Tweede Kamer der Staten-Generaal

36 250 XVII Wijziging van de begrotingsstaat van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking voor het jaar 2022(wijziging samenhangende met de Najaarsnota)

Nr. 2 MEMORIE VAN TOELICHTING

Vergaderjaar 2022‒2023

A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL

Wetsartikel 1 

De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij de wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2022 wijzigingen aan te brengen in:

De begrotingsstaat van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking.

De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).

De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking,E.N.A.J.Schreinemacher

B. BEGROTINGSTOELICHTING

1 Leeswijzer

De voorliggende Tweede suppletoire begroting bevat de voorgestelde wijzigingen ten opzichte van de Eerste suppletoire begroting 2022 van hoofdstuk XVII van de begroting van het Rijk.

In onderdeel 2 worden de belangrijkste mutaties op de begroting voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking toegelicht.

Onderdeel 3 bevat per beleidsartikel een tabel budgettaire gevolgen van beleid. Na de tabel «budgettaire gevolgen van beleid» wordt een toelichting op de mutaties gegeven. Hierbij worden per artikel de mutaties die groter of gelijk zijn aan de ondergrenzen in onderstaande staffel conform de Rijksbegrotingsvoorschriften toegelicht. De wijzigingen van de verplichtingen worden alleen toegelicht wanneer deze groter zijn dan 10% ten opzichte van de vorige stand op artikelniveau.

De budgetten zijn op het niveau van artikelonderdeel verdeeld over een aantal financiële instrumenten. Bij de uitvoering van BHOS-beleid wordt het meest effectieve instrument en de uitvoerende organisatie geselecteerd. De keuze van het instrument is daardoor vooraf meestal niet bekend en is bij het opstellen van de begroting niet goed te bepalen. Dit verklaart waarom de budgetten op instrumentniveau in deze suppletoire begroting veelvuldig wijzigen.

Tabel 1 Ondergrenzen conform RBV

Omvang begrotingsartikel (stand ontwerpbegroting) in € miljoen

Beleidsmatige mutaties (ondergrens in € miljoen)

Technische mutaties (ondergrens in € miljoen)

< 50

1

2

=> 50 en < 200

2

4

=> 200 en < 1000

5

10

=> 1000

10

20

2 Beleid

2.1 Overzicht belangrijke uitgaven- en ontvangstenmutaties

Uitgaven:

In dit wetsvoorstel zijn een aantal begrotingswijzigingen opgenomen die leiden tot een stijging van de geraamde uitgaven van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII) met EUR 96,8 miljoen in 2022.

Hieronder vindt u een overzicht van de meest in het oog springende wijzigingen in de uitgaven ten opzichte van de Eerste suppletoire begroting 2022 voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII):

Tabel 2 Belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties 2022 (Tweede suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
 

Art.

Uitgaven 2021

Vastgestelde begroting 2022

 

3.265.762

Stand 1e suppletoire begroting 2022

 

3.498.861

Belangrijkste suppletoire mutaties

  

1) Versterkte Nederlandse Handels- en Investeringspositie

1.2

17.514

2) Voedselzekerheid

2.1

10.000

3) Humanitaire hulp

4.1

6.000

4) Veiligheid en rechtsstaatontwikkeling

4.3

‒ 15.000

5) Multilaterale samenwerking

5.1

177.763

6) Overig armoedebeleid

5.2

‒ 41.136

7) Nog te verdelen i.v.m. BNI en/of toerekeningen

5,4

‒ 72.187

8) Overige mutaties

 

‒ 4.123

Stand 2e suppletoire begroting 2022

 

3.577.692

Artikelonderdeel 1.2 Versterkte Nederlandse Handels- en Investeringspositie

Per saldo neemt het budget voor artikelonderdeel 1.2 toe. Deze verhoging is toe te schrijven aan:

  • Een ophoging van het budget voor de instrumenten van het Dutch Trade and Investment Fund (DTIF).

  • Verschillende nieuwe programma’s voor internationaal ondernemen.

Artikelonderdeel 2.1 Voedselzekerheid

Het budget van artikelonderdeel 2.1 neemt toe. Deze verhoging is toe te schrijven aan een ophoging van het budget op het gebied van voedselzekerheid voor het PSNP V (Ethiopia’s Productive Safety Net Program) programma van de Wereldbank in Ethiopië.

Artikelonderdeel 4.1 Humanitaire Hulp

Per saldo neemt het budget van artikelonderdeel 4.1 toe. Deze verhoging is toe te schrijven aan:

  • Een verhoogde bijdrage aan UNRWA.

  • Bijdragen aan verschillende noodhulpprogramma’s voor het World Food Programma.

  • Subsidies ten behoeve van het UN Central Emergency Response Fund.

Artikelonderdeel 4.3 Veiligheid en Rechtstaatontwikkeling

Het budget voor artikelonderdeel 4.3 wordt naar beneden bijgesteld omdat het landenbudget Afghanistan op het instrument functionerende rechtsorde is verlaagd.

