Kamerstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Eerste Kamer der Staten-Generaal | 2022-2023 | 36200-XV nr. N |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Eerste Kamer der Staten-Generaal | 2022-2023 | 36200-XV nr. N |
Vastgesteld 17 februari 2023
De vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid1 heeft kennisgenomen van de brief van 28 november 2022 over het tijdelijk Noodfonds Energie.2 De leden van de fracties van GroenLinks en PvdA gezamenlijk en de leden van de fractie van de PvdD hebben hierover een aantal opmerkingen en vragen.
Naar aanleiding hiervan is op 25 januari 2023 een brief gestuurd aan de Minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen.
De Minister heeft op 16 februari 2023 gereageerd.
De commissie brengt bijgaand verslag uit van het gevoerde schriftelijk overleg.
De griffier van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Van der Bijl
Aan de Minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen
Den Haag, 25 januari 2023
De vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft met belangstelling kennisgenomen van uw brief van 28 november 2022 over het tijdelijk Noodfonds Energie.3 De leden van de fracties van GroenLinks en PvdA gezamenlijk en de leden van de fractie van de PvdD hebben hierover nog enkele opmerkingen en vragen.
Vragen van de leden van de fracties van GroenLinks en PvdA gezamenlijk
De leden van de fracties van GroenLinks en PvdA ondersteunen het doel van het noodfonds: de armoede veroorzaakt door een hoge energierekening is schrijnend en via dit noodfonds moeten mensen snel en eenvoudig geholpen kunnen worden om de winter door te komen. De leden hebben daarover een aantal vragen.
Per wanneer kunnen mensen een aanvraag doen bij dit noodfonds? Op 13 januari 2023 was er bij de deelnemende organisaties nog geen informatie over dit noodfonds. De aan het woord zijnde leden maken zich zorgen over het tempo waarin dit fonds fungeert, gezien het leed van gezinnen met energiearmoede in de winter van 2022/2023. Deelt de regering de zorg van deze leden?
Wie zijn de leden van het bestuur van de Stichting? De Algemene Rekenkamer wijst op het Kader voor Stichtingen en meent dat de regering de stichting heeft doen oprichten en dat de Staten-Generaal betrokken had moeten zijn via een voorhangprocedure.4 De leden van beide fracties vragen hoe de regering de beide Kamers gaat informeren over de werkzaamheden en de resultaten van de stichting.
Ook vragen de aan het woord zijnde leden zich af of, indien de uitvoering van de steun bij energiearmoede een succes blijkt, deze werkwijze via een stichting gebruikt kan worden om compensatie en steunmaatregelen beter te richten op mensen die daadwerkelijk steun nodig hebben.
Ook vragen deze leden zich af of, indien op de vorige vraag bevestigend wordt geantwoord, een dergelijke stichting dan wel via de gebruikelijke procedure wordt opgericht.
Vragen van de leden van de fractie van de PvdD
Blijkens uw brief is ervoor gekozen om een Stichting Noodfonds Energie eenmalig een subsidie te verstrekken met het oogmerk dat het overheidsgeld kan worden gebruikt om daarmee klanten van de energieleveranciers te subsidiëren. De subsidie die de klanten krijgen van de Stichting zijn niet vatbaar voor bezwaar en beroep. De overheid heeft geen bevoegdheden om de Stichting bindende instructies te geven met betrekking tot het verlenen van subsidie aan klanten. De leden van de PvdD-fractie hebben daarover de volgende vragen.
– Is het juist dat het ontbreken van rechtszekerheid en rechtsbescherming niet aan de orde zou zijn geweest, indien een overheidsstichting in het leven zou zijn geroepen?
– Het plan voor een noodfonds is al aangekondigd in de Miljoenennota. Waarom is direct daarna niet het traject gevolgd van het oprichten van een overheidsstichting? Voor zover daarbij wetgeving vereist was, wat stond eraan in de weg om die met spoed te behandelen?
In artikel 4.7, eerste lid onder a en b van de Comptabiliteitswet 2016 is een voorhangprocedure voorgeschreven ten aanzien van rechtshandelingen die strekken tot het doen oprichten van een rechtspersoon en het verstrekken aan een privaatrechtelijke rechtspersoon van eigen vermogen.
– Deze leden vragen of het verschaffen van een overheidstoekenning van maximaal € 50 miljoen aan de Stichting Noodfonds Energie onder «het verstrekken aan een privaatrechtelijke rechtspersoon van eigen vermogen» valt. Zo nee, op grond waarvan komt u tot dat oordeel? Zo ja, wanneer wordt de voorhangprocedure als bedoeld in de Comptabiliteitswet 2016 gestart?
