De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat een particulier die een eenmalige schenking aan een anbi doet, deze
helemaal of deels kan aftrekken van de inkomstenbelasting;
constaterende dat een bv die een schenking aan een anbi doet, deze schenking in de
vennootschapsbelasting deels kan aftrekken van de winst;
overwegende dat een vereniging doorgaans geen anbi-status heeft en daardoor deze voordelen
niet op schenkingen aan verenigingen van toepassing zijn, terwijl verenigingen net
zo goed een maatschappelijk belang dienen en daardoor onmisbaar zijn in de samenleving;
constaterende dat voor schenkingen aan verenigingen strengere regels gelden en deze
alleen aftrekbaar zijn in de inkomstenbelasting als zij als periodieke schenking voor
vijf jaar zijn vastgelegd bij een notaris of in het kader van een jubileum worden
gedaan;
overwegende dat die regels niet in lijn zijn met de waarde die inwoners aan verenigingen
hechten, het doenvermogen van inwoners of financiële behoefte van verenigingen, en
daarmee niet bijdragen aan het dienen van het maatschappelijke belang door verenigingen,
zoals het bevorderen van mentaal en fysiek welzijn en gezondheid en het versterken
van de samenleving;
verzoekt het kabinet te onderzoeken of er mogelijkheden zijn de fiscale faciliteiten
die voor anbi's gelden ook ruimer toe te passen voor verenigingen en wat daarvan de
voor- en nadelen zijn, ook rekening houdende met de aanbevelingen in het adviesrapport
Toezicht op Algemeen Nut van 30 mei 2022;
verzoekt de regering daarbij bijvoorbeeld te kijken naar opties als een ruimere anbi-definitie,
waar ook verenigingen die een bepaald maatschappelijk belang dienen onder kunnen vallen,
of vereenvoudiging en flexibilisering van de regels met betrekking tot schenkingen
via sbbi's in het kader van jubilea, zodat die optie beter kan worden benut,
en gaat over tot de orde van de dag.
Inge van Dijk
Grinwis
Stoffer