Artikelonderdeel 5.1 Multilaterale samenwerking

Het uitgavenbudget van artikelonderdeel 5.1 (Multilaterale samenwerking) wordt verhoogd. Dit komt hoofdzakelijk door een bijdrage voor het voorbereiden van Oekraïne op de aankomende winter (winterization). Voor deze bijdrage heeft het kabinet EUR 180 miljoen vrijgemaakt uit de generale middelen.

Artikelonderdeel 5.2 Overig armoedebeleid

Het budget op artikelonderdeel artikel 5.2 wordt per saldo neerwaarts bijgesteld. Dit is vooral toe te schrijven aan:

  • Een overheveling naar artikel 5.1 (Multilaterale samenwerking) ter dekking van de technische assistentie van de European Bank for Reconstruction and Development (EBRD) en bijdragen aan het Joint Fund 2030, UNICEF en UNDP.

  • Een overheveling naar artikel 2 (Voedselzekerheid) en artikel 3 (SRGR) voor de herstart van sociale beschermingsprogramma’s in Ethiopië en Benin.

  • Een overheveling van de Verdragsmiddelen voor Suriname naar het verdeelartikel 5.4. Deze Verdragsmiddelen komen in 2022 niet meer tot betaling. Deze middelen worden komend jaar opnieuw beschikbaar gesteld.

Artikelonderdeel 5.4 Nog te verdelen i.v.m. wijzigingen BNI en/of toerekeningen

Per saldo neemt de stand van het verdeelartikel 5.4 af. De negatieve bijstelling van artikel 5.4 wordt veroorzaakt door de raming van de ODA-toerekening voor eerstejaars opvang van asielzoekers uit DAC-landen 2022 (EUR -160 miljoen). In het voorjaar van 2023 wordt het meerjarige deel van de aangepaste raming verwerkt. Hiertegenover staat onder andere een verhoging vanuit artikel 5.2 vanwege de Verdragsmiddelen Suriname.

Ontvangsten:

In dit wetsvoorstel zijn een aantal begrotingswijzigingen opgenomen die leiden tot een stijging van de geraamde ontvangsten van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII) met EUR 21,4 miljoen in 2022.

Hieronder vindt u de meest in het oog springende wijzigingen in de ontvangsten ten opzichte van de Eerste suppletoire begroting 2022 voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII):

Tabel 3 Belangrijkste suppletoire ontvangstenmutaties 2022 (Tweede suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
 

Art.

Ontvangsten 2022

Vastgestelde begroting 2022

 

51.574

Stand 1e suppletoire begroting 2022

 

53.304

Belangrijkste suppletoire mutaties

  

1) Ontvangsten duurzame economische ontwikkeling, handel en investeringen

1.10

15.336

2) Ontvangsten DGGF

1.30

7.000

3) Overige mutaties

 

‒ 918

Stand 2e suppletoire begroting 2022

 

74.722

Artikel 1

De ontvangsten op artikelonderdeel 1 zijn verhoogd door een onttrekking uit de begrotingsreserves ter dekking van uitbetaalde wisselfinancieringen en door hogere premieontvangsten en terugbetalingen op wisselfinancieringen voor het Dutch Good Growth Fund (DGGF) en het Dutch Trade and Investement Fund (DTIF).

3 Beleidsartikelen

Artikel 1: Duurzame economische ontwikkeling, handel en investeringen

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 4 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 1 Duurzame economische ontwikkeling, handel en investeringen (Tweede suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
  

Stand ontwerp begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting

    

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire begroting

 
       
  

2022

2022

2022

2022

2022

  

(1)

(2)

  

(4)=(2+3)

       
 

Verplichtingen

575 216

624 319

399

6 507

631 225

 

waarvan garantieverplichtingen

100 000

100 000

  

100 000

 

waarvan overige verplichtingen

475 216

524 319

  

531 225

       
 

Uitgaven:

     
       
 

Programma-uitgaven totaal

550 199

555 346

399

15 707

571 452

 

waarvan juridisch verplicht

 

91%

  

100%

       

1.1

Duurzaam handels- en investeringssysteem, incl. MVO

31 525

31 412

257

‒ 1 265

30 404

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

MVO en beleidsondersteuning (ODA)

13 575

13 575

0

4 300

17 875

 

MVO en beleidsondersteuning (non-ODA)

2 611

2 511

257

‒ 1 380

1 388

       
 

Opdrachten

     
 

MVO en beleidsondersteuning (non-ODA)

2 294

2 281

0

‒ 55

2 226

       
 

Bijdrage aan agentschappen

     
 

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland

1 850

1 850

0

0

1 850

       
       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

MVO en beleidsondersteuning (ODA)

6 000

6 000

0

‒ 4 300

1 700

 

Contributies internationaal ondernemen (non-ODA)

5 195

5 195

0

170

5 365

       
       

1.2

Versterkte Nederlandse Handels- en Investeringspositie

86 665

93 425

142

17 372

110 939

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

Programma's internationaal ondernemen

10 000

10 200

0

8 380

18 580

 

Versterking concurrentiepositie Nederland

6 502

6 502

0

0

6 502

 

