36 359 Sociale veiligheid in de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nr. 1 BRIEF VAN HET PRESIDIUM

Aan de Leden

Den Haag, 11 mei 2023

Tijdens de Regeling van Werkzaamheden d.d. 18 april 2023 heeft het lid Omtzigt gevraagd om een brief van het presidium naar aanleiding van het rapport «Kracht zonder Tegenkracht, Sociale Veiligheid in de Tweede Kamer der Staten-Generaal» (Handelingen II 2022/23, nr. 75, Regeling van werkzaamheden). De tijdens deze Regeling gestelde vragen beantwoorden we in deze brief.

Op verzoek van de Voorzitter en de Griffier van de Tweede Kamer is het onderzoeks- en adviesbureau verbonden aan het departement Bestuurs- en Organisatiewetenschap (USBO) van de Universiteit Utrecht op 16 juni 2022 een onafhankelijk onderzoek gestart naar sociale veiligheid binnen de Tweede Kamer. De onderzoeksopdracht was erop gericht in kaart te brengen hoe de sociale veiligheid in de Tweede Kamer door Kamerleden, fractiemedewerkers en Kamerambtenaren wordt ervaren. Het onderzoek van de Universiteit Utrecht is een belevingsonderzoek en nadrukkelijk géén feitenonderzoek.

Op 17 april 2023 rond 09.00 uur zijn de uitkomsten van het onderzoek en de aanbevelingen naar alle Kamerbewoners gestuurd met het verzoek het rapport tot 12.00 uur vertrouwelijk te behandelen. Het presidium betreurt het dat (interpretaties van) de onderzoeksresultaten desondanks voortijdig in de media te lezen waren.

Doel van het onderzoek is het geven van concrete inzichten die kunnen bijdragen aan het duurzaam en systematisch verbeteren van de sociale veiligheid in de Kamer. In het rapport worden twintig aanbevelingen gedaan met betrekking tot alle Kamerbewoners, zowel politiek en ambtelijk als in de dynamiek tussen beide.

De Tweede Kamer heeft sinds 2021 extra geïnvesteerd in sociale veiligheid. Dit onderzoek laat zien dat we er nog niet zijn. Het sociale veiligheidsbeleid is complex en wordt onvoldoende breed en zichtbaar gedragen. Daar ligt een belangrijke opdracht voor ons om mee aan de slag te gaan. Daarbij moeten we rekening houden met het unieke karakter van de Tweede Kamer als parlementair instituut, dat bestaat uit verschillende entiteiten die onder één dak werken.

Het streven is om voor de behandeling van de Raming 2024 met een meer uitgebreide schriftelijke reactie te komen op het onderzoek, met respect voor de verschillende rollen en verantwoordelijkheden van eenieder in de Tweede Kamer. De Griffier zal, in samenspraak met de Universiteit Utrecht, een werksessie organiseren die toegankelijk is voor Kamerambtenaren, met als doel vragen te beantwoorden en reacties op te halen.

Het presidium bespreekt op 25 mei 2023 het rapport en de aanbevelingen met de onderzoekers. Op dit moment vindt er een inventarisatie plaats bij de fracties om te bezien of binnen fracties behoefte is aan ondersteuning bij het geven van een vervolg aan het rapport, zodat hieraan op een passende manier tegemoet kan worden gekomen.

Melden ongewenst gedrag

Het presidium vindt het van groot belang dat Kamerbewoners die ongewenst gedrag ervaren zich niet belemmerd voelen dit te melden. Wanneer iemand te maken krijgt met ongewenst gedrag kan een vertrouwenspersoon benaderd worden voor het doen van een melding. De Kamerorganisatie kent interne vertrouwenspersonen – vertegenwoordigd uit zowel de ambtelijke organisatie als de fracties – en externe vertrouwenspersonen. Daarnaast bestaat de mogelijkheid om een formele klacht in te dienen bij de Klachtencommissie ongewenste omgangsvormen. Deze mogelijkheid is er voor Kamerambtenaren, en voor fractiemedewerkers waarvan de eigen werkgever de «Klachtenregeling ongewenste omgangsvormen van de Tweede Kamer» op de werkverhouding van toepassing heeft verklaard.

