36 600 IV Vaststelling van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2025

35 207 China

Nr. 24 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 5 november 2024

Naar aanleiding van de toezegging van de Staatssecretaris van Digitalisering en Koninkrijksrelaties aan uw Kamer op 23 oktober 2024, tijdens het plenaire debat over de vaststelling van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor 2025, stuur ik u hierbij mijn appreciatie voor de motie van de leden Ceder, Bamenga en White (Kamerstuk 36 600 IV, nr. 22).

De Caribische Landen van het Koninkrijk (hierna: de Landen) zijn autonoom in het aangaan van economische internationale relaties. Uitgangspunten van het buitenlands beleid zijn daarbij wel kader stellend. Kwetsbaarheden op het gebied van economische veiligheid in de relatie tot buitenlandse investeringen kunnen immers ook gevolgen hebben voor het Koninkrijk als geheel. In dit verband is de groeiende economische invloed van China in de bredere regio relevant.

Het Ministerie van Buitenlandse Zaken volgt in algemene zin de activiteiten van China in de bredere regio en blijft hierover met de Landen in gesprek. De Rijksbrede beleidsnotitie «Nederland-China: een nieuwe balans» dient hiervoor als raamwerk. Uw Kamer zal daarnaast binnenkort een brief toegaan over de ontwikkelingen in het China-beleid met het oog op een Commissiedebat over China op 18 december. Dit onderwerp zal in de betreffende brief worden opgenomen. Gelet op deze stappen ontraad ik deze motie.

De Minister van Buitenlandse Zaken, C.C.J. Veldkamp

Naar boven