Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 28 juni 2024
Met deze brief ontvangt uw Kamer de adviezen van (1) het Maatschappelijk Impact Team
(MIT), de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving (RVS) en het College voor de Rechten
van de Mens (College), (2) het RIVM en (3) diverse uitvoeringspartners in het kader
van de verkenning naar aanvullende bevoegdheidsgrondslagen voor de Wet publieke gezondheid.
De coronacrisis had een ongekende omvang. De crisis liet zien dat Nederland goed voorbereid
moet zijn op een eventuele toekomstige pandemie. Daarom zijn verschillende stappen
ondernomen, op basis van meerdere adviezen en evaluaties, om te zorgen voor een effectievere
bestrijding van toekomstige uitbraken van infectieziekten. Eén van deze stappen is
aanpassing van de Wet publieke gezondheid in tranches. Met de Eerste tranche wijziging
Wet publieke gezondheid zijn bevoegdheidsgrondslagen gecreëerd om verplichtende collectieve
maatregelen te kunnen treffen ten behoeve van de bestrijding van een (dreigende) epidemie
van een A1-infectieziekte en zijn procedurele waarborgen opgenomen voor de toepassing
van die bevoegdheden.1 Tijdens de behandeling van de Eerste tranche merkte de Raad van State in zijn advies
op dat de gereedschapskist met maatregelen in het wetsvoorstel mogelijk beperkt is
in omvang voor infectieziekten met andere kenmerken dan luchtweginfecties zoals covid-19.
Daarom is toegezegd dat wordt onderzocht of het toevoegen van nieuwe specifieke bevoegdheidsgrondslagen,
noodzakelijk en proportioneel is.
Op 25 april 2023 heeft mijn voorganger de Kamer geïnformeerd over de aanpak van dit
onderzoek.2 Er is gekozen voor een stapsgewijze verkenning vanuit een breed perspectief. In de
eerste stap is aan epidemiologische experts gevraagd welke aanvullende bevoegdheidsgrondslagen
kunnen worden verkend. Dit heeft geresulteerd in een advies van het RIVM, waarover
uw Kamer in de brief van 13 oktober 2023 is geïnformeerd.3 Het Ministerie van VWS heeft aan experts vanuit verschillende disciplines gevraagd
te reflecteren op de inventarisatie van mogelijke aanvullende bevoegdheidsgrondslagen,
om op die manier de sociaalmaatschappelijke en economische, medisch-ethische, juridische
en uitvoeringsaspecten mee te nemen. Daarnaast zijn vervolgvragen aan het RIVM gesteld.
Het MIT, de RVS en het College zijn in eerste instantie separaat gevraagd te reflecteren
en hebben ervoor gekozen gezamenlijk op te trekken in de advisering vanwege de veronderstelde
meerwaarde en ter voorkoming van mogelijke overlap in de uitwerking. Met deze brief
wordt voldaan aan de toezegging uw Kamer te informeren over de uitkomsten van deze
tweede stap in de verkenning (T03611).
Ik wil de partijen, die hebben geadviseerd in de verkenning naar aanvullende bevoegdheidsgrondslagen
voor de Wet publieke gezondheid, bedanken voor hun advisering en betrokkenheid. Hun
diverse kennis en expertise dragen bij aan een brede beoordeling van de impact van
de desbetreffende maatregelen. Ook zijn zeer waardevolle aanbevelingen gegeven over
algemene grondslagen en procedures en toegankelijkheid van de zorg. Het al dan niet
opnemen van aanvullende bevoegdheidsgrondslagen in de Wet publieke gezondheid, op
basis van nadere analyse van de verschillende adviezen, en de opvolging van de overige
aanbevelingen laat ik aan het volgende kabinet.
De Minister voor Medische Zorg, P.A. Dijkstra