Hieronder zijn opgenomen het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State
d.d. 28 juni 2023 en het nader rapport d.d. 2 oktober 2023, aangeboden aan de Koning
door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Het advies van de Afdeling
advisering van de Raad van State is cursief afgedrukt.
Blijkens de mededeling van de Directeur van Uw Kabinet van 11 mei 2023, no. 2023001145,
machtigde Uwe Majesteit de Afdeling advisering van de Raad van State haar advies inzake
het bovenvermelde voorstel van wet rechtstreeks aan mij te doen toekomen. Dit advies,
gedateerd 28 juni 2023, no. W13.23.00111/III, bied ik U hierbij aan.
De tekst van het advies treft u hieronder cursief aan, voorzien van mijn reactie.
Bij Kabinetsmissive van 11 mei 2023, no. 2023001145, heeft Uwe Majesteit, op voordracht
van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, bij de Afdeling advisering
van de Raad van State ter overweging aanhangig gemaakt het voorstel van wet houdende
wijziging van een aantal wetten op het terrein van het Ministerie van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport om de grondslagen voor gegevensverwerkingen te verstevigen (Verzamelwet
gegevensverwerking VWS I), met memorie van toelichting.
De Afdeling advisering van de Raad van State heeft geen opmerkingen bij het voorstel
en adviseert het voorstel bij de Tweede Kamer der Staten-Generaal in te dienen.
De Vice-President van de Raad van State,
Th.C. de Graaf
Van de gelegenheid is gebruik gemaakt om het voorstel van wet ten aanzien van de inzagebevoegdheid
van de IGJ tekstueel in lijn te brengen met Algemene wet bestuursrecht (Awb). Dit
heeft tot een extra wijziging van de Wet elektronische gegevensuitwisseling in de
zorg (artikel XII, onderdeel A) en de Wet medisch-wetenschappelijk onderzoek met mensen
geleid (artikel XIII). Het betreft slechts een technische wijziging. Daarnaast is
in artikel XV, onderdeel C, de term «bilaterale gegevensuitvraag bij fraudeonderzoek»
vervangen door «gegevensuitvraag college of ziektekostenverzekeraar». Dit sluit beter
aan bij de AVG en maakt duidelijker door welke partijen de gegevensuitvraag precies
plaatsvindt. Ook de memorie van toelichting is op enkele punten verduidelijkt. In
hoofdstuk 2 van het algemeen deel van de toelichting is meer structuur aangebracht
en is de noodzaak, proportionaliteit en subsidiariteit in aparte kopjes opgenomen
ten behoeve van de vindbaarheid. In paragraaf 2.2.2 is toegelicht wat wordt bedoeld
met «bij of naar aanleiding van een andere melding». In paragraaf 2.4.1 is beter gemotiveerd
waarom het nodig is dat er gelijktijdig afstemming dient plaats te vinden tussen de
partijen in de strafrechtketen. In de hoofdstukken 3, 5 en 6 van het algemeen deel
van de toelichting zijn de verschillende onderdelen beter belicht of is een duidelijkere
verwijzing opgenomen naar hoofdstuk 2. Tot slot zijn in paragraaf 3.8 de rechten van
de betrokkenen verduidelijkt, met name in het kader van de gegevensuitwisseling bij
fraudeonderzoek.
Ik moge U verzoeken het hierbij gevoegde gewijzigde voorstel van wet en de gewijzigde
memorie van toelichting aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal te zenden.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
E.J. Kuipers