36 229 Wijziging van onder meer de Wet studiefinanciering 2000 in verband met de herinvoering van de basisbeurs in het hoger onderwijs, de verstrekking van een tegemoetkoming aan studenten die onder het studievoorschotstelsel hebben gestudeerd en de verruiming van de 1-februariregeling voor ho-studenten die zijn doorgestroomd vanuit het mbo (Wet herinvoering basisbeurs hoger onderwijs)

Nr. 38 GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN DE LEDEN KOEKKOEK EN DASSEN TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 11

Ontvangen 21 februari 2023

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

I

In artikel I wordt na onderdeel J een onderdeel ingevoegd, luidende:

Ja

In artikel 5.2, vierde lid, wordt na de tweede zin ingevoegd «Indien de ho-student een basisbeurs ontvangt krachtens artikel 12.30a wordt het bedrag daarvan in mindering gebracht op het bedrag van de in de vorige zin bedoelde lening.»

II

In artikel I, onderdeel Y, wordt na artikel 12.30 een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 12.30a. Basisbeurs voor cohorten onder het studievoorschot hoger onderwijs

Een ho-student die gedurende de periode, genoemd in artikel 12.30, tweede lid, onderdeel a, geen aanspraak kon maken op een basisbeurs en in studiejaar 2022–2023 aanspraak maakte op studiefinanciering als bedoeld in artikel 3.1, tweede lid, niet zijnde het collegegeldkrediet, en die na het tijdstip van inwerkingtreding van artikel I, onderdeel D, van de Wet herinvoering basisbeurs hoger onderwijs geen of slechts voor een periode van ten hoogste 12 maanden aanspraak kan maken op de basisbeurs, komt voor zover wordt voldaan aan de van toepassing zijnde voorwaarden gedurende de studiejaren 2023–2024 en 2024–2025 op aanvraag in aanmerking voor studiefinanciering in de vorm van een basisbeurs als bedoeld in artikel 3.6.

Toelichting

Met ingang van aankomend collegejaar zal een nieuwe generatie studenten een basisbeurs ontvangen, evenals een groep studenten die per aankomend collegejaar nog een of meerdere jaren prestatiebeurs geniet. De indieners achten het echter van groot belang dat ook de zogenoemde «pechgeneratie» studenten die de afgelopen jaren gedurende hun gehele prestatiebeursperiode onder het leenstelsel zijn gevallen (of die vanaf studiejaar 2023–2024 slechts maximaal een jaar recht op een basisbeurs hebben), maar door (onvoorziene) omstandigheden studievertraging hebben opgelopen, de komende twee jaar nog aanspraak kunnen maken op de basisbeurs. Dit amendement voorziet in een basisbeursrecht voor de duur van twee jaar voor deze groep studenten. Uit de beantwoording van de feitelijke vragenronde ter voorbereiding op de OCW-begrotingsbehandeling bleek dat dit een groep van ca. 77.100 studenten zou betreffen. In het artikel is bepaald onder welke voorwaarden studenten voor de extra basisbeurs in aanmerking komen. Met de eis dat in de studiejaren 2023–2024 en 2024–2025 moet zijn voldaan aan de van toepassing zijnde voorwaarden, wordt erop gedoeld dat moet zijn voldaan aan de algemene eisen die voor het ontvangen van studiefinanciering gelden, zoals onder meer opgenomen in artikel 2.13 WSF 2000 (zoals de eis dat er nog geen 10 jaren zijn verstreken met ingang van de maand waarover voor het eerst studiefinanciering is toegekend).

Koekkoek Dassen

Naar boven