De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de regering per brief op 17 mei jongstleden (36 200-IV, nr. 89) heeft aangekondigd financiële middelen vrij te maken voor Aruba, Curaçao en Sint-Maarten
die ertoe moeten leiden dat de energietransitie versnelt, de levensstandaard en werkgelegenheid
verbetert en uiteindelijk zal leiden tot duurzame economische versterking en weerbaarheid;
constaterende dat op dit moment geen regionale ontwikkelingsmaatschappij aanwezig
is in het Caribisch deel van het Koninkrijk;
overwegende dat in Europees Nederland regionale ontwikkelingsmaatschappijen bekendstaan
als regionale aanjagers van innovatie- en concurrentiekracht;
van mening dat een regionale ontwikkelingsmaatschappij een wezenlijke bijdrage zou
kunnen leveren aan de duurzame sociaaleconomische ontwikkeling in het Caribische deel
van het Koninkrijk;
verzoekt de regering een haalbaarheidsstudie uit te voeren naar de mogelijkheid om
een regionale ontwikkelingsmaatschappij in het Caribische deel van het Koninkrijk
op te richten, die zich toespitst op lokale business development ten aanzien van digitalisering,
klimaat, duurzame landbouw en het ondernemingsklimaat;
verzoekt de regering om in deze haalbaarheidsstudie te verkennen in hoeverre de financiële
aflossing van de coronaleningen ingezet kan worden voor deze Caribische regionale
ontwikkelingsmaatschappij,
en gaat over tot de orde van de dag.
Wuite