36 725 XXII Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening (XXII) voor het jaar 2025 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)

C MOTIE VAN HET LID KEMPERMAN

Voorgesteld 7 juli 2025

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

  • overwegende dat er nog veel onduidelijkheden zijn over de uitwerking van de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) in de praktijk;

  • overwegende dat kwaliteit van het bouwen in Nederland op orde is en primair een verantwoordelijkheid is van de bouwsector;

  • overwegende dat het toezicht op de kwaliteit van het bouwen primair een taak hoort te zijn van het bevoegd gezag dan wel een taak die in opdracht van het bevoegd gezag wordt uitgevoerd;

  • overwegende dat de Wkb, behoudens het deel over het Burgerlijk Wetboek (BW) daarvan, niet aantoonbaar leidt tot kostenbesparingen in de bouw;

  • overwegende dat aanpassing van het BW ingevolge de Wkb leidt tot vermindering van de kosten omtrent geschillen over de gebouwde kwaliteit;

  • overwegende dat de wooncrisis in Nederland vraagt om doelmatige duidelijke wetgeving die bijdraagt aan efficiënt en effectief bouwen en een heldere verdeling van verantwoordelijkheden en risico’s;

  • overwegende dat het kabinet zelf ook inzet op het schrappen van overbodige wet- en regelgeving in het kader van STOER;

  • constaterende dat de bezwaren van een meerderheid van de Kamer jegens de Wkb niet zijn weggenomen door de ervaringen uit de praktijk;

verzoekt de regering om, door middel van een algemene maatregel van bestuur (AMvB) binnen redelijke termijn voor de sector, buitengebruikstelling van de toepassing van de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen, behoudens de aanpassing van het BW van die wet.

en gaat over tot de orde van de dag.

Kemperman

Naar boven