36 200 VIII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2023

Nr. 254 BRIEF VAN DE MINISTER EN STAATSSECRETARIS VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 6 juli 2023

Sinds 2019 ontmoeten de Ministers van onderwijs, cultuur en wetenschap van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en Nederland elkaar om afspraken te maken binnen het Koninkrijk. In dat kader heeft op 16 en 17 januari 2023 het jaarlijkse Ministerieel Vierlandenoverleg Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (M4LO) plaatsgevonden op Curaçao. Op 20 april en 30 juni van dit jaar vond daarnaast een digitaal M4LO plaats over aansluiting op het vervolgonderwijs voor Caribische studenten en de doorlichting van het onderwijsbestel in de Caribische landen.

Via deze brief informeren wij u over de besproken onderwerpen en de voortgang van de gemaakte afspraken. Tevens lichten wij de laatste ontwikkelingen toe inzake het Herdenkingsjaar Slavernijverleden. In deze brief gaan wij ook in op de status van het BSN voor Caribische studenten naar aanleiding van de motie van de leden de Hoop en Wuite.1

Vierlandenoverleg

Het overleg op 16 en 17 januari 2023 werd voorgezeten door de Minister van Onderwijs, Wetenschap, Cultuur en Sport van Curaçao, de heer Sithree van Heydoorn. Voor Aruba waren de Minister van Onderwijs en Sport, de heer Endy Croes, en de Minister van Financiën en Cultuur, mevrouw Xiomara Maduro, aanwezig. Voor Sint Maarten was de Minister van Onderwijs, Cultuur, Jeugd en Sport, de heer Rodolphe Samuel, aanwezig. Namens Nederland waren ondergetekenden aanwezig. Voorafgaand aan het M4LO vindt regelmatig op ambtelijk niveau met de vier landen overleg plaats om op de beleidsterreinen onderwijs, cultuur en wetenschap samen te werken. De onderwerpen van het M4LO worden uitgewerkt in werkgroepen, die hun voortgang en bevindingen rapporteren aan de Ministers door middel van memo’s. De overeengekomen afspraken kunt u lezen in de bijgevoegde slotconclusies; enkele mijlpalen lichten wij graag verder toe.

Studiefinanciering

Naar aanleiding van de aanbeveling van de Nationale ombudsman is een werkgroep opgericht om de mogelijkheden te onderzoeken voor een automatische gegevensuitwisseling tussen DUO en de Belastingdiensten van Curaçao, Aruba en Sint Maarten. Met een dergelijke uitwisseling zou het inkomen – indien tijdig bekend bij de lokale Belastingdienst – gedeeld kunnen worden met DUO om de hoogte van de aanvullende beurs en de draagkracht bij terugbetalen te bepalen. De (ex-) student hoeft daar dan zelf geen actie voor te ondernemen.

Om een dergelijke gegevensuitwisseling mogelijk te maken zijn er meerdere randvoorwaarden. Zo moet er een grondslag in de Europees Nederlandse wetgeving zijn, zodat DUO de gegevens mag ontvangen en verwerken. Deze is reeds aanwezig in de Wet Studiefinanciering 2000. Ook is een veilige manier om de gegevens conform de eisen van de AVG uit te wisselen nodig. Hiervoor wordt gewerkt aan consensus Rijkswetgeving.

Daarnaast moet er nog een grondslag in de wetgeving in Aruba, Curaçao en Sint Maarten zijn om de gegevens te mogen verstrekken. De wetgeving van de drie landen bevat op dit moment geen grondslag om gegevens te mogen verstrekken aan DUO. Daarom wordt er op dit moment door de landen gekeken naar de mogelijkheid om een dergelijke grondslag te creëren.

Platform hoger onderwijs

Naar aanleiding van het M4LO in 2022 is er een werkgroep onderwijsonderzoek ingesteld, waarin de University of Aruba, University of Curaçao, de University of St Martin zitting hebben. De werkgroep komt voort uit de wens om de samenwerking in het hoger onderwijs, in het bijzonder op het gebied van praktijkgericht onderwijsonderzoek, in het Caribisch deel van het Koninkrijk te versterken.

Aan de Ministers is voorgesteld om de werkgroep voort te zetten in 2023, waarbij de scope van de werkgroep breder geformuleerd wordt als platform voor samenwerking hoger onderwijs Caribisch deel van het Koninkrijk. Samenwerking tussen de instituten is gezien de kleinschalige context van de eilanden en de gedeelde opgaven en uitdagingen van groot belang. Een gezamenlijk platform kan die samenwerking verstevigen. In deze bredere overlegstructuur is er zowel ruimte voor onderwerpen op het gebied van onderwijs als andere relevante thema’s voor de drie Caribische universiteiten. Onderwijsonderzoek blijft binnen het netwerk een thema op de agenda. Daarnaast zal het netwerk gezamenlijk een Caribisch pre-academic programma voor een betere aansluiting op het vervolgonderwijs uitwerken.

