De vaste commissie voor Binnenlandse Zaken, belast met het voorbereidend onderzoek
van dit wetsvoorstel, heeft de eer als volgt verslag uit te brengen van haar bevindingen.
Onder het voorbehoud dat de regering op de gestelde vragen en de gemaakte opmerkingen
afdoende zal hebben geantwoord, acht de commissie de openbare behandeling van dit
wetsvoorstel voldoende voorbereid.
I. Algemeen deel
De leden van de VVD-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de Wijziging
van de Paspoortwet in verband met de ontvlechting van de Nederlandse identiteitskaart.
Dit wetsvoorstel is te beschouwen als een parallel wetsvoorstel met het wetsvoorstel
Regels in verband met de uitgifte van de Nederlandse identiteitskaart (Wet op de Nederlandse
identiteitskaart, Kamerstuk 36 644). Het onderhavige wetsvoorstel geeft deze leden geen aanleiding tot het stellen van
vragen. Zij verwijzen naar hun vragen bij de Wet op de Nederlandse identiteitskaart.
De leden van de NSC-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van het wetsvoorstel
inzake de Wijziging van de Paspoortwet in verband met de ontvlechting van de Nederlandse
identiteitskaart. Deze leden spreken hun waardering uit voor het streven van de regering
om de uitgifte en verwerking van persoonsgegevens beter te reguleren. Dit voorstel
richt zich op het verminderen van administratieve lasten, het verbeteren van privacybescherming
en het verhogen van de effectiviteit in het proces van persoonsregistratie. Tegelijkertijd
plaatsen deze leden enkele kanttekeningen bij de uitvoerbaarheid en juridische implicaties.
Zij verzoeken de regering om een concrete toelichting op de wijze waarop dit wetsvoorstel
bijdraagt aan de beoogde doelstellingen en hoe mogelijke obstakels in de uitvoering
worden aangepakt.
De leden van de BBB-fractie begrijpen het doel en de aanleiding van het wetsvoorstel.
Deze leden hebben daartoe enkele vragen en opmerkingen. Een groot deel van de vragen
en opmerkingen komen overeen met de vragen en opmerkingen die deze leden hadden bij
de inbreng voor het verslag van het wetsvoorstel Wet op de Nederlandse identiteitskaart.
Deze vragen en opmerkingen zullen zij proberen hier niet dubbel te stellen.
De leden van de ChristenUnie-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de
Wijziging van de Paspoortwet in verband met de ontvlechting van de Nederlandse identiteitskaart.
Deze leden steunen de doelen die het wetsvoorstel beoogt. Zij hebben hierbij geen
vragen.
1. Verhouding tot het Statuut, samenhangende wetsvoorstellen en privacyregelgeving
1.1. Voorstel van rijkswet tot wijziging van de Paspoortwet in verband met het schrappen
van de geslachtsvermelding op de Nederlandse identiteitskaart
De leden van de NSC-fractie constateren dat door het vervallen van artikel 33 van
de Paspoortwet het risico ontstaat dat gegevens op de Nederlandse identiteitskaart,
zoals het geslacht, niet meer in overstemming zijn met de Basisregistratie Personen.
Deze leden vragen de regering hoe zij wil voorkomen dat dergelijke inconsistenties
problemen veroorzaken, bijvoorbeeld in het buitenland.
2. Gevolgen van het voorstel van rijkswet
2.1 Algemeen
De leden van de BBB-fractie vragen zich af wat de verwachte gevolgen van deze wetswijziging
zijn voor de burger op het gebied van aanvraag- en uitgifteprocessen van de Nederlandse
identiteitskaart. Kan de regering hier nader op in gaan?
3. Advies en consultatie
3.1. Reactie van de Vereniging van Nederlandse gemeenten en de Nederlandse Vereniging
voor Burgerzaken
De leden van de NSC-fractie lezen in het advies van de Verenging van Nederlandse Gemeenten
(VNG)dat de VNG meent dat de organisatorische, technische en financiële gevolgen van
de nieuwe regelgeving voor gemeenten onvoldoende inzichtelijk zijn. Kan de regering
verhelderen of, en zo ja, wanneer er een impactanalyse wordt uitgevoerd en hoe eventuele
knelpunten worden geanalyseerd?
De voorzitter van de commissie, De Vree
Adjunct-griffier van de commissie, Van der Haas