Op de eerste pagina van het onderzoeksrapport wordt ook direct verwezen naar deze instanties (Vertrouwenspersonen en Klachtencommissie ongewenste omgangsvormen | Plein2), zodat bij de Kamerbewoners duidelijk is waar zij terecht kunnen met hun melding en/of klacht.

Het presidium beseft dat communiceren over waar men terecht kan met signalen en meldingen over ongewenst gedrag cruciaal is. Samen met de Griffier wordt bekeken hoe de communicatie hierover verbeterd kan worden.

Niet alle werkgevers binnen de Kamerorganisatie hebben een meldstructuur ingericht en daar waar dat wel is gedaan, beperken de bevoegdheden zich tot de eigen werknemers en strekt dit zich niet uit tot andere Kamerbewoners. De bevoegdheden van de Griffier als werkgever (en dus ook het toezicht hierop door het presidium) zijn beperkt tot de ambtelijke organisatie. Andere werkgevers binnen de Tweede Kamer hebben een eigen verantwoordelijkheid om te zorgen dat mensen zich vrij voelen ongewenst gedrag te melden. Het presidium zal, samen met de Griffier, bekijken of de aanbevelingen nopen tot voorstellen om de meldmogelijkheden aan te passen.

Verder wordt in het rapport aangegeven dat ook andere factoren eraan kunnen bijdragen dat het doen van een melding achterwege blijft. Om deze drempels weg te nemen worden in het rapport aanbevelingen gedaan. Hierbij zal op een samenhangende wijze gewerkt moeten worden aan structuren, systemen én aan cultuur, waarbij zichtbare en gezamenlijke inspanningen van ambtelijke en politieke leiders onontbeerlijk zijn.

Bewaren en archiveren informatie

In het rapport van de Universiteit Utrecht staan voorbeelden van uitingen van ongewenst gedrag die deelnemers in interviews en/of via het invullen van de vragenlijst hebben gedeeld. Een voorbeeld dat genoemd wordt, is het onder druk zetten om berichten te wissen die onder de Wet open overheid (Woo) vallen. Het presidium wijst er eerst op dat alle informatie en casuïstiek voor het onderzoek anoniem zijn ingebracht en de bevindingen in het rapport niet herleidbaar zijn tot individuele personen of fracties. De vraag naar (concrete) wetsovertredingen kan dan ook niet worden beantwoord. Daarnaast is het onderzoek ook niet bedoeld voor het (kunnen) vaststellen van wetsovertredingen (het is geen waarheidsvinding). Het doel van het onderzoek is om de onderliggende patronen en mechanismen bloot te leggen die de kans op sociaal onveilige situaties en grensoverschrijdend gedrag tussen Kamerbewoners vergroten of juist verkleinen.

In dit kader is, zowel bij de Regeling van Werkzaamheden d.d. 18 april 2023 door het lid Omtzigt, als tijdens de procedurevergadering van de commissie Binnenlandse Zaken d.d. 20 april 2023 door het lid Leijten verzocht om in te gaan op de vraag hoe het presidium en de ambtelijke leiding omgaan met het archiveren van zaken in het kader van de Woo. Graag gaan we daar in algemene zin op in.

Zowel de Archiefwet als de Woo heeft voortdurend de aandacht van het presidium en de Griffier. Binnen de Tweede Kamer loopt momenteel het meerjarige programma Verbetering Informatiehuishouding Tweede Kamer (VITK). Dit programma richt zich op beleid en (werk)afspraken, systemen die de informatiehuishouding ondersteunen en het borgen van benodigde kennis en vaardigheden. Het verbeteren van de (tegenwoordig vooral digitale) informatiehuishouding geldt ook als belangrijke voorwaarde om adequaat invulling te kunnen geven aan de Woo. In die zin gaan de Archiefwet en de Woo dus hand in hand.