– Doel van de toekenning van subsidie aan de Stichting Noodfonds Energie is dat die stichting als een vehikel gaat fungeren voor het (door)subsidiëren van bedragen aan burgers. Betekent dit niet dat zo niet naar de letter maar dan wel naar de geest sprake is van het (mede) doen oprichten van een privaatrechtelijke rechtspersoon als bedoeld in de Comptabiliteitswet 2016? Zo nee, op grond waarvan komt u tot dat oordeel? Zo ja, wanneer wordt de voorhangprocedure als bedoeld in de Comptabiliteitswet 2016 gestart?
– De Algemene Rekenkamer heeft erop gewezen dat de voorhangprocedure had moeten worden gevolgd.5 Acht u het in overeenstemming met de eisen van legaliteit en rechtszekerheid dat het oordeel van de Algemene Rekenkamer niet wordt gevolgd, zo vragen deze leden.
De leden van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid zien de beantwoording met belangstelling tegemoet en ontvangen deze graag binnen vier weken.
Voorzitter van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid, M.L. Vos
Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 16 februari 2023
Hierbij zend ik u de antwoorden op de Kamervragen van het leden van de fracties van GroenLinks en PvdA gezamenlijk en van de fractie van de PvdD over mijn brief over het Tijdelijk Noodfonds Energie.6
De Minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen, C.J. Schouten
Vraag 1
Per wanneer kunnen mensen een aanvraag doen bij dit noodfonds?
Antwoord 1
Met ingang van 7 februari 2023 kunnen huishoudens die in aanmerking komen voor ondersteuning uit het Tijdelijk Noodfonds Energie een aanvraag doen. Huishoudens kunnen een aanvraag indienen over de periode oktober – december 2022 en/of januari – maart 2023.
Vraag 2
Op 13 januari 2023 was er bij de deelnemende organisaties nog geen informatie over dit noodfonds. De aan het woord zijnde leden maken zich zorgen over het tempo waarin dit fonds fungeert, gezien het leed van gezinnen met energiearmoede in de winter van 2022/2023. Deelt de regering de zorg van deze leden?
Antwoord 2
Het Tijdelijk Noodfonds Energie is een particulier initiatief dat in korte tijd is (door)ontwikkeld. Aanvankelijk verwachtte het fonds eind 2022 operationeel te kunnen zijn. Dit is helaas niet gelukt. Het fonds zag zich geconfronteerd met een aantal juridische (privacy) vraagstukken waarvoor het fonds aanvullende technische voorzieningen heeft moeten treffen. Dit heeft de nodige tijd gekost om dit zorgvuldig te kunnen doen. Met ingang van 7 februari 2023 kunnen huishoudens een aanvraag doen waarbij zij ondersteuning kunnen aanvragen over de periode oktober 2022 – maart 2023. Hiermee blijft het mogelijk dat huishoudens over de gehele winterperiode ondersteuning vanuit het fonds ontvangen.
Vraag 3
Wie zijn de leden van het bestuur van de Stichting?
Antwoord 3
De stichting Tijdelijk Noodfonds Energie is een onafhankelijk en privaatrechtelijk initiatief. Het fonds heeft drie onafhankelijke bestuursleden: dhr. W. Koolmees, dhr. G.A.J. Dubbeld en mw. J.Aanzi. De heer L.A. Asscher is de kwartiermaker van het fonds. Het bestuur van de stichting is verantwoordelijk voor alle activiteiten van het Noodfonds.
Vraag 4
Hoe gaat de regering de beide Kamers informeren over de werkzaamheden en de resultaten van de stichting?
Antwoord 4
Het kabinet ondersteunt het Tijdelijk Noodfonds Energie met een subsidie van maximaal € 50 miljoen. Een van de voorwaarden voor de subsidievertrekking is dat het Tijdelijk Noodfonds Energie tussentijds en achteraf met rapportages inzicht biedt in de werking van het fonds en de mate waarin de beoogde huishoudens worden bereikt. Vanuit mijn rol als subsidieverstrekker blijf ik de uitvoering door het fonds volgen. Ik zal beide Kamers hierover op gezette tijden blijven informeren. In dit kader verwijs ik uw Kamer graag naar mijn brief van 7 februari jl.
Vraag 5
Indien de uitvoering van de steun bij energiearmoede een succes blijkt, kan deze werkwijze via een stichting gebruikt worden om compensatie en steunmaatregelen beter te richten op mensen die daadwerkelijk steun nodig hebben? Zo ja, wordt een dergelijke stichting dan wel via de gebruikelijke procedure wordt opgericht?
