36 202 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Belastingplan 2023)

Nr. 18 AMENDEMENT VAN HET LID BECKERMAN

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

In artikel XV worden voor onderdeel A twee onderdelen ingevoegd, luidende:

00A

In artikel 2, eerste lid, vervalt onderdeel d.

0A

In artikel 6b, eerste lid, wordt onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel b, onder 6°, door «; of» een onderdeel toegevoegd, luidende:

  • c. verenigingen en stichtingen die op de voet van de Woningwet bij koninklijk besluit zijn toegelaten als instellingen die in het belang van de volkshuisvesting werkzaam zijn.

Toelichting

Navraag bij de fiscalisten van woningcorporaties leert dat de afschaffing van de vennootschapsbelasting in 2023 tussen 1 en 1,1 miljard kost. In ruil voor de afschaffing van deze vennootschapsbelasting dient de Minister voor Volkshuisvesting & Ruimtelijke Ordening in de Nationale Prestatieafspraken op te nemen dat de vrijgekomen middelen onder andere voor een meerjarige huurbevriezing gebruikt dienen te worden.

Veel huurders zitten financieel klem. Zij houden aan het einde van de maand onvoldoende over om de noodzakelijke uitgaven zoals eten en drinken te kunnen doen. De SP vindt het noodzakelijk dat er ingegrepen wordt in het betaalbaar maken van de huren. Met de extra middelen die toegelaten instellingen overhouden als gevolg van de afschaffing van de vennootschapsbelasting wordt de Minister voor Volkshuisvesting & Ruimtelijke Ordening verzocht om afspraken te maken over het zo snel mogelijk meerjarig bevriezen van de huren. De winstbelasting heeft vergaande negatieve consequenties voor de operationele kasstromen. De afschaffing van de vennootschapsbelasting voor corporaties is nodig om niet alleen de huren betaalbaar te houden maar in de toekomst ook de investeringen in betaalbare nieuwbouw, de kwaliteit en verduurzaming op peil te brengen en te houden. Het is nu al vrijwel zeker dat de nieuwbouwdoelstellingen van woningcorporaties niet gehaald zullen worden.

De afschaffing van de winstbelasting voor woningcorporaties is gerechtvaardigd omdat woningcorporaties geen winstgedreven instellingen zijn. Het zijn instellingen die door de Minister toegelaten worden om huisvesting voor mensen, die door inkomen of door andere bijzondere omstandigheden anders moeilijk een betaalbare woning kunnen vinden, mogelijk te maken. Zij investeren alle gelden in volkshuisvesting en hebben meer (sociale) verplichtingen dan commerciële verhuurders zoals passend toewijzen, prestatieafspraken, verplicht huisvesten van doelgroepen etc. etc. Daar komt bij dat de winst van woningcorporaties voor een groot deel papieren winst is vanwege de herwaardering van het onroerend goed. Daarnaast zijn wij als Nederland in Europa redelijk uniek met betrekking tot deze belasting voor woningcorporaties. Vele Europese landen hebben hun aanbieders van betaalbare woningen uitgezonderd voor deze winstbelasting.

Beckerman

Naar boven