Doorlichting

In het kader van de landspakketten hebben de Arubaanse, Curaçaose en Sint Maartense onderwijsinspecties in duo-samenwerking met de Inspectie van het Onderwijs een doorlichting van het onderwijsbestel op respectievelijk Aruba, Curaçao en Sint Maarten uitgevoerd. De Nederlandse Inspectie van het Onderwijs heeft enkele rode draden en gezamenlijke uitdagingen gepresenteerd tijdens het M4LO in januari. De Ministers hebben afgesproken een specifieke werkgroep op te richten met Curaçao als trekker, waarbij de Tijdelijke Werkorganisatie (TWO) tevens is aangesloten, om deze gezamenlijke uitdagingen te identificeren. De werkgroep heeft tijdens een virtueel M4LO op 30 juni 2023 een voorstel voorgelegd om op de thema’s uit de doorlichting samen te werken. De Ministers hebben ingestemd met het opzetten van een netwerkstructuur zodat op ambtelijk niveau informatie, kennis en ervaringen kunnen worden uitgewisseld tussen de vier landen. Daarnaast hebben de Ministers de werkgroep gevraagd concrete samenwerkingsacties, zoals het ontwikkelen van een gezamenlijk curriculum voor schoolbesturen en -directies, door middel plannen van aanpak verder uit te werken.

Studiesucces Caribische studenten

Na het M4LO 2021 hebben de Ministers van de vier landen de regiegroep studiesucces Caribische Studenten, onder voorzitterschap van Ron Bormans, in het leven geroepen.2 Binnen deze regiegroep wordt integraal gekeken naar de belemmeringen die Caribische studenten ervaren in de voorbereiding op de eilanden op een vervolgstudie in Nederland of elders, tijdens en na afloop van hun studie.

In september 2022 heeft de regiegroep een werkconferentie georganiseerd op Aruba, waar onderwijsinstellingen en overheden van alle zes Caribische eilanden binnen het Koninkrijk en Europees Nederland bijeen zijn gekomen om tot voorstellen voor een betere aansluiting op vervolgonderwijs te komen. Daarnaast is in Europees Nederland de samenwerking tussen de onderwijsinstellingen voortgezet met een verbeterde ontvangst en begeleiding van Caribische studenten die een studie in Nederland (gaan) volgen.

Naar aanleiding van de conferentie, hebben de Ministers tijdens het M4LO in januari van dit jaar besloten om te starten met drie prioriteiten. Ten eerste willen de vier landen door de Caribische universiteiten, eventueel in samenwerking met Nederlandse hogescholen en universiteiten, een pre-academic year laten (door)ontwikkelen in een gezamenlijk «Caribbean academic foundation year (CAFY)», zodat er voor Caribische studenten een betere aansluiting is op een vervolgstudie. Op de langere termijn zullen elementen van het CAFY worden geïntegreerd in het curriculum van het voortgezet onderwijs als het gaat om de voorbereiding op het vervolgonderwijs.

Ten tweede introduceren de landen een Koninkrijksbeurs, SEA+, om uitwisseling van studenten binnen het Koninkrijk te stimuleren. Dit om de lacune van het programma Erasmus+, dat niet binnen het Koninkrijk kan worden benut, op te vullen. Met het programma SEA+ kunnen bijvoorbeeld Caribische studenten een deel van hun studie in Nederland volgen. Hiermee geven wij invulling aan de motie van de leden Wuite en de Hoop.3

Tenslotte zijn de Ministers overeengekomen dat op elk Caribisch eiland binnen het Koninkrijk een arbeidsmarktanalyse wordt uitgevoerd, waarvan de uitkomsten kunnen worden ingezet voor het verbeteren van de aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt.

In het virtueel M4LO in april 2023 hebben de Ministers ingestemd met een programmateam Strategic Education Alliance (SEA), bestaande uit leden van alle vier landen, dat zich gaat toeleggen op de uitvoering van de drie prioriteiten evenals het verkennen van andere voorstellen uit de werkconferentie. De slotconclusies van de M4LO’s zijn bijgevoegd bij deze brief.

