36 138 Regels ter uitvoering van Verordening (EU) 2021/784 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2021 inzake het tegengaan van de verspreiding van terroristische online-inhoud (PbEU 2021, L 172) (Uitvoeringswet verordening terroristische online-inhoud)

B VOORLOPIG VERSLAG VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR JUSTITIE EN VEILIGHEID1

Vastgesteld 20 februari 2023

1. Inleiding

De leden van de fracties van GroenLinks en de PvdA gezamenlijk hebben met interesse kennisgenomen van de hier aan de orde zijnde wet ter implementatie van EU verordening 2021/784. Zij hebben hier nog enkele vragen over. De leden van de SP-fractie sluiten zich aan bij de vragen gesteld door de leden van de GroenLinks- en PvdA-fractie.

De leden van de PVV-fractie hebben kennisgenomen van het voorstel en hebben de volgende vragen hierover.

2. Zelfstandig bestuursorgaan

Het advies van de Raad van State bij deze wet wijst op spanning die voortvloeit uit de keuze van de regering om ter uitvoering een zelfstandig bestuursorgaan (verder: zbo) op te richten, ten opzichte van de ministeriële verantwoordelijkheid met bijbehorende politieke verantwoording. De leden van de fracties van GroenLinks en de PvdA onderkennen deze spanning. Tezelfdertijd zien zij dat de Tweede Kamer de oprichting van een zbo heeft geaccordeerd en hierbij middels amendementen de openbaarheid en rechtsbescherming heeft versterkt. Controle op de beslissingen van het zbo lijkt hiermee verder te zijn verschoven van het politieke domein naar het juridische domein. Hoe waardeert de regering de door de amendementen aangebrachte wijzigingen in de wet? Op welke wijze kan de Minister worden aangesproken op individuele beslissingen van het zbo? Op welke wijze kan de Minister worden aangesproken op het bredere functioneren van het zbo? Welke bevoegdheden heeft de Minister om in te grijpen op het functioneren van het zbo in algemene zin en op concrete individuele beslissingen? Deze leden gaan ervan uit dat de Minister verantwoordelijk is en blijft voor de afdoende financiering, kwaliteit en capaciteit van het zbo. Klopt dat? Op welke wijze wordt dit geregeld?

3. Gemeentelijk niveau

De aanpak van terrorisme in Nederland vindt niet enkel op nationaal niveau plaats, maar ook op gemeentelijk niveau. In de memorie van toelichting wordt er niet ingegaan op de taak van de burgemeester. Kan de regering de leden van de fracties van GroenLinks en de PvdA een toelichting geven over hoe de Autoriteit Online Terroristisch en Kinderpornografisch Materiaal. (AOTKM) zich gaat verhouden tot de lokale aanpak van terrorisme, zoals op het gebied van afstemming en samenwerking?

4. Bevoