36 202 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Belastingplan 2023)

Nr. 94 MOTIE VAN DE LEDEN IDSINGA EN STOFFER

Voorgesteld 9 november 2022

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat in de Overbruggingswet box 3 een verdeling wordt gemaakt van verschillende vermogensbestanddelen, waaronder een categorie «overig», en dat in deze categorie wordt uitgegaan van een rendement van ruim 6%;

constaterende dat de Hoge Raad heeft geoordeeld dat de wetgever bij het hanteren van een forfaitair stelsel de werkelijkheid moet trachten te benaderen;

overwegende dat voor sommige vermogensbestanddelen, zoals winstdelende kapitaalverzekeringen, obligaties of vermogen van verpachters, een rendement van 6% op voorhand niet altijd haalbaar is;

overwegende dat verfijning van deze categorie kan bijdragen aan de houdbaarheid van een heffing die beter aansluit op het werkelijk behaalde rendement;

verzoekt de regering om in het komende jaar de noodzaak van deze verfijning te evalueren en indien nodig bij het volgende belastingplan met een voorstel te komen voor verdere verfijning van de categorie «overig», waarbij het principe van het trachten te benaderen van de werkelijkheid leidend is,

en gaat over tot de orde van de dag.

Idsinga

Stoffer

Naar boven