Antwoord 5
Voor het kabinet heeft steeds vooropgestaan om huishoudens die ondanks het pakket aan maatregelen niet in staat zijn de energienota te betalen, financieel te willen ondersteunen. Het kabinet heeft in eerste instantie, ook voor de aankondiging in de Miljoenennota, verkend of publiekrechtelijke routes voor handen waren om dit te realiseren. Dit had de voorkeur van het kabinet. Uitkomst van deze verkenning was echter dat de publieke routes op korte termijn geen oplossing konden bieden. Het op dat moment reeds bestaande initiatief van energieleveranciers en maatschappelijke partijen bood die mogelijkheid wel. Het kabinet heeft daarop besloten dit initiatief, onder voorwaarden, te willen ondersteunen. De opzet en werking van het fonds is gericht op het ondersteunen van die huishoudens die, ondanks alle maatregelen zoals bijvoorbeeld het prijsplafond, niet in staat zijn de energienota (volledig) te betalen. In welke mate de werkwijze via een stichting bijdraagt aan het bereiken van deze huishoudens zal gedurende de uitvoering door de stichting, en na afloop moeten blijken. Het kabinet heeft op dit moment geen voornemen om voor de ondersteuning van huishoudens een privaatrechtelijke rechtspersoon op te richten. Vanzelfsprekend zal het kabinet in de situaties waarbij de Comptabiliteitswet 2016 dit voorschrijft, de Staten-Generaal betrekken.
Vraag 6
De subsidie die de klanten krijgen van de Stichting zijn niet vatbaar voor bezwaar en beroep. De overheid heeft geen bevoegdheden om de Stichting bindende instructies te geven met betrekking tot het verlenen van subsidie aan klanten.
Is het juist dat het ontbreken van rechtszekerheid en rechtsbescherming niet aan de orde zou zijn geweest, indien een overheidsstichting in het leven zou zijn geroepen?
Antwoord 6
Indien sprake zou zijn geweest van een overheidsstichting betekent dit niet dat er automatisch sprake is van een bestuursorgaan en daarmee de mogelijkheid van bezwaar en beroep bestaat met betrekking tot beslissingen van die overheidsstichting. De tegemoetkoming uit het fonds, het betreft geen subsidie aan huishoudens zoals de vraagstellers stellen, is niet gebaseerd op een wettelijk geregelde subsidiegrondslag en er is geen sprake van een aanspraak jegens een bestuursorgaan.
Vraag 7
Het plan voor een noodfonds is al aangekondigd in de Miljoenennota. Waarom is direct daarna niet het traject gevolgd van het oprichten van een overheidsstichting? Voor zover daarbij wetgeving vereist was, wat stond eraan in de weg om die met spoed te behandelen?
Antwoord 7
Het kabinet had de voorkeur voor uitvoering door een publieke partij of een bestaande regeling. De verkende publieke routes boden echter op korte termijn geen oplossing. Uit de vraagstelling leid ik af, dat het evident was dat dan een overheidsstichting opgericht zou moeten worden. Voor het kabinet is het (doen) oprichten van een stichting nooit een overweging geweest. De initiatiefnemers zijn begin vorig jaar gestart met een pilot en zij hebben op eigen initiatief een voorstel gedaan ter opschaling van dit initiatief waarbij de uitvoering zou moeten gaan plaatsvinden door een stichting in plaats van door (een van) de initiatiefnemers zelf. Op grond van dit voorstel is het kabinet tot de conclusie gekomen dat subsidieverstrekking aan de private stichting, gelet op de omstandigheden, het meest aangewezen instrument is om hier vanuit de rijksoverheid een bijdrage aan te leveren. Het kabinet heeft, indachtig zijn rol als subsidieverstrekker geen afspraken met de initiatiefnemers gemaakt omtrent de oprichting van de stichting.
Vraag 8
In artikel 4.7, eerste lid onder a en b van de Comptabiliteitswet 2016 is een voorhangprocedure voorgeschreven ten aanzien van rechtshandelingen die strekken tot het doen oprichten van een rechtspersoon en het verstrekken aan een privaatrechtelijke rechtspersoon van eigen vermogen. Valt het verschaffen van een overheidstoekenning van maximaal € 50 miljoen aan de Stichting Noodfonds Energie onder «het verstrekken aan een privaatrechtelijke rechtspersoon van eigen vermogen»? Zo nee, op grond waarvan komt u tot dat oordeel? Zo ja, wanneer wordt de voorhangprocedure als bedoeld in de Comptabiliteitswet 2016 gestart?
