Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 20 december 2022
Op 2 december 2022 is het wetsvoorstel Tijdelijke wet onderzoeken AIVD en MIVD naar
landen met een offensief cyberprogramma tegen Nederland bij uw Kamer ingediend (Kamerstuk
36 263). Zoals toegezegd in het Commissiedebat I&V diensten van 29 juni 2022 (Kamerstuk
30 977, nr. 164), bieden wij ten behoeve van uw Kamer graag een technische briefing aan inzake het
wetsvoorstel.
Op 8 december 2022 is in de procedurevergadering van de vaste commissie voor Binnenlandse
Zaken over het wetsvoorstel gesproken en is verzocht om aan de commissie een tijdlijn
te doen toekomen, waarin inzichtelijk wordt wanneer de Kamer de aangekondigde nota
van wijziging op het onderhavige wetsvoorstel en andere relevante stukken ten aanzien
van het wetsvoorstel kan verwachten. Tevens is verzocht om de Kamer te informeren
over de keuze om de nota van wijziging niet separaat per brief aan de Kamer aan te
kondigen.
In het nader rapport (Kamerstuk 36 263, nr. 4) hebben wij uw Kamer geïnformeerd dat wij voornemens zijn om op het wetsvoorstel
nog een nota van wijziging uit te brengen. Bij nader inzien was het beter geweest
dit nog in een aparte brief bij het wetsvoorstel onder uw aandacht te brengen. De
nota van wijziging regelt in elk geval een tweetal onderwerpen voor alle inlichtingenonderzoeken
van de diensten, en is derhalve niet beperkt tot de onderzoeken waarop het thans bij
uw Kamer aanhangige wetsvoorstel betrekking op heeft. Deze twee onderwerpen zijn:
-
• Een voorafgaand bindende toets op een toestemming tot real time verzameling van verkeers-
en locatiegegevens (een zogeheten «stomme tap») en;
-
• Een regeling die onder bindend toezicht van de afdeling toezicht van de CTIVD de mogelijkheid
biedt tot jaarlijkse verlenging van de termijn voor beoordeling op relevantie van
bulkdatasets, die met bijzondere bevoegdheden zijn verworven.
De nota van wijziging is een substantiële aanvulling op het wetsvoorstel waar de Afdeling
advisering van de Raad van State (hierna: de Afdeling) een advies over uit zal brengen.
Een ontwerp van de nota van wijziging zal omstreeks 23 december 2022 in openbare consultatie
worden gegeven. Na afloop van de consultatietermijn en na verwerking van de ontvangen
reacties zal het ontwerp van de nota van wijziging voor advies aan de Afdeling worden
voorgelegd.
Rekening houdend met de adviestermijn van de Raad van State (4–6 weken) en met het
opstellen van het nader rapport, zullen wij de nota van wijziging naar verwachting
begin april 2023 bij uw Kamer kunnen indienen. Gelet op de urgentie van het onderwerp
verzoek ik u, vooruitlopend op de indiening van de nota van wijziging de behandeling
van het wetsvoorstel alvast ter hand te nemen.
Beide aanvullingen op het wetsvoorstel zijn overigens onderwerpen waarvan wij samen
met de CTIVD en TIB van mening zijn dat deze gelet op de in het geding zijnde belangen
van nationale veiligheid en de bescherming van fundamentele rechten op kortst mogelijke
termijn via aanpassing van wetgeving dienen te worden geregeld en dat daarbij niet
gewacht kan worden op de algehele herziening van de Wiv 2017, die nog geruime tijd
zal vergen.
Een eerste stap tot de algehele herziening van de Wiv 2017 betreft de hoofdlijnennotitie
inzake de voorgenomen wijziging van de Wiv 2017, waarvan in het Commissiedebat I&V
diensten van 29 juni 2022 door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
is toegezegd dat deze in het najaar zou volgen. Het concept van de hoofdlijnennotitie
is gereed. De komende periode zullen de TIB en CTIVD geconsulteerd worden en is onze
intentie om deze hoofdlijnennotitie het eerste kwartaal van 2023 aan uw Kamer aan
te bieden.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
H.G.J. Bruins Slot
De Minister van Defensie,
K.H. Ollongren