Invest Internationaal

9 000

9 000

0

‒ 4 000

5 000

 

Dutch Trade and Investment Fund

4 499

4 499

0

0

4 499

       
 

Garanties

     
 

Dutch Trade and Investment Fund

1 500

1 500

0

8 500

10 000

       
 

Opdrachten

     
 

Programma's internationaal ondernemen

11 566

11 566

0

3 450

15 016

 

Dutch Trade and Investment Fund

450

450

0

100

550

 

Wereldtentoonstelling Dubaï

0

3 500

0

‒ 500

3 000

 

Wereldtentoonstelling

0

0

0

500

500

       
 

Bijdrage aan agentschappen

     
 

Rijksdienst voor ondernemend Nederland

43 148

46 208

142

942

47 292

       
       

1.3

Versterkte private sector en arbeidsmarkt in ontwikkelingslanden

432 009

430 509

0

‒ 400

430 109

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

Marktontwikkeling en markttoegang

8 450

8 450

0

3 690

12 140

 

Economic governance and institutions

26 400

24 900

0

‒ 7 600

17 300

 

Financiële sector ontwikkeling

36 810

33 914

0

1 600

35 514

 

Infrastructuurontwikkeling

36 500

33 400

0

‒ 21 871

11 529

 

Duurzame productie en handel

39 700

39 700

0

14 000

53 700

 

(Jeugd)werkgelegenheid

6 000

6 000

0

4 800

10 800

 

Nexus onderwijs en werk

0

12 350

0

‒ 2 260

10 090

 

Lokale private sector ontwikkeling

0

1 470

0

965

2 435

       
 

Leningen

     
 

Infrastructuurontwikkeling

10 000

10 000

0

2 325

12 325

 

Financiële sector ontwikkeling

34 000

34 000

0

20 300

54 300

       
 

Garanties

     
 

Financiële sector ontwikkeling

1 000

1 000

0

9 000

10 000

       
 

Opdrachten

     
 

Marktontwikkeling en markttoegang

12 000

12 000

0

‒ 2 000

10 000

 

Economic governance and institutions

18 000

18 000

0

0

18 000

 

Financiële sector ontwikkeling

4 000

4 000

0

1 600

5 600

 

Infrastructuurontwikkeling

750

750

0

8 550

9 300

 

(Jeugd)werkgelegenheid

19 305

19 305

0

‒ 700

18 605

       
 

Bijdrage aan agentschappen

     
 

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland

34 000

34 000

0

‒ 3 000

31 000

       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

International Labour Organisation

5 700

5 700

0

‒ 1 149

4 551

 

Lokale private sector ontwikkeling

29 794

31 220

0

‒ 6 480

24 740

 

Marktontwikkeling en markttoegang

8 500

8 500

0

310

8 810

 

Partnershipprogramma ILO

5 500

5 500

0

690

6 190

 

Economic governance and institutions

10 000

10 000

0

‒ 6 000

4 000

 

Financiële sector ontwikkeling

3 000

3 000

0

13 200

16 200

 

Infrastructuurontwikkeling

57 000

57 000

0

‒ 27 400

29 600

 

(Jeugd)werkgelegenheid

3 000

3 000

0

‒ 3 000

0

 

Nexus onderwijs en werk

22 600

13 350

0

30

13 380

       
 

Ontvangsten

6 264

6 264

0

22 336

28 600

       

1.10

Ontvangsten duurzame economische ontwikkeling, handel en investeringen

3 264

3.264

0

15 336

18 600

       

1.30

Ontvangsten DGGF

3 000

3.000

0

7 000

10 000

Toelichting

Verplichtingen

Geen toelichting.

Uitgaven

Mutaties tweede suppletoire begroting 2022

Artikelonderdeel 1.1 Duurzaam handels- en investeringssysteem, incl. MVO

Het budget van artikel 1.1 (Duurzame handels- en investeringssysteem) is verlaagd met EUR 1,2 miljoen. Deze verlaging is voornamelijk toe te schrijven aan een overheveling vanuit Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) naar internationaal ondernemen op artikel 1.2 (Versterkte Nederlandse Handels- en Investeringspositie). Verder is het budget verlaagd door een interdepartementale overheveling naar het Ministerie voor Economische Zaken en Klimaat voor MVO en beleidsondersteuning.

Artikelonderdeel 1.2 Versterkte Nederlandse Handels- en Investeringspositie

De positieve bijstelling van artikel 1.2 (Versterkte Nederlandse Handels- en Investeringspositie) met EUR 17,3 miljoen is vooral toe te schrijven aan een ophoging van het budget voor de instrumenten van het Dutch Trade and Investement Fund (DTIF) en programma’s internationaal ondernemen. Deze verhoging is gedekt vanuit het MVO budget, hogere ontvangsten DTIF en een onttrekking aan de Faciliteit Opkomende Markten (FOM) reserve.

