36 410 XII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (XII) voor het jaar 2024

Nr. 21 LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN

Vastgesteld 17 januari 2024

De vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat heeft een aantal vragen voorgelegd aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat over de brief van 19 september 2023 inzake het Meerjarenplan ILT 2024–2028 (Kamerstuk 36 410 XII, nr. 9).

De Minister heeft deze vragen beantwoord bij brief van 15 januari 2024. Vragen en antwoorden zijn hierna afgedrukt.

De voorzitter van de commissie, T. de Groot

Adjunct-griffier van de commissie, Koerselman

Vragen en antwoorden

Vraag 1

Ziet de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) een veranderende opgave, nu steeds meer aandacht in de publieke opinie uitgaat naar de gezondheidseffecten als gevolg van uitstoot of productie?

Antwoord

De ILT ziet hierin geen veranderende opgave maar wel een accentverschuiving waarbij speciale aandacht uitgaat naar scherper vergunnen door het bevoegd gezag. De ILT legt in haar toezicht en vergunningverlening nu al de nadruk op die terreinen waar de maatschappelijke risico’s het grootste zijn. De ILT-brede risicoanalyse (IBRA) helpt de ILT om risicogericht keuzes te maken in de prioritering van haar inzet. Gezondheidsschade door afvalstromen en (gebruik/uitstoot van) chemische stoffen staan in de IBRA bovenaan als onderwerpen waar de risico’s het grootste zijn. Naast inzet op grootste risico’s geeft de ILT ook prioriteit aan wettelijke en verdragsrechtelijke verplichtingen en aan maatschappelijke ontwikkelingen.

Vraag 2

In hoeverre speelt de ILT een rol bij het versterken van de omgevingsdiensten en hun werk op gemeentelijk en provinciaal niveau?

Antwoord

Het versterken van de omgevingsdiensten is primair de taak van de provincies en de gemeenten als opdrachtgevers. Daarnaast loopt het interbestuurlijk programma voor de versterking van het stelsel Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving (VTH). Zoals aangegeven in het Meerjarenplan speelt de ILT daarin een belangrijke rol door thematische en signalerende onderzoeken uit te voeren naar milieu-onderwerpen. Hiermee biedt de ILT handvatten om het VTH-stelsel beter te laten functioneren. In 2023 zijn stelselonderzoeken uitgevoerd naar E-waste1 en asbest2. In de komende periode worden onder andere onderzoeken opgestart naar de werking van het stelsel op het terrein van geluidshinder, afvaltransporten en grond- en bouwstoffen. De ILT draagt verder bij aan de verbetering van de informatie-uitwisseling tussen de partners binnen het VTH-stelsel, waaronder de omgevingsdiensten, de versterking van strafrechtelijke onderzoeken en versterking van de kennisinfrastructuur.

Vraag 3

Hoe ziet de samenwerking tussen de ILT en de omgevingsdiensten eruit?

Antwoord

De ILT heeft in de samenwerking met de omgevingsdiensten zowel op het niveau van de inspecteurs als op het niveau van het management contact over lopende dossiers. Verder organiseert de ILT in samenwerking met Omgevingsdienst Nederland diverse netwerkdagen waarbij inspecteurs en medewerkers elkaar kunnen ontmoeten en kennis en ervaringen kunnen uitwisselen over praktijkvraagstukken. In 2023 hebben drie van deze netwerkdagen plaatsgevonden.

Daarnaast ondersteunt de ILT in sommige gevallen een Omgevingsdienst bij het toezicht op bedrijven met een grote maatschappelijke impact. Denk hierbij aan bedrijven als Tata Steel of Chemours. De ILT doet dit steeds vanuit haar eigen wettelijke Wabo-bevoegdheid.

Vraag 4

Heeft de ILT, aangezien zij aangeeft ondanks de arbeidskrapte enthousiaste mensen in dienst hebben, dit beeld ook van de omgevingsdiensten met wie zij nauw samenwerkt?

