Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 4 december 2024
Op 2 december jl. heb ik met uw Kamer van gedachten gewisseld tijdens de tweede termijn
van het wetgevingsoverleg Herstel Groningen. Tijdens dat debat hebben de leden Bikker
en Vedder een motie ingediend, die de regering verzoekt met de Nationaal Coördinator
Groningen (NCG) te waarborgen dat een herbeoordeling van een bouwtechnisch rapport
als grond voor een besluit op norm altijd uitgevoerd wordt door een ander bouwtechnisch
bureau, als een bewoner dat verzoekt.1 Tijdens het debat heb ik toegezegd terug te komen op deze motie per brief. Dat doe
ik hierbij.
Ik ben het eens met de strekking van de motie van de leden Bikker en Vedder. Bewoners
met een op-norm verklaring moeten de mogelijkheid hebben een herbeoordeling uit te
laten voeren door een ander bureau. Ik vind dit passen bij onze blik op de Groningse
opgaven; milder, menselijker en makkelijker. Deze herbeoordeling betekent niet dat
de beoordeling volledig opnieuw wordt uitgevoerd, maar dient als second-opinion op
een bestaande beoordeling door een ander bureau.
Ik ga ervan uit dat de vraag hiernaar beperkt is. De NCG borgt namelijk de kwaliteit
van de beoordelingen op verschillende manieren, bijvoorbeeld door het uitvoeren van
een review door deskundigen voordat de beoordeling wordt gedeeld met de bewoner. Daarin
wordt gekeken naar de juistheid en volledigheid van het rapport. Daarnaast licht de
NCG, als een bewoner daar behoefte aan heeft, de beoordeling toe in een gesprek. Ook
vanuit het ingenieursbureau kan een toelichting worden gegeven. Als bewoners het na
deze gesprekken niet eens zijn met de uitkomst, is gratis onafhankelijk juridische
ondersteuning beschikbaar en kan een bewoner eventueel, al dan niet ondersteund door
een bouwkundig adviseur, in bezwaar gaan tegen het besluit. Het zijn allemaal waarborgen
ten goede aan de kwaliteit en de stem van de bewoner. Ook in de bezwaar- en beroepsfase
wordt gekeken waar de twijfels van bewoners door ontstaan en gaat de NCG met de bewoners
hierover in gesprek. Na het gesprek met de NCG te hebben gevoerd, hebben bewoners
in de meeste gevallen begrip voor de uitkomst en geen behoefte om beroep aan te tekenen.
Mocht een bewoner – ook met een op-norm verklaring – na het doorlopen van dit proces
toch besluiten een herbeoordeling aan te vragen bij de NCG, kan deze worden uitgevoerd
door een ander ingenieursbureau. Als in deze herbeoordeling fouten worden geconstateerd,
kan de beoordeling volledig opnieuw worden uitgevoerd door een ander bureau. Ik verwacht
echter niet dat daarmee de uitkomst van veel op-norm beoordelingen zal veranderen,
omdat er al een zorgvuldig proces aan vooraf is gegaan.
Daarmee geef ik invulling aan de motie (Kamerstuk 36 600 VII, nr. 106), waarin de regering wordt verzocht met de NCG te waarborgen dat een herbeoordeling
van een bouwtechnisch rapport als grond voor een besluit op norm altijd uitgevoerd
wordt door een ander bouwtechnisch bureau, als een bewoner dat verzoekt. Daarmee geef
ik de motie oordeel Kamer.
De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
E. van Marum