Op dit moment heeft de Tweede Kamer ervoor gekozen de richtlijn «Handreiking: bewaren chatberichten van het Rijk» te volgen. De Tweede Kamer is bezig, net als het Rijk, om de maatregelen aan te passen en in lijn te brengen met het advies van het adviescollege Openbaarheid en Informatiehuishouding (ACOI). Aan ambtenaren is opgedragen de functie «automatisch wissen» in berichtenapps uit te zetten om te voorkomen dat archiefwaardige informatie verdwijnt.

Het systematisch verbeteren van de digitale archivering en de invoering van de Woo binnen de Kamerorganisatie is geen sinecure. Er zijn al belangrijke stappen gezet, ook rond het adequaat beantwoorden van Woo-verzoeken. Deels maken we daarbij gebruik van instrumentarium dat voor het Rijk wordt uitgewerkt, zoals een nieuwe richtlijn Chatberichten, maar voor een ander deel is de situatie – met name ten aanzien van Kamerleden – heel specifiek voor het werkproces van de Tweede Kamer zelf. Bij al deze maatregelen moet goed worden gekeken naar de praktische uitvoerbaarheid.

Het presidium heeft gevraagd om duidelijke instructies voor individuele Kamerleden. Momenteel is de Griffier bezig het advies stap voor stap concreet te maken zodat deze uitgangspunten op een werkbare manier voor alle Kamerbewoners kunnen worden ingevuld. U ontvangt binnenkort nadere informatie hierover.

Rechtsbescherming

Bij de Regeling van Werkzaamheden is ook gevraagd in te gaan op de wijze waarop de rechtsbescherming is geregeld van mensen die betrokken zijn bij het lopende feitenonderzoek. Bij de start en de (lopende) uitvoering van het feitenonderzoek naar aanleiding van twee anonieme brieven is en wordt specifiek en indringend aandacht gevraagd voor het belang van voldoende en zorgvuldige hoor- en wederhoor. In de brieven van 14 november 2022 en 21 december 2022 (Kamerstuk 36 221, nrs. 5 en 7) is toegelicht dat het onderzoeksbureau Hoffmann, in samenspraak met de gedelegeerd opdrachtgevers, zullen voorzien in een onderzoeksprotocol, waaronder een protocol om hoor-en wederhoor te borgen. De gedelegeerde opdrachtgevers zien er dus op toe dat de rechten worden geborgd van zowel degenen die aan het feitenonderzoek deelnemen als degenen van wie het handelen voorwerp van het onderzoek is of kan zijn. Het lopende feitenonderzoek is een op zichzelf staand traject en een ander type onderzoek dan van de Universiteit Utrecht.

De rol van de Griffier en het presidium ten aanzien van het feitenonderzoek is beperkt tot het formeel juridisch opdrachtgeverschap.

Informatieverzoek

In september 2018 en juni 2021 zijn werkbelevingsonderzoeken onder alle ambtelijke medewerkers van de Tweede Kamer uitgevoerd. De onderzoeken bestonden steeds uit twee onderdelen: werkbeleving en ongewenst omgangsvormen. De uitkomsten zijn naar aanleiding van Woo-verzoeken in december 2022 (grotendeels) openbaar gemaakt. De rapporten zijn als bijlagen bijgevoegd.

Ook is door het lid Omtzigt gevraagd naar het advies van Capra Advocaten dat bij de behandeling van deze Woo-verzoeken in december 2022 openbaar is gemaakt. Deze adviezen hebben betrekking op het Beleid ongewenste omgangsvormen en de Klachtregeling ongewenste omgangsvormen van de Tweede Kamer. Capra heeft een concept voor een herziene klachtenregeling ongewenste omgangsvormen aangeleverd, waarna tussen Capra en de betrokken ambtenaren (via e-mail) concepten zijn gewisseld. Deze documenten zijn bijgevoegd.

Tot slot

Het presidium vindt het van groot belang dat iedereen in het Kamergebouw veilig zijn of haar werk kan doen. De uitkomsten en aanbevelingen van het onderzoek geven handvatten om te werken aan een veiligere werkomgeving. Dit vergt een inspanning van ons allemaal: Kamerleden, fractiemedewerkers en ambtenaren.

Ik ga ervan uit u hiermee thans voldoende te hebben geïnformeerd.

Namens het presidium,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, Vera Bergkamp

Naar boven