Antwoord 8
Het kabinet heeft bij de subsidieverstrekking onder andere de voorwaarde gesteld dat het verleende bedrag uitsluitend gebruikt mag worden ten behoeve van ondersteuning van huishoudens met financiële problemen door een hoge energierekening. Dit betekent dat alle, vanuit het Rijk beschikbaar gestelde, gelden worden aangewend voor de directe ondersteuning van huishoudens en niet voor de materiele en personeelskosten. Bij de definitieve vaststelling van de subsidie zal dit, middels een financieel verslag vergezeld van een accountantsverklaring, worden gecontroleerd. Indien aan de orde, wordt een resterend bedrag teruggevorderd. Van het verstrekken van eigenvermogen aan het Tijdelijk Noodfonds Energie is daarmee geen sprake.
Vraag 9
Doel van de toekenning van subsidie aan de Stichting Noodfonds Energie is dat die stichting als een vehikel gaat fungeren voor het (door)subsidiëren van bedragen aan burgers. Betekent dit niet dat zo niet naar de letter maar dan wel naar de geest sprake is van het (mede) doen oprichten van een privaatrechtelijke rechtspersoon als bedoeld in de Comptabiliteitswet 2016? Zo nee, op grond waarvan komt u tot dat oordeel? Zo ja, wanneer wordt de voorhangprocedure als bedoeld in de Comptabiliteitswet 2016 gestart?
Antwoord 9
Gezien het maatschappelijk belang om problematische schuldenopbouw te voorkomen had het de voorkeur van het kabinet om betreffende huishoudens middels een publieke uitvoerder te ondersteunen. Het kabinet heeft daarom in eerste instantie verkend of publiekrechtelijke routes voor handen waren om dit te realiseren. Uitkomst van deze verkenning was dat de publieke routes op korte termijn geen oplossing konden bieden. Het op dat moment al bestaande initiatief van energieleveranciers en maatschappelijke partijen bood die mogelijkheid wel. Het kabinet heeft daarop besloten dit initiatief, onder voorwaarden, te willen ondersteunen. In dat geval is ondersteuning middels een subsidie aan de stichting de aangewezen weg. De ondersteuning die de stichting aan huishoudens biedt is geen subsidie: huishoudens worden ondersteund door een verlaging van de energienota en ontvangen zelf geen gelden. Voor het kabinet is het (doen) oprichten van een stichting nooit in overweging geweest. Het kabinet heeft met de initiatiefnemers geen afspraken gemaakt omtrent de oprichting van de stichting.
Vraag 10
De Algemene Rekenkamer heeft erop gewezen dat de voorhangprocedure had moeten worden gevolgd. Acht u het in overeenstemming met de eisen van legaliteit en rechtszekerheid dat het oordeel van de Algemene Rekenkamer niet wordt gevolgd?
Antwoord 10
Ik heb begrip voor de wijze waarop de Algemene Rekenkamer tot haar zienswijze is gekomen, gegeven het belang dat zij hecht aan de sturingsmogelijkheden door het Rijk die via subsidieverlening nu eenmaal beperkt zijn. Dat geldt ook voor de zorgen over een toegankelijke rechtsbescherming aan burgers. Alles afwegende en bij gebrek aan werkbare terugvalopties, heeft het kabinet ervoor gekozen om, ondanks deze beperkingen, het Tijdelijk Noodfonds Energie te steunen met een subsidie. Ik heb dit ook aan de president van de Algemene Rekenkamer kenbaar gemaakt. Daarbij heeft het kabinet aangegeven dat ik met de Algemene Rekenkamer het belang van de betrokkenheid van beide Kamers onderstreep.
Samenstelling:
Kox (SP), Essers (CDA), Kennedy-Doornbos (CU), Vos (PvdA) (voorzitter), Van Strien (PVV), Oomen-Ruijten (CDA), Schalk (SGP), Stienen (D66), De Bruijn-Wezeman (VVD) (ondervoorzitter), A.J.M. van Kesteren (PVV), Van Rooijen (50PLUS), Van Ballekom (VVD), Crone (PvdA), Frentrop (Fractie-Frentrop), Geerdink (VVD), Van Gurp (GL), Moonen (D66), Rosenmöller (GL), vacant (GL), De Vries (Fractie-Otten), De Blécourt-Wouterse (VVD), Van Pareren (Fractie-Nanninga), Berkhout (Fractie-Nanninga), Raven (OSF), Prast (PvdD) en N.J.J. van Kesteren (CDA).
Algemene Rekenkamer, 21 november 2022, Oprichting stichting noodfonds energiearmoede, 22007379 R
Algemene Rekenkamer, 21 november 2022, Oprichting stichting noodfonds energiearmoede, 22007379 R
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-36200-XV-N.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.