36 600 Nota over de toestand van ’s Rijks Financiën

L MOTIE VAN HET LID VAN DER GOOT C.S.

Voorgesteld 8 oktober 2024

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende, dat uit cijfers van de Nationale Politie blijkt dat in de afgelopen vijf jaar bijna een kwart van de politiebureaus heeft moeten sluiten;

constaterende, dat met name de politieregio's Noord-Nederland en Zeeland-West-Brabant een significante afname in het aantal politiebureaus hebben ervaren;

constaterende, dat het verdwijnen van politiebureaus onderdeel is van de terugtrekkende bewegingen van de rijksoverheid waarmee volgens het rapport «Elke regio telt!» afbreuk wordt gedaan aan de aanwezigheid en maatschappelijke betekenis van publieke diensten in regio's;

overwegende, dat onvoldoende duidelijk is hoe meer politie in de wijken, buurten en regio’s concreet vorm krijgt en welke afrekenbare doelen daaraan ten grondslag liggen;

overwegende, dat het sluiten van politiebureaus onomkeerbare gevolgen met zich mee kan brengen, terwijl de verwachte voordelen niet of onvoldoende in kaart zijn gebracht;

verzoekt het kabinet een brief aan beide Kamers te zenden waarin helder wordt uiteengezet hoe de zichtbare en laagdrempelige aanwezigheid van meer politie in wijken, buurten en regio’s concreet vorm krijgt, inclusief afrekenbare doelen en concrete acties;

verzoekt het kabinet daarnaast er bij de Nationale Politie op aan te dringen het politiebureau in Wolvega, evenals andere politiebureaus, niet te sluiten, in ieder geval totdat het overlegtraject over genoemde brief met beide kamers is afgerond,

en gaat over tot de orde van de dag.

Van der Goot

Rosenmöller

Naar boven