Ontvangsten

Het totaal aan ontvangsten op artikel 1 is verhoogd met een onttrekking uit de begrotingsreserves ter dekking van uitbetaalde wisselfinancieringen en door hogere premieontvangsten en terugbetalingen op wisselfinancieringen voor het Dutch Good Growth Fund (DGGF) en het Dutch Trade and Investement Fund (DTIF).

Artikel 2: Duurzame ontwikkeling, voedselzekerheid, water en klimaat

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 5 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 2 Duurzame ontwikkeling, voedselzekerheid, water en klimaat (Tweede suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
  

Stand ontwerp begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting

    

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire begroting

 
       
  

2022

2022

2022

2022

2022

  

(1)

(2)

  

(4)=(2+3)

       
 

Verplichtingen

636 000

945 040

125

167 014

1 112 179

       
 

Uitgaven:

     
       
 

Programma-uitgaven totaal

776 880

806 435

125

10 000

816 560

 

waarvan juridisch verplicht

 

91%

  

100%

       

2.1

Voedselzekerheid

328 672

328 672

0

10 000

338 672

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

Realiseren ecologische houdbare voedselsystemen

20 000

18 000

0

‒ 10 000

8 000

 

Bevorderen inclusieve, duurzame groei in de agrarische sect.

38 000

15 500

0

8 500

24 000

 

Kennis & capaciteitsopbouw ten behoeve van voedselzekerheid

3 000

3 000

0

‒ 2 000

1 000

 

Uitbannen huidige honger en voeding

25 327

25 327

0

0

25 327

 

Voedselzekerheid

0

62 396

0

‒ 11 984

50 412

       
 

Opdrachten

     
 

Kennis & capaciteitsopbouw ten behoeve van voedselzekerheid

33 000

21 000

0

‒ 9 000

12 000

 

Realiseren ecologische houdbare voedselsystemen

10 000

10 000

0

‒ 9 000

1 000

 

Voedselzekerheid

0

2 200

0

0

2 200

       
 

Bijdrage aan agentschappen

     
 

Rijksdienst voor ondernemend Nederland

4 245

3 895

0

‒ 1 559

2 336

       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

Voedselzekerheid

147 650

98 854

0

22 543

121 397

 

Realiseren ecologische houdbare voedselsystemen

5 000

5 000

0

8 000

13 000

 

Bevorderen inclusieve, duurzame groei in de agrarische sect.

18 450

39 500

0

4 000

43 500

 

Kennis & capaciteitsopbouw ten behoeve van voedselzekerheid

20 000

20 000

0

0

20 000

 

Uitbannen huidige honger en voeding

4 000

4 000

0

10 500

14 500

       

2.2

Water

188 619

187 619

0

0

187 619

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

Waterbeheer

17 045

27 854

0

‒ 7 800

20 054

 

Drinkwater en sanitatie

24 429

21 174

0

0

21 174

       
 

Opdrachten

     
 

Waterbeheer

0

7 391

0

‒ 4 891

2 500

       
 

Bijdrage aan agentschappen

     
 

Rijksdienst voor ondernemend Nederland

2 000

2 000

0

0

2 000

       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

Waterbeheer

95 050

77 280

0

18 688

95 968

 

Drinkwater en sanitatie

50 095

51 920

0

‒ 5 997

45 923

       
       
       

2.3

Klimaat

259 589

290 144

125

0

290 269

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

Klimaat algemeen

32 400

34 150

0

300

34 450

 

Hernieuwbare energie

35 000

26 000

0

0

26 000

 

Dutch Fund for Climate and Development

40 000

40 000

0

0

40 000

       
 

Bijdrage aan agentschappen

     
 

Rijksdienst voor ondernemend Nederland

3 000

3 320

0

0

3 320

       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

Contributie IZA/IZT

357

357

0

0

357

 

Klimaatprogramma's (non-ODA)

1 150

1 705

125

0

1 830

 

Klimaat algemeen

123 540

151 470

0

‒ 300

151 170

 

Hernieuwbare energie

17 000

26 000

0

0

26 000

 

UNEP

7 142

7 142

0

0

7 142

Toelichting

Verplichtingen

De verhoging van het verplichtingenbudget bedraagt per saldo EUR 167 miljoen. Deze toename is het gevolg van de per saldo positieve mutaties op artikelonderdelen 2.1 (voedselzekerheid), 2.2 (water) en 2.3 (klimaat).

Voor artikelonderdeel 2.1 (voedselzekerheid) is de per saldo verhoging toe te schrijven aan enerzijds meerjarige verplichtingen in het kader van het uitbannen van honger en ondervoeding met UNICEF en met CARE n.a.v. een subsidietender gericht op weerbaarheid door gezonde diëten. Anderzijds zijn er een aantal nieuwe verplichtingen aangegaan op het gebied van voedselzekerheid waaronder in Ethiopië voor het PSNP V (Ethiopia’s Productive Safety Net Program) programma van de Wereldbank. In het kader van het versterken van kennis & capaciteitsopbouw is daarnaast een nieuwe meerjarige ongeoormerkte verplichting aangegaan met de organisatie CGIAR (Consultative Group on International Agricultural Research) en zijn voor het bevorderen van inclusieve, duurzame groei in de agrarische sector een nieuwe verplichting aangegaan met IFAD CRI (International Fund for Agricultural Development – Crisis Response Initiative) en UNCTAD (United Nations Conference on Trade and Development). Daartegenover staat dat het verplichtingenbudget voor het realiseren van ecologisch houdbare voedselsystemen voor zowel opdrachten als subsidies is verlaagd.