Antwoord

Het is duidelijk dat zowel de ILT als de Omgevingsdiensten krapte ervaren op de arbeidsmarkt. In het kader van het interbestuurlijk programma VTH gaan de omgevingsdiensten een gezamenlijke arbeidsmarktcampagne opstarten. De ILT is betrokken bij de ontwikkeling van die campagne en heeft onder andere haar ervaringen met de grootschalige werving van medewerkers voor haar Inlichtingen en Opsporingsdienst (IOD) gedeeld. Dit laat onverlet dat er momenteel bij de ILT én de Omgevingsdiensten enthousiaste mensen werken.

Vraag 5

Waarom worden de controles van de ILT op de beheerders van de primaire waterkeringen om de twaalf jaar herhaald? Waarom is er gekozen voor een interval van twaalf jaren?

Antwoord

De Waterwet bepaalt dat de keringbeheerder iedere twaalf jaar een verslag uitbrengt aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat over de waterstaatkundige toestand van de primaire waterkeringen in zijn beheergebied in het licht van de normen, als bedoeld in artikel 2.2 van de Waterwet. De regels voor de beoordeling van de veiligheid van de primaire waterkering zijn vastgelegd in de Regeling veiligheid primaire keringen 2023. De ILT houdt gedurende de gehele periode toezicht op de uitvoering van de regels.

Vraag 6

Zijn de conclusies en leerpunten wat betreft vergunningverlening, toezicht en handhaving (VTH) uit het rapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid «Industrie en Omwonenden» verwerkt in dit Meerjarenplan en, zo ja, op welke manier?

Antwoord

Zoals aangegeven bij vraag 2 loopt er al een interbestuurlijk programma voor de versterking van het VTH-stelsel. Aanvullend hierop wordt begin 2024 gestart met een thema onderzoek waarbij specifiek naar industrie en omwonenden wordt gekeken. Hierbij verkent de ILT samen met de Omgevingsdiensten wat er beter kan in de milieuvergunningen van risicovolle bedrijven, waar het scherper kan en moet, wat daarvoor nodig is en hoe gezondheid beter verankerd kan worden in milieuvergunningen. De ILT start met de gebieden waar omwonenden het meeste last ondervinden van zware industrie en doet dit samen met de wetenschap en in contact met het bedrijfsleven.

Vraag 7

Met welke concrete maatregelen worden de omgevingsdiensten versterkt om beter in staat te zijn te werken aan een gezondere leefomgeving?

Antwoord

In het interbestuurlijk programma dat is gericht op versterking van het VTH-stelsel zijn zes pijlers ondergebracht. Binnen die pijlers wordt er onder andere gekeken naar robuuste omgevingsdiensten en de financieringsstructuur, bestuursrechtelijke en strafrechtelijke handhaving en vervolging, informatievoorziening VTH, het versterken van de kennisinfrastructuur, onafhankelijke uitvoering van toezicht en handhaving en de monitoring en kwaliteit van het milieutoezicht.

De ILT neemt deel aan de pijler-werkgroepen en heeft eigen activiteiten, zoals signalerende- en thematische onderzoeken en de organisatie van netwerkbijeenkomsten. Tenslotte blijft de ILT haar wettelijke Wabo-adviestaak uitvoeren waarbij zij bevoegde gezagen adviseert in het kader van omgevingsvergunningen.

Vraag 8

Hoe gaat de ILT precies het burgerperspectief in het toezicht toepassen?

Wordt dit ook gefaciliteerd voor lagere overheden en wordt daarvoor bijvoorbeeld ook geïnvesteerd in het faciliteren van metingen door burgers (burgerwetenschap)?

Antwoord

Het werken aan maatschappelijk effect staat bij de ILT centraal. Het toezicht van de ILT is sterk gericht op bedrijven en medeoverheden, maar de burger is hierbij belanghebbende. De ILT heeft onder meer de contacten versterkt met organisaties die burgers en consumenten vertegenwoordigen en zal dit nog verder ontwikkelen. In rapportages en uitvoerbaarheidstoetsen geeft de ILT meer aandacht aan het effect van het toezicht op de burger. Ook hecht de ILT veel waarde aan een goede opvolging van meldingen en vragen.

Ook bij lokale overheden staat het burgerperspectief hoger op de agenda. Zo zijn er verschillende Omgevingsdiensten die experimenten uitvoeren met burgerwetenschap.

