36 328 Raming der voor de Tweede Kamer in 2024 benodigde uitgaven, alsmede aanwijzing en raming van de ontvangsten

Nr. 18 BRIEF VAN HET PRESIDIUM

Aan de Leden

Den Haag, 8 maart 2024

Tijdens de Regeling van werkzaamheden van 5 maart 2024 is een aantal vragen gesteld over de ordeverstoring tijdens het Vragenuur van de Tweede Kamer en de pro-Palestijnse demonstratie in de hal van de Tweede Kamer.

Het Presidium betreurt het ten zeerste dat deze acties binnen het Kamergebouw hebben plaatsgevonden. De Tweede Kamer is een open en toegankelijk parlement, waar iedereen welkom is. Ordeverstoringen, op welke manier dan ook, zijn niet geoorloofd. Kamerleden en bewindspersonen moeten ongestoord het debat met elkaar kunnen aangaan. Ook fractiemedewerkers en ambtelijke ondersteuning moeten zonder vrees voor ordeverstoringen hun werk kunnen doen. Het Presidium is de betrokken veiligheidsdiensten erkentelijk dat door hun inzet het Kamerwerk dinsdag gewoon door kon gaan.

Het Presidium hecht eraan te benadrukken dat het recht om te demonstreren een belangrijk onderdeel is van onze rechtsstaat. Het recht tot vergadering en betoging is ook opgenomen in de Grondwet. In de omgeving van het gebouw van de Tweede Kamer kan op veel plekken worden gedemonstreerd. In het Kamergebouw zelf is demonstreren, of in woord of gebaar reageren op wat in de vergaderzaal wordt gezegd, niet toegestaan.

Ordeverstoringen

De actievoerders die dinsdag 5 maart 2024 de orde hebben verstoord zijn bij binnenkomst – net als andere bezoekers – gecontroleerd en door de scanstraat gegaan. De Kamer hanteert diverse zichtbare en onzichtbare veiligheidsmaatregelen. Demonstratiemateriaal mag niet in het Kamergebouw meegenomen worden. Desondanks kan niet volledig voorkomen worden dat stoffen objecten, zoals vlaggen of spandoeken, hun weg naar binnen vinden. Wanneer wordt gesignaleerd dat er toch (stoffen) objecten zijn meegenomen, treedt het Kamerpersoneel direct op. Dat is ook gebeurd bij de drie incidenten op de publieke tribune van de plenaire vergaderzaal, waarbij mensen vlaggen toonden en schreeuwden. Er is snel en correct ingegrepen, met minimale gevolgen voor het verloop van de plenaire vergadering.

Los van de onwenselijkheid wil het Presidium benadrukken dat de actie in de Statenpassage, waarbij een groep mensen leuzen scandeerde, van meet af aan beheersbaar is geweest. De beveiligers van de Tweede Kamer hebben de actievoerders gevorderd het pand te verlaten en meegedeeld dat ze in overtreding waren. Vervolgens is de politie om assistentie gevraagd. Er was snel voldoende politiecapaciteit ter plaatse. Vanwege het publieke karakter van de Statenpassage is aanvankelijk de vraag gesteld of het incident als een niet aangemelde demonstratie moest worden gezien. Daarover is contact geweest met de burgemeester van Den Haag. Vervolgens is geconstateerd dat het lokaalvredebreuk betrof, waarna de politie heeft gehandeld en de 19 personen uit het Kamergebouw heeft verwijderd. De personen zijn meegenomen naar het politiebureau. Dit hele proces heeft, mede vanwege de zorgvuldigheid die willen en dienen te betrachten, enige tijd gekost.

Hoewel er sprake is geweest van een uiterst onwenselijke en ontoelaatbare situatie, wil het Presidium benadrukken dat de veiligheid van Kamerbewoners op geen enkele manier in het geding is geweest. De diensten hebben de zaak continu onder controle gehad en de Voorzitter en Griffier zijn steeds op de hoogte gehouden van de ontwikkelingen. Zou dit anders zijn beoordeeld door de in- en externe beveiligingspartners dan was ook dienovereenkomstig gehandeld. De Tweede Kamer heeft een professionele beveiligingsorganisatie. Zij hebben de juiste afwegingen gemaakt en ervoor gezorgd dat de plenaire vergadering en het politieke proces, behoudens korte schorsingen, ongestoord doorgang kon vinden.

Maatregelen

De Voorzitter heeft aangifte gedaan van lokaalvredebreuk en verstoring van de vergadering en daarbij een onderbouwing gegeven van de incidenten die hebben plaatsgevonden, zowel in de plenaire zaal als in de hal van de Kamer. Hierbij is ook aangegeven welke leuzen zijn gebezigd door de actievoerders. Het is nu aan het Openbaar Ministerie om dit nader te onderzoeken, onder andere aan de hand van de door de Kamer beschikbaar gestelde beelden.

Het Presidium heeft naar aanleiding van dit incident – en conform het bestaande beleid – in zijn vergadering van 6 maart 2024 besloten om 19 personen per direct de toegang tot het Tweede Kamergebouw te ontzeggen voor de duur van vier weken. Het Presidium zal tevens de set aan huisregels aanscherpen zodat nog duidelijker wordt dat binnen het Kamergebouw geen demonstratieve gedragingen en uitingen kunnen plaatsvinden. Ook zal dit bij de publieksentree duidelijk worden gecommuniceerd, zodat hierover geen enkel misverstand kan bestaan.

Donderdag 7 maart 2024 heeft de Griffier heldere afspraken gemaakt met de burgemeester van Den Haag over de bevoegdheidsverdeling in de voor het publiek toegankelijke hal van de Tweede Kamer. Bij ordeverstoringen, ook als die de vorm van een demonstratie hebben, is de beveiligingsdienst van de Tweede Kamer bevoegd de bezoekers te sommeren de gedragingen te staken en het Kamergebouw te verlaten. Als daaraan geen gehoor wordt gegeven, kan de politie de ordeverstoorders direct uit het pand zetten. De politie staat daarbij in nauw contact met de Griffier, maar treedt op onder gezag van de officier van justitie (artikel 12 Politiewet). Tussenkomst van de burgemeester is niet aan de orde.

De afspraken die gemaakt zijn met de burgemeester van Den Haag en het Openbaar Ministerie dragen bij aan een adequate en voortvarende afhandeling van ernstige overtredingen van de huisregels, mocht daar in de toekomst sprake van zijn.

Tot slot

Ondanks het hoge niveau aan beveiligingsmaatregelen binnen de Kamer en de constante alertheid van het Kamerpersoneel valt niet geheel uit te sluiten dat zich opnieuw een dergelijke situatie binnen het Kamergebouw voordoet. Om te blijven voldoen aan de laatste standaarden op het gebied van veiligheid blijft de Kamer ook de komende jaren investeren in beveiligingsmaatregelen, zodat zowel efficiency- als effectiviteitswinst wordt behaald.

Het Presidium wil hierbij nogmaals zijn grote waardering uitspreken voor de wijze waarop het Kamerpersoneel en de politie hebben opgetreden bij de ordeverstoringen op de publieke tribune en in de hal van het Kamergebouw.

Met vriendelijke groet,

namens het Presidium,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, Martin Bosma

Naar boven