De meest in het oog springende mutaties voor artikelonderdeel 2.2 (water) leiden tot een verhoging van het verplichtingenbudget. Dit zijn enerzijds mutaties op het gebied van drinkwater & sanitatie, waaronder in Mozambique voor een WASH activiteit op Ibo Island in verband met een toestroom van IDP’s (internally displaced persons). Anderzijds zijn dit mutaties in de Palestijnse gebieden voor een tweetal projecten voor het nieuwe WLRI (Water, Land and Road Investment) programma in opvolging van de kamerbrief van 5 januari jl. en in Jemen voor een optopping van reeds aangegane verplichtingen. Daarnaast is de verhoging het gevolg van nieuwe verplichtingen op het gebied van waterbeheer in onder andere Bangladesh voor het Small Scale Water Management Programma met de ADB (African Development Bank).

Voor artikelonderdeel 2.3 (klimaat) is de verlaging van het verplichtingenbudget het gevolg van de uitfasering van het bilaterale programma in Rwanda.

Uitgaven

Mutaties Miljoenennota

Artikelonderdeel 2.3 Klimaat

Er wordt in 2022 op klimaat non-ODA een additionele bijdrage gedaan aan de organisatie IRENA. Vanuit de begroting van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK) wordt hiervoor in 2022 EUR 125.000 overgeheveld naar de BHOS-begroting.

Overige mutaties Tweede suppletoire begroting 2022

Artikelonderdeel 2.1 Voedselzekerheid

Het uitgavenbudget voor voedselzekerheid is per saldo met EUR 10 miljoen verhoogd als gevolg van een overheveling van artikelonderdeel 5.2 overig armoedebeleid. Dit betreft een aanvulling van een cash transfer programma in Ethiopië naar aanleiding van de BHOS-beleidsnota «Doen waar Nederland goed in is» zoals toegelicht in het bestedingsvoorstel Sociale Bescherming conform C.W. 3.1. Daarnaast zijn er technische herverdelingen over instrumenten op het gebied van ecologisch houdbare voedselsystemen.

Artikelonderdeel 2.2 Water

Het uitgavenbudget voor water wijzigt niet. Wel zijn er op het gebied van waterbeheer en drinkwater en sanitatie een aantal technische herverdelingen tussen instrumenten die leiden tot de mutaties in tabel 5.

Artikelonderdeel 2.3 Klimaat

Binnen het budget op artikel 2.3 (klimaat) is een extra bijdrage gedaan van EUR 7,5 miljoen voor de operatie rondom de verwaarloosde olieopslagtanker El Safer die voor de kust van Jemen ligt en potentieel kan zorgen voor een olieramp met gigantische humanitaire, ecologische en economische gevolgen. Hiermee is in totaal EUR 15 miljoen bijgedragen aan deze operatie.

Artikel 3: Sociale vooruitgang

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 6 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 3 Sociale vooruitgang (Tweede suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)
  

Stand ontwerp begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting

    

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire begroting

 
       
  

2022

2022

2022

2022

2022

  

(1)

(2)

  

(4)=(2+3)

       
 

Verplichtingen

964 068

959 403

0

‒ 187 059

772 344

       
 

Uitgaven:

     
       
 

Programma-uitgaven totaal

855 456

905 456

0

‒ 2 840

902 616

 

waarvan juridisch verplicht

 

86%

  

100%

       

3.1

Seksuele en reproductieve gezondheid en rechten en hiv/aids

529 119

579 119

0

1 160

580 279

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

SRGR en hiv/aids

104 343

156 140

0

‒ 9 568

146 572

 

Global Fund to Fight Aids, Malaria and Tuberculosis

0

52 000

0

0

52 000

       
 

Opdrachten

     
 

SRGR en hiv/aids

22 000

15 000

0

‒ 5 175

9 825

       
 

Bijdrage aan agentschappen

     
 

Rijksdienst voor ondernemend Nederland

100

400

0

‒ 300

100

       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

WHO/PAHO

6 713

6 713

0

‒ 1 000

5 713

 

SRGR en hiv/aids

171 950

193 191

0

2 915

196 106

 

UNFPA

75 000

75 000

0

‒ 11 152

63 848

 

UNAIDS

20 000

20 000

0

0

20 000

 

Partnershipprogramma WHO

12 013

15 216

0

557

15 773

 

Global Fund to Fight Aids, Malaria and Tuberculosis

52 000

0

0

0

0

 

UNICEF

9 000

9 000

0

0

9 000

 

Vrouwenrechten en keuzevrijheid

56 000

36 459

0

24 883

61 342

       

3.2

Vrouwenrechten en gendergelijkheid

51 643

51 643

0

0

51 643

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

Vrouwenrechten

36 243

36 912

0

2 928

39 840

       
 

