36 441 Wijziging van de Gaswet en Mijnbouwwet in verband met de beëindiging van de gaswinning uit het Groningenveld

Nr. 38 NADER GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN DE LEDEN BECKERMAN EN BUSHOFF TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 33

Ontvangen 11 maart 2024

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

I

In artikel II, onderdeel H, wordt het voorgestelde artikel 52g als volgt gewijzigd:

1. Na het tweede lid wordt een lid ingevoegd, luidende:

• 2a. De houder van de winningsvergunning Groningenveld dan wel indien deze vergunning haar gelding heeft verloren, de laatste houder daarvan, zorgt in aanvulling op artikel 41, eerste lid, voor een nazorgplan voor het Groningenveld over de monitoring, het systematisch beheer van data en kennis, en de ontwikkeling van kennis van zowel technische aspecten als de gevolgen voor mens, natuur en milieu. Dit nazorgplan wordt gezonden aan Onze Minister ter goedkeuring en tevens aan de inspecteur-generaal der mijnen.

2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

• 5. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld over de inhoud van het nazorgplan, bedoeld in lid 2a.

II

In artikel IV wordt na «52g, eerste lid, onderdeel b,» ingevoegd «en lid 2a».

Toelichting

De indieners beogen met dit amendement een nazorgplan voor Groningen vast te stellen in de wet. De NAM wordt verplicht een nazorgplan op te stellen dat bij of krachtens AMvB nader kan worden uitgewerkt. Dit plan zal toezien op de monitoring, het systematisch beheer van data en kennis, en de ontwikkeling van kennis van zowel technische aspecten als de impact op mens en milieu. Dit nazorgplan – dat ten genoegen en ter goedkeuring van de Minister moet zijn – moet dan worden ingediend bij en over gerapporteerd worden aan de Minister en aan de inspecteur-generaal der mijnen ter informatie. Uitvoering hiervan wordt geborgd met een toevoeging aan artikel 1, onder 1°, van de Wet op de economische delicten.

Beckerman Bushoff