36 600 XIV Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) voor het jaar 2025

Nr. 84 BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, VISSERIJ, VOEDSELZEKERHEID EN NATUUR

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 24 juni 2025

Op 18 juni 2025 hebben het lid Kostíc amendement met Kamerstuk 36 725 XIV, nr. 13 ingediend, medeondertekend door de leden Graus, Beckerman, Dassen, Ergin en Eerdmans, over middelen voor wildopvangcentra en dierenambulances bij de Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) voor het jaar 2025. Middels deze brief ontraad ik dit amendement.

Dierenambulances en wildopvangcentra verrichten belangrijk werk. Dat waardeer ik. De Spreekbuis Wildopvang en Dierenambulances ontvangt ondersteuning vanuit het Rijk. Zo is er ondersteuning voor de basisopleiding voor dierenambulances en ondersteuning voor kennis- en expertiseopbouw of ondersteuning voor onderzoek. Daarnaast wordt gekeken waar belemmerende regelgeving kan worden weggenomen. Zo is de beleidsregel die van toepassing is op de wildopvang onlangs herzien.

Momenteel is er echter geen aanleiding om financieel extra bij te dragen aan wildopvangcentra en de dierenambulances.

Aanvullend is de voorgestelde dekking in het amendement niet wenselijk. De middelen op artikel 21 zijn bestemd voor ambities zoals genoemd in de begroting. Artikel 21 geldt als basis voor de uitgaven aan het landbouwbeleid en is de dekkingsbron voor regelingen op het gebied van onder andere vrijwillige bedrijfsbeëindiging, mestbeleid, vestigingssteun jonge boeren, dierwaardigheid en de glastuinbouw. Alternatieve inzet van de middelen op artikel 21 leidt tot ombuigingen op dit LVVN beleid, daarom zijn de middelen niet zondermeer vrij inzetbaar.

De Minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur, F.M. Wiersma