Vraag 9

Wat betekenen de woorden van de ILT over klantgerichte vergunningverlening, met extra aandacht voor het perspectief van de aanvrager, concreet en hoe voorkomt de ILT dat er niet te veel wordt meegedacht met de aanvrager, die vaak economische belangen heeft, en dat kwetsbare belangen, zoals gezondheid, milieu en natuur hierdoor te veel benadeeld worden?

Antwoord

De ILT wil de aanvrager van een vergunning op een zakelijke manier optimaal van dienst zijn. Zij bewaakt daarbij haar eigen rol en verantwoordelijkheid en ook die van de aanvrager. De ILT streeft ernaar goede voorlichting te geven en personen of bedrijven te wijzen op de randvoorwaarden en benodigde processtappen waarmee vergunningaanvragen binnen de termijnen in behandeling kunnen worden genomen. Inhoudelijk toetst de ILT aanvragen aan de van toepassing zijnde wet- en regelgeving en in het licht van de bescherming van het publiek belang. Als de ILT daarbij spanning ziet en er mogelijk ongewenste ontwikkelingen optreden, dan kan zij daarover signaleren.

Vraag 10

Krijgt de Kamer een brief over de resultaten van het denkproces bij de ILT over de vraag hoe zij de burger kan betrekken in het toezicht? Zo ja, wanneer?

Antwoord

De ILT zal hier in haar jaarverslag 2023 (publicatie in mei 2024) aandacht aan besteden.

Vraag 11

Is Tata Steel een onderwerp dat volgens het Meerjarenplan wordt gezien als een groot maatschappelijk risico?

Antwoord

De ILT prioriteert haar inzet op basis van de grootste risico’s binnen haar takenpakket, de wettelijke- en verdragsrechtelijke verplichtingen en maatschappelijke ontwikkelingen. In dat kader zet de ILT haar inzet voor het toezicht op Tata steel onverminderd door, net als de invulling van haar Wabo-adviestaak ten aanzien van de Provincie Noord-Holland.

Vraag 12

Gaat de ILT extra aandacht besteden aan VTH bij Tata Steel?

Antwoord

Zie de beantwoording van vraag 11.

Vraag 13

Gaat het u, gezien het feit dat bij Tata Steel de meerwaarde is gebleken van de inzet van camera’s, Artificial Intelligence (AI) en meer meten vanuit de overheid om de gezondheid effectiever en efficiënter te kunnen beschermen, meer continu cameratoezicht, inzet van AI, metingen en een fijnmazig meetnetwerk bij hoge risico-bedrijven stimuleren?

Antwoord

De ILT werkt risicogericht en kijkt voortdurend naar mogelijkheden voor innovatie en vernieuwing in het toezicht om haar taken meer effectief uit te kunnen voeren. Bijvoorbeeld hoe de uitstoot van broeikasgassen slim kan worden gemonitord binnen de wettelijke kaders waarbinnen de ILT opereert. Ook inzet van en ontwikkelingen rond AI worden door de ILT bekeken als hulpmiddel om risico’s te identificeren.

Vraag 14

Gaat de ILT de mogelijkheden van AI benutten om het milieu en de gezondheid beter te beschermen? Zo ja, hoe?

Antwoord

De ILT spant zich ervoor in om binnen haar werkterreinen de schade aan mens en milieu zo veel mogelijk te voorkomen. Op dit moment is AI een hulpmiddel om risico’s te identificeren. Waarna inspectie-inzet op de grootste risico’s volgt. Zie ook de beantwoording van vraag 13.

Vraag 15

Op welke manier gaat u, aangezien overheden bij vergunningverlening, toezicht en handhaving nog steeds grotendeels afhankelijk zijn van data van de bedrijven waarop toezicht wordt gehouden zelf, investeren in meer eigen metingen als het gaat om schadelijke stoffen, zoals NO2, SO2, polycyclische aromatische koolwaterstoffen (PAK’s) en zeer zorgwekkende stoffen (ZZS)?

Antwoord

De ILT werkt steeds meer informatie gestuurd en data gedreven. In dat kader haalt de inspectie ook zelf informatie op en kijkt zij dus breder dan data die door bedrijven wordt aangeleverd.

