recourt

Veldhoen

Dittrich

De Blécourt-Wouterse

Naar boven