De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
De begrotingsstaat wordt als volgt gewijzigd:
In artikel 8 Apparaat van de departementale begrotingsstaat worden het verplichtingenbedrag en het uitgavenbedrag
verhoogd met € 2.000 (x € 1.000).
Toelichting
Dit amendement strekt ertoe om binnen de begroting van het Ministerie van Financiën
structureel € 2 miljoen extra beschikbaar te stellen aan de Belangenbehartiger, met
als doel het versterken van de fiscale eerstelijnshulp voor belastingplichtigen en
toeslaggerechtigden, bovenop het bedrag oplopend tot ca. € 8 mln in 2026 dat al is
ingeboekt voor de activiteiten van de Belangenbehartiger. De dekking voor dit amendement
wordt gevonden op de Aanvullende Post, waarop € 2 miljoen gereserveerd is voor extra
uitgaven in verband met de Belangenbehartiger.
De Belangenbehartiger zorgt voor een betere rechtsbescherming voor burgers die in
conflict zijn met de Belastingdienst of Dienst Toeslagen. Deze organisatie versterkt
de praktische rechtsbescherming bij belasting- en toeslagenzaken door middel van het
behandelen van (vastgelopen) individuele casussen van burgers en (kleine) ondernemers.
In eerste instantie wordt de belangenbehartiger opgericht als tweedelijns organisatie.
Dat wil zeggen dat casussen bij de Belangenbehartiger binnen kunnen komen op doorverwijzing
van de Belastingdienst en Dienst Toeslagen, via gemeenten, sociaal raadslieden en
andere maatschappelijke partners.
Voor het goed kunnen uitoefenen van deze taak, is het daarom van essentieel belang
dat de eerstelijnshulp voor iedereen laagdrempelig toegankelijk is. De toegankelijkheid
en kwaliteit van fiscale (rechts)hulp die je als burger kunt krijgen is op dit moment
echter te veel afhankelijk van je postcode. Het landelijk netwerk is niet dekkend,
de expertise voor fiscale rechtshulp is niet altijd voldoende en (kleine) ondernemers
zijn vaak van hulp uitgesloten. Dat betekent ook dat burgers minder toegang hebben
tot eerstelijnshulp, die hen kan doorverwijzen naar de Belangenbehartiger. Indieners
willen hier ook wijzen op de «Routekaart fiscale rechtshulp» die de Bond voor Belastingbetalers
op 1 oktober 2024 middels een petitie aan de Kamer heeft aangeboden om de ontoereikende
beschikbaarheid van lokale fiscale rechtshulp onder de aandacht te brengen.
Om tot een effectieve praktische fiscale rechtsbescherming te komen, zijn indieners
daarom van mening dat het essentieel is om ook de eerstelijnshulp op lokaal niveau
te versterken zodat dit netwerk landelijk steeds meer dekkend wordt. Er ligt een groot
belang voor de Belangenbehartiger om het netwerk uit te bouwen, omdat juist de Belangenbehartiger
wordt gehinderd in zijn taak het gat in praktische rechtsbescherming op te vullen,
als men niet op laagdrempelige wijze kan worden doorverwezen. Indieners zijn daarom
van mening dat het logisch is om het extra budget op de aanvullende post, ook al per
2025 toe te wijzen aan de Belangenbehartiger, zodat de Belangenbehartiger zich ook
kan inzetten voor het versterken van de eerstelijnshulp.
I. van Dijk Grinwis