Opdrachten

     
 

Vrouwenrechten

1 000

1 000

0

‒ 750

250

       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

Vrouwenrechten

8 400

7 731

0

‒ 2 178

5 553

 

UNWOMEN

6 000

6 000

0

0

6 000

       

3.3

Maatschappelijk middenveld

205 144

205 144

0

‒ 4 000

201 144

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

Twinningsfaciliteit Suriname

700

960

0

‒ 858

102

 

Versterking maatschappelijk middenveld

191 861

182 802

0

‒ 3 618

179 184

       
 

Opdrachten

     
 

Versterking maatschappelijk middenveld

4 000

10 000

0

700

10 700

 

Versterking maatschappelijk middenveld Monitoringsfonds

0

1 000

0

‒ 820

180

       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

Versterking maatschappelijk middenveld

8 583

10 382

0

596

10 978

       

3.4

Onderwijs

69 550

69 550

0

0

69 550

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

Onderzoeksprogramma's

1 500

1 500

0

0

1 500

       
 

Opdrachten

     
 

Onderwijs

0

200

0

‒ 140

60

 

Hoger Onderwijs

48 251

48 251

0

‒ 18 000

30 251

       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

Onderwijs

9 799

9 599

0

‒ 7 128

2 471

 

Global partnership for education

10 000

10 000

0

25 268

35 268

Toelichting

Verplichtingen

De verlaging van het verplichtingenbudget van artikel 3 bedraagt per saldo EUR 187 miljoen. Deze afname is het gevolg van de per saldo neerwaartse mutaties op artikelonderdelen 3.1 (Seksuele en reproductieve gezondheid en rechten en hiv/aids) en 3.4 (Onderwijs).

Voor artikelonderdeel 3.1 (Seksuele en reproductieve gezondheid en rechten en hiv/aids) zijn er een aantal verplichtingen gewijzigd. Zo wordt een voorziene nieuwe bijdrage aan de World Health Organization (WHO) pas in 2023 aangegaan in plaats van 2022. Ook is een bijdrage aan UNFPA met een jaar verlengd, in plaats van meerjarig. Hierdoor vallen de verplichtingen lager uit dan verwacht.

Voor artikelonderdeel 3.4 (Onderwijs) vallen de verplichtingen voor het NUFFIC-programma lager uit door het aflopen van het programma.

Uitgaven

Geen toelichting.

Artikel 4: Vrede, veiligheid en duurzame ontwikkeling

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 7 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 4 Vrede, veiligheid en duurzame ontwikkeling (Tweede suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)
  

Stand ontwerp begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting

    

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire begroting

 
       
  

2022

2022

2022

2022

2022

  

(1)

(2)

  

(4)=(2+3)

       
 

Verplichtingen

992 714

1 464 076

0

192 383

1 656 459

       
 

Uitgaven:

     
       
 

Programma-uitgaven totaal

807 652

951 914

0

‒ 9 000

942 914

 

waarvan juridisch verplicht

 

90%

  

100%

       

4.1

Humanitaire hulp

430 517

512 279

0

6 000

518 279

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

Noodhulpprogramma's

107 000

107 000

0

20 000

127 000

       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

Noodhulpprogramma's

240 500

314 262

0

‒ 47 000

267 262

 

Noodhulpprogramma's non-ODA

1 017

1 017

0

0

1 017

 

UNHCR

33 000

33 000

0

0

33 000

 

UNRWA

13 000

13 000

0

6 000

19 000

 

Wereldvoedselprogramma

36 000

44 000

0

27 000

71 000

       

4.2

Opvang en bescherming in de regio en migratiesamenwerking

162 000

219 000

0

0

219 000

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

Opvang in de regio

5 000

5 000

0

0

5 000

       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

Opvang in de regio

123 000

180 000

0

0

180 000

 

Migratie en ontwikkeling

34 000

34 000

0

0

34 000

       

4.3

Veiligheid en Rechtstaatontwikkeling

215 135

220 635

0

‒ 15 000

205 635

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

Legitieme stabiliteit

7 000

7 000

0

0

7 000

 

Inclusieve vredes- en politieke processen

8 000

13 500

0

‒ 2 400

11 100

 

Vredesdividend: werkgelegenheid en basisvoorzieningen

2 000

2 000

0

‒ 250

1 750

 

Functionerende rechtsorde

21 205

33 743

0

‒ 576

33 167

       
 

Opdrachten

     
 

Inclusieve vredes- en politieke processen

0

1 500

0

0

1 500

       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

Legitieme stabiliteit

9 000

9 000

0

‒ 5 900

3 100

 

Functionerende rechtsorde

132 930

121 142

0

‒ 18 545

102 597

 

Inclusieve vredes- en politieke processen

35 000

32 750

0

12 671

45 421

Toelichting

Verplichtingen

Het verplichtingenbudget is met name verhoogd voor het aangaan van meerjarige committeringen voor het UN Peace Building Fund, het DPPA (Department of Political and Peacebuilding Affairs) Multi Year Appeal en het UNDP-DPPA Joined Programme. Daarnaast zijn er verhogingen voor UNRWA (zie toelichting onder uitgaven Humanitaire Hulp), Afghanistan in verband met committeringen voor het Afghanistan Reconstruction and TrustFund / Special TrustFund for Afghanistan, een nieuw cross border justice programma in de Grote Meren, Rule of Law en Justice for All programma's in Ethiopië en het vredesprogramma in Jemen. Verder zijn er technische ophogingen door in 2021 uitgestelde verplichtingen voor een Rule of Law programma in Tunesië en in Niger vanwege aanpassingen in de dollar wisselkoers.

