Hieronder zijn opgenomen het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State
d.d. 2 oktober 2024 en het nader rapport d.d. 29 oktober 2024, aangeboden aan de Koning
door de Minister van Infrastructuur en Waterstaat. Het advies van de Afdeling advisering
van de Raad van State is cursief afgedrukt.
Bij Kabinetsmissive van 5 juli 2024, no. 2024001619, heeft Uwe Majesteit, op voordracht
van de Minister van Infrastructuur en Waterstaat, bij de Afdeling advisering van de
Raad van State ter overweging aanhangig gemaakt het voorstel van wet houdende wijziging
van de Wet milieubeheer, de Wet havenstaatcontrole, de Wet voorkoming verontreiniging
door schepen en de Wet luchtvaart ten behoeve van de implementatie van Verordening
(EU) 2023/1805 van het Europees Parlement en de Raad van 13 september 2023 betreffende
het gebruik van hernieuwbare en koolstofarme brandstoffen in het zeevervoer, en tot
wijziging van Richtlijn 2009/16/EG (PbEU 2023, L 234) en ten behoeve van de implementatie
van Verordening (EU) 2023/2405 van het Europees Parlement en de Raad van 18 oktober
2023 inzake het waarborgen van een gelijk speelveld voor duurzaam luchtvervoer (ReFuelEU
Luchtvaart) (PbEU 2023, L 2023/2405) (Uitvoeringswet FuelEU Maritiem en ReFuelEU Luchtvaart),
met memorie van toelichting.
De Afdeling advisering van de Raad van State heeft geen opmerkingen bij het voorstel
en adviseert het voorstel bij de Tweede Kamer der Staten-Generaal in te dienen.
De vice-president van de Raad van State,
Th.C. de Graaf
Blijkens de mededeling van de Directeur van Uw kabinet van 5 juli 2024, nr. 2024001619,
machtigde Uwe Majesteit de Afdeling advisering van de Raad van State haar advies inzake
het bovenvermelde voorstel van wet rechtstreeks aan mij te doen toekomen. Dit advies,
gedateerd 2 oktober 2024, nr. W17.24.00169/IV, bied ik U hierbij aan.
Het voorstel geeft de Afdeling advisering van de Raad van State geen aanleiding tot
het maken van inhoudelijke opmerkingen.
Van de gelegenheid is gebruik gemaakt om nog enkele kleine maar noodzakelijke toevoegingen
en aanpassingen te doen in het voorstel van wet en de memorie van toelichting.
Ik verzoek U het hierbij gevoegde gewijzigde voorstel van wet en de gewijzigde memorie
van toelichting aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal te zenden.
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,
B. Madlener