Cultuurfonds

In de afgelopen jaren heeft de werkgroep Cultuurfonds gewerkt aan een voorstel voor een nieuw fonds om de culturele samenwerking tussen de landen te versterken. De Ministers zetten in op een fonds dat onderzoeks- en documentatieprojecten over de cultuur en geschiedenis van het Caribisch deel van het Koninkrijk kan ondersteunen. Op verzoek van de Ministers werkt de werkgroep nu aan het operationeel maken van het fonds, zodat het voor het M4LO van 2024 operationeel kan zijn.

Immaterieel Erfgoed

De werkgroep Immaterieel Erfgoed werkt aan een nieuwe nominatieprocedure voor de internationale ICH (intangible cultural heritage) lijsten van Unesco. Tijdens een werksessie in Den Haag in februari 2023 zijn de leden van de werkgroep bij elkaar gekomen en is er consensus bereikt over een nominatieprocedure, waarbij er vanuit gelijkwaardigheid van alle 6 de eilanden binnen het Koninkrijk is samengewerkt. Deze wordt nu uitgewerkt door de werkgroep.

Herdenkingsjaar Slavernijverleden

In de overige gesprekken tussen de Ministers van de vier landen is het slavernijverleden onderwerp van gesprek geweest. We blijven gedurende het Herdenkingsjaar Slavernijverleden en daarna in dialoog over dit onderwerp. De opvolging van de toezeggingen die voortvloeien uit de kabinetsreactie slavernijverleden staan centraal. Aruba, Curaçao en Sint Maarten zijn hier reeds mee van start gegaan.

De commissie «Bewustwording slavernijverleden Aruba» is voortvarend van start gegaan met een bewustwordingscampagne en dient als belangrijkste gesprekspartner in de opvolging van de excuses. Het Nationaal Archief Aruba is aan de slag met het doorzoekbaar maken van de Koloniale Archieven met behulp van handschriftherkenningssoftware. Op Curaçao is het Plataforma Sklabitut i Herensha di Sklabitut (Platform Slavernij en Slavernijerfenis) betrokken bij de opvolging van de excuses. Daarnaast zal in Curaçao, op 3 oktober van dit jaar de rehabilitatie van Tula plaatsvinden. De Minister-President van Sint Maarten heeft de Advisory Committee on Slavery, Atonement and Reparations ingesteld. De commissie heeft als opdracht de regering van Sint Maarten te adviseren over de opvolging van de excuses, onder andere op basis van een maatschappelijk dialoog.

In het kader van het Herdenkingsjaar Slavernijverleden heeft het Nationaal instituut Nederlands slavernijverleden en erfenis € 75.000 beschikbaar gesteld aan Aruba, Curaçao en Sint Maarten om de organisatie van activiteiten rond 1 juli 2023 gerelateerd aan het slavernijverleden vanuit de samenleving te financieren.

BSN

Op 22 februari 2022 is de motie van de leden De Hoop en Wuite aangenomen die de regering verzoekt het BSN beschikbaar te stellen aan Caribische Studenten.

De ministerraad heeft op 24 maart jl. ingestemd met het wijzigen van het Besluit basisregistratie personen, zodat Caribische studenten bij aanvraag van studiefinanciering via DUO direct een BSN kunnen krijgen. Na de inwerkingtreding van het Besluit is er tijd nodig om de systemen van DUO aan te passen. Gezien de complexiteit hiervan is het voor Caribische studenten die in studiejaar 2024–2025 starten met de studie in Nederland mogelijk om bij aanvang van hun studie een BSN te ontvangen.

Om de studenten die starten in studiejaar 2023–2024 te ondersteunen heeft BZK samen met OCW een brief gestuurd aan alle Nederlandse gemeenten. Hierin is gevraagd om voor Caribische studenten het proces voor inschrijving in de basisregistratie personen (BRP) zo vlot mogelijk te laten verlopen. De Rijksdienst voor Identiteitsgegevens (RvIG) kan gemeenten hierbij ondersteunen. Mochten studenten alsnog problemen ondervinden en vertraging oplopen in het proces van inschrijving in de BRP bij gemeenten van vestiging dan kunnen deze studenten direct contact opnemen met medewerkers van RvIG via het stappenplan op de website van het RvIG.4

Vervolg

Het aankomende M4LO zal in Nederland plaatsvinden in november 2023. In de tussentijd houden de landen elkaar op de hoogte van de ontwikkelingen. Gezamenlijk zijn er concrete afspraken gemaakt om het onderwijs en de culturele sector op korte en langere termijn te versterken, die wij nauw zullen monitoren. Wij zetten ons er voor in bij het volgende M4LO weer verdere stappen te zetten om de samenwerking binnen het Koninkrijk op onderwijs, cultuur en wetenschap te versterken.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, R.H. Dijkgraaf

De Staatssecretaris van Cultuur en Media, G. Uslu

Naar boven