36 208 Wijziging van de Wet op het kindgebonden budget tot intensivering van het kindgebonden budget in verband met koopkrachtondersteuning, wijziging van de Algemene Ouderdomswet en enkele andere wetten in verband met het afschaffen van de inkomensondersteuning voor AOW’ers en wijziging van de Wet tegemoetkomingen loondomein in verband met aanpassingen van het lage-inkomensvoordeel

Nr. 11 AMENDEMENT VAN HET LID MAATOUG C.S.

Ontvangen 9 november 2022

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

I

Het opschrift komt te luiden: Wijziging van de Wet op het kindgebonden budget tot intensivering van het kindgebonden budget in verband met koopkrachtondersteuning en tot wijziging van de Algemene Ouderdomswet en enkele andere wetten in verband met het afschaffen van de inkomensondersteuning voor AOW’ers

II

In de beweegreden vervalt «en om enkele aanpassingen te doen in het lage-inkomensvoordeel ter ondersteuning van werkgevers en in verband met de bijzondere verhoging van het wettelijk minimumloon».

III

Artikelen Va en Vb vervallen.

IV

Artikel VI komt te luiden:

Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, met uitzondering van artikel V dat in werking treedt met ingang van 1 januari 2023.

Toelichting

Dit amendement regelt dat de voorgenomen verruiming van het lage-inkomensvoordeel (LIV) wordt geschrapt uit het wetsvoorstel. Het kabinet heeft immers met goede reden aangekondigd dat het lage-inkomensvoordeel per 2025 volledig afgeschaft wordt. Het lage-inkomensvoordeel is een ondoelmatige en ineffectieve regeling, die werkgevers een prikkel biedt om lonen laag te houden. Het oorspronkelijke doel van het LIV, werkgevers prikkelen werknemers uit een bepaalde doelgroep aan te nemen, raakt überhaupt uit het zicht, omdat wordt voorgesteld de maatregel met terugwerkende kracht over 2022 te doen gelden; het is duidelijk dat een prikkel met terugwerkende kracht niet bestaat.

Budgettair

Volgens de nota van wijziging1 waarin de verruiming van het LIV is opgenomen kost deze maatregel in 2023 € 211 miljoen en in 2024 € 156 miljoen. Deze kosten worden met dit amendement dus bespaard. De indieners stellen voor de vrijgekomen middelen bijvoorbeeld te gebruiken voor verlaging van de aof-premie.

Maatoug Nijboer Dassen


X Noot
1

Kamerstukken II 2022/23, 36 208, nr. 8.

Naar boven