36 410 VIII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2024

Nr. 116 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR PRIMAIR EN VOORTGEZET ONDERWIJS

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 7 maart 2024

Hierbij stuur ik u op verzoek van het lid Stoffer (SGP) een brief over het uitvoeren van de motie 36 410 VIII, nr. 99. Het verzoek werd ingezonden op 23 januari 2024 met kenmerk 2024Z00595.

Met de motie, die is ingediend tijdens het begrotingsdebat van het Ministerie van Onderwijs Cultuur en Wetenschap op 16 januari jl., verzoekt de Kamer de regering om het toezicht op informeel onderwijs enkel en alleen te richten op broedplaatsen van radicalisering en strijdigheid met de democratische rechtsorde.

De fractie van GroenLinks-PvdA heeft bij de regeling van werkzaamheden op 24 januari jongstleden aangegeven gewenst te worden geacht bij de stemmingen op 23 januari tegen de motie-Stoffer/Krul (36 410-VIII, nr. 99) te hebben gestemd.1

Ik zal de betreffende motie niet uitvoeren. Wel wil ik ook via deze weg benadrukken dat de uitwerking van het wettelijk toezicht op informeel onderwijs zeer zorgvuldig plaatsvindt. Daarover zal nog uitgebreide gedachtewisseling met uw Kamer plaatsvinden. Ik verwacht het wetsvoorstel in het derde kwartaal van 2024 open te stellen voor internetconsultatie.

De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs, M.L.J. Paul

Naar boven