Uitgaven

Mutaties Tweede suppletoire begroting 2022

Artikelonderdeel 4.1 Humanitaire Hulp

Een verhoging van de bijdrage aan UNRWA, de VN-organisatie voor hulp aan Palestijnse vluchtelingen. Deze bijdrage is - net als in voorgaande jaren - bedoeld om de continuiteit van de dienstverlening door UNRWA te helpen garanderen. Deze is extra onder druk komen te staan door prijsstijgingen vanwege de voedsel- en energiecrisis.

De verhoging met EUR 47 miljoen vanwege de toegenomen honger in de wereld als gevolg van de voedselcrisis wordt overgeheveld van het instrument bijdrage aan internationale organisaties voor Noodhulpprogramma's naar de instrumenten voor World Food Programme (bijdrage) en een subsidie voor Noodhulpprogramma's ten behoeve van het UN Central Emergency Response Fund.

Artikelonderdeel 4.3 Veiligheid en rechtsorde

De per saldo verlaging van artikelonderdeel 4.3 is toe te schrijven aan de verlaging van het landenbudget Afghanistan voor bijdragen aan internationale organisaties voor een goed functionerende rechtsorde. Het is vanwege de situatie daar niet mogelijk om voldoende activiteiten op het gebied van veiligheid en rechtsorde te implementeren. Het resterende saldo van mutaties op dit instrument komt door bijstellingen in de uitvoering van diverse landenprogramma's. De grootste mutaties betreffen verlagingen van het Justice Law and Order Sector programma in Oeganda en het Rule of Law programma in Tunesië, en een verhoging in verband met een cross border justice en MHPSS (Mental Health and Psychosocial Support) programma in het Grote Meren gebied.

Verder worden vanuit het instrument Legitieme stabiliteit bijdragen overgeheveld naar het instrument voor inclusieve vredes- en politieke processen. De verhoging op dit laatste instrument is nodig in verband met een programma van IOM (International Organization for Migration) in Jemen en diverse bijdragen vanuit centrale middelen, waaronder voor het Multi Year Appeal van het Peace Building Fund van de VN.

Artikel 5: Multilaterale samenwerking en overige inzet

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 8 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 5 Multilaterale samenwerking en overige inzet (Tweede suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)
  

Stand ontwerp begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting

    

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire begroting

 
       
  

2022

2022

2022

2022

2022

  

(1)

(2)

  

(4)=(2+3)

       
 

Verplichtingen

502 542

505 942

10 850

‒ 222 260

294 532

 

waarvan garantieverplichtingen

     
 

waarvan overige verplichtingen

502 542

505 942

  

294 532

       
 

Uitgaven:

     
       
 

Programma-uitgaven totaal

275 575

279 710

54 822

9 618

344 150

 

waarvan juridisch verplicht

 

85%

  

53%

       

5.1

Multilaterale samenwerking

151 410

155 090

0

177 763

332 853

       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

UNIDO

1 950

1 950

0

‒ 583

1 367

 

UNDP

28 814

28 814

0

1 186

30 000

 

UNICEF

31 814

31 814

0

1 186

33 000

 

Speciale multilaterale activiteiten

4 077

4 077

0

4 000

8 077

 

Assistent deskundigenprogramma

9 000

9 000

0

‒ 500

8 500

 

Internationale Financiële Instellingen

5 490

5 490

0

10 474

15 964

 

Middelenaanvullingen multilaterale banken en fondsen

63 789

67 289

0

0

67 289

 

Kapitaalaanvullingen bij regionale ontwikkelingsbanken

6 476

6 656

0

0

6 656

 

Bijdrage aan IFI's voor steun Oekraine

0

0

0

162 000

162 000

       

5.2

Overig armoedebeleid

107 314

124 620

10 850

‒ 51 986

83 484

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

Kleine activiteiten posten en cultuur en ontwikkeling

9 905

8 325

0

155

8 480

 

Nationale SDG Implementatie

0

650

0

‒ 60

590

       
 

Opdrachten

     
 

Nationale SDG Implementatie

0

200

‒ 150

0

50

       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

UNESCO

4 400

4 400

0

‒ 317

4 083

 

Diverse ondersteunende activiteiten

30 041

45 847

11 000

‒ 41 351

15 496

 

Kleine activiteiten posten en cultuur en ontwikkeling

410

2 590

0

‒ 155

2 435

 

