Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 17 januari 2024
Op 25 april 2023 zijn de Europese onderhandelingen over de herziening van de richtlijn
van het Europese systeem voor handel in broeikasgasemissierechten (EU ETS) afgerond.
Het wetsvoorstel ter implementatie van deze herziening (wetsvoorstel 36407) is op
5 september 2023 aan de Tweede Kamer aangeboden en op 16 januari 2024 aangenomen.
Voor de meeste artikelen van de herziene EU ETS-richtlijn geldt dat de deadline voor
omzetting in nationale wet- en regelgeving 31 december 2023 was, ten behoeve van een
geharmoniseerde Europese uitvoering vanaf 1 januari 2024. Omdat deze deadline is overschreden,
heeft het kabinet reeds een infractiemelding ontvangen van de Europese Commissie.
Het wetsvoorstel houdt vast aan zuivere implementatie van enkel de bindende bepalingen
uit de richtlijn. Dat wil zeggen dat er geen andere regels opgenomen zijn dan voor
deze implementatie noodzakelijk. Het kabinet hecht aan tijdige implementatie van Europese
richtlijnen in Nederland. Ik wil u daarom verzoeken het wetsvoorstel zo spoedig mogelijk
te behandelen.
Het EU ETS is een bijna volledig Europees werkend systeem, met vaste termijnen en
procedures. Het verstrijken van de implementatiedeadline brengt verschillende uitvoeringsrisico’s
met zich mee en onzekerheid in de relevante sectoren. De Nederlandse Emissieautoriteit
(NEa) heeft momenteel bijvoorbeeld niet de bevoegdheden om beslissingen te nemen over
vergunningen noch om toezicht te kunnen houden op de gerapporteerde emissies in de
nieuwe sectoren van het ETS en indien nodig handhavend op te treden. Zo kan de situatie
ontstaan dat via Nederland een deel van de EU ETS-regelgeving wordt omzeild. Voor
het verlenen van emissierechten aan de bestaande industrie gelden nieuwe regels die
per 2024 zijn ingevoerd. Naarmate de implementatiedeadline langer wordt overschreden,
wordt het steeds minder zeker dat de NEa in staat zal zijn om tijdig alle informatie
te verzamelen om het aantal gratis rechten te berekenen en de emissierechten te verstrekken.
Ten slotte kan de Europese Commissie voortbouwend op de infractiemelding besluiten
tot het starten van een inbreukprocedure, met als mogelijk gevolg een dwangsom.
Gezien het bovenstaande hecht het kabinet aan een zo spoedig mogelijke implementatie
en wil ik u verzoeken om de behandeling van het wetsvoorstel in de Eerste Kamer spoedig
ter hand te nemen.
In reactie op het verzoek van het lid Van Aerdts tijdens de vergadering van de commissie
Economische Zaken en Klimaat van 7 november j.l. bied ik u tevens als bijlage bij
deze brief een geconsolideerde wettekst aan.
De Minister voor Klimaat en Energie, R.A.A. Jetten