Vraag 16

Welke mogelijkheden heeft de ILT om lagere overheden aan te spreken, indien daar onvoldoende of te laat wordt ingezet op toezicht, aanscherping van vergunningen en handhaving om het milieu en gezondheid te beschermen? Hoe vaak heeft de ILT tot nu toe gebruik gemaakt van deze mogelijkheden en in welke gevallen?

Antwoord

De ILT heeft een wettelijke adviestaak naar het bevoegd gezag bij de Wabo-vergunningverlening aan grote bedrijven. Hiermee beoordeelt de ILT of de omgevingsvergunning voldoet aan nationale en Europese regelgeving. Zo nodig worden interventies gepleegd om de vergunning te verbeteren. Een overzicht van de invulling, de resultaten en het effect van de taak als wettelijk Wabo-adviseur bij de verlening van omgevingsvergunningen aan grote bedrijven (periode 2019 tot en met 2022) is op 10 januari jongstleden aan uw Kamer aangeboden.3

Daarnaast kan de ILT toezicht houden op de uitvoering van een aantal taken door provincies (Interbestuurlijk Toezicht). Daarbij kan worden nagegaan of de provincies voldoende rekening houden met de door het Rijk vastgestelde wet- en regelgeving en beleid. Het gaat om milieutaken waarvan de uitvoering bij de provincies is neergelegd in medebewind. De interventies kunnen bestaan uit informatie opvragen, bestuurlijke gesprekken, afspraken maken over acties en termijnen en ultimo indeplaatsstelling waarbij de toezichthouder de rol van het bestuursorgaan overneemt. De ILT is voornemens om deze vorm van toezicht binnen de beperkingen van de wet vanaf 2024 actiever te gaan toepassen.

Vraag 17

Welke impact heeft de nieuwe Handhavingsstrategie ILT, die naar verwachting op 1 januari 2024 van start gaat, op het aantal strafrechtelijke interventies en het huidige toezicht?

Antwoord

De Handhavingsstrategie Omgevingsrecht ILT, die per 1 januari 2024 in werking treedt en aansluit op de Landelijke Handhavingsstrategie Omgevingsrecht (LHSO), heeft hetzelfde werkingsbereik als de Landelijke Handhavingsstrategie uit 2014 waar de ILT nu mee werkt. Strafrechtelijke interventies vormen een onderdeel van het totale handhavingsinstrumentarium en de ILT kijkt vooraf welk instrument of combinatie daarvan het meeste effect kan sorteren.

In het kader van de Handhavingsstrategie maken de ILT en het Functioneel Parket van het Openbaar Ministerie aanvullende afspraken over de effectuering van strafrechtelijke handhaving. Dit kan als uitwerking hebben dat, als er voor strafrechtelijke handhaving wordt gekozen als meest passende interventie, dit effectiever wordt. Een ander aspect van de Handhavingsstrategie Omgevingsrecht ILT is de focus op preventie en het stimuleren van naleving.

Vraag 18

Hoe verhoudt de inzet van de ILT voor het beperken van geluidsoverlast, het verminderen van uitstoot van schadelijke stoffen en het beperken van klimaatschade zich tot de belangrijke economische en maatschappelijke positie die luchthavens in Nederland hebben?

Antwoord

De afweging tussen negatieve effecten van luchtvaart en economische en maatschappelijke belangen is een politieke afweging, die zich vertaalt in wet- en regelgeving. De ILT houdt toezicht op deze wet- en regelgeving met betrekking tot geluidsnormen en de uitstoot van schadelijke stoffen.

Bij het toezicht op de naleving bepaalt de ILT haar inzet, zoals vastgelegd in het Meerjarenplan, mede op basis van risico’s op maatschappelijke schade. Een voorbeeld hiervan is een verkenning die de ILT momenteel uitvoert naar de samenstelling van kerosine.


X Noot
1

bijlage bij Kamerstuk 22 343, nr. 357

X Noot
2

bijlage bij Kamerstukken 22 343 en 28 663, nr. 390

X Noot
3

Kamerstukken 22 343 en 28 663, nr. 390

Naar boven