Schuldverlichting

62 308

62 308

0

‒ 10 088

52 220

 

Voorlichting op het terrein van Ontwikkelingssamenwerking

250

300

0

‒ 170

130

       
       

5.4

Nog te verdelen i.v.m. wijzigingen BNI en/of toerekeningen

16 851

0

43 972

‒ 116 159

‒ 72 187

       
       
       
       
       
 

Ontvangsten

45 310

47 040

0

‒ 918

46 122

       

5.20

Ontvangsten en restituties met betrekking tot leningen

24 134

24 134

0

‒ 918

23 216

       

5.21

Ontvangsten OS

21 176

21 176

0

0

21 176

       

5.22

Koersverschillen OS

0

0

0

0

0

       

5.23

Diverse ontvangsten non-ODA

0

1 730

0

0

1 730

Toelichting

Verplichtingen

De verplichtingenruimte voor artikel 5 is per saldo verlaagd. Dit komt hoofdzakelijk doordat de verplichtingenruimte die gereserveerd stond voor de meerjarige committeringen voor UNDP, UNICEF en het African Development Fund naar 2023 zal doorschuiven.

Daarnaast wordt het verplichtingenbudget met EUR 162 miljoen verhoogd voor het voorbereiden van Oekraïne op de aankomende winter (winterization). Ook wordt het verplichtingenbudget verhoogd met EUR 25 miljoen voor het Resilience and Sustainability Trust (RST) van het IMF, EUR 2,5 miljoen voor technische assistentie voor de European Bank for Reconstruction and Development (EBRD) en EUR 5 miljoen voor het Joint Fund 2030.

Uitgaven

Artikelonderdeel 5.1 Multilaterale samenwerking

Mutaties Tweede suppletoire begroting 2022

Het uitgavenbudget van artikelonderdeel 5.1 (Multilaterale samenwerking) wordt verhoogd. Dit komt hoofdzakelijk door een bijdrage voor het voorbereiden van Oekraïne op de aankomende winter (winterization). Voor deze bijdrage heeft het kabinet EUR 162 miljoen vrij gemaakt uit de generale middelen. Deze uitgaven zijn daarmee beleidsmatig gereserveerd.

In 2022 wordt er een eenmalige betaling gedaan voor technische assistentie voor Oekraïne via de European Bank for Reconstruction and Development (EBRD). Ook wordt er een eenjarige committering aangegaan met het Joint Fund 2030. Daarnaast worden de bijdragen voor UNDP en UNICEF verhoogd en daarmee teruggebracht naar het gebruikelijke niveau.

Artikelonderdeel 5.2 Overig armoedebeleid

Miljoenennota mutaties

Bij Miljoenennota is het budget op artikel 5.2 verhoogd, hoofdzakelijk vanwege de geraamde koersverliezen van EUR 11 miljoen.

Overige mutaties Tweede suppletoire begroting 2022

Het uitgavenbudget op artikel 5.2 (Overig armoedebeleid) wordt naar beneden bijgesteld. Deze verlaging heeft een aantal oorzaken. Een deel van het budget wordt overgeheveld naar artikel 5.1 Multilaterale samenwerking ter dekking van de technische assistentie van de European Bank for Reconstruction and Development (EBRD) en bijdragen aan het het Joint Fund 2030, UNICEF en UNDP. Daarnaast wordt er EUR 20 miljoen overgeheveld naar artikel 2 (Voedselzekerheid) en artikel 3 (SRGR) voor de herstart van sociale bescherming programma’s in respectievelijk Ethiopië en Benin. Deze overheveling is in lijn met de BHOS-nota ("Doen waar Nederland goed in is") en het verdiepende bestedingsvoorstel. Ook is er sprake van onderuitputting op verschillende decentrale budgetten van kleine ODA-activiteiten.

Verder wordt het budget dat gereserveerd staat voor de Verdragsmiddelen Suriname (EUR 16,5 miljoen) overgeheveld naar verdeelartikel 5.4. De Verdragsmiddelen zullen in 2022 niet meer tot betaling komen en zullen in 2023 weer beschikbaar zijn

Artikelonderdeel 5.4 Nog te verdelen i.v.m. wijzigingen BNI en/of toerekeningen

Miljoenennota mutaties

Vanwege de positieve economische ontwikkeling volgens de op Prinsjesdag gepubliceerde Macro Economische Verkenning (MEV) wordt het verdeelartikel voor 2022 naar boven bijgesteld.

Overige mutaties Tweede suppletoire begroting 2022

Per saldo neemt de stand van het verdeelartikel 5.4 af. De belangrijkste oorzaak is een tegenvaller van EUR 160 miljoen voor de ODA-toerekening in 2022 van eerstejaarsopvang van asielzoekers uit DAC-landen. Het meerjarige deel van deze raming wordt komend voorjaar verwerkt. Hiertegenover staat ondere andere een overheveling vanuit artikel 5.2 vanwege de Verdragsmiddelen voor Suriname. Deze middelen blijven, conform de uitvoering van het verdrag, de komende jaren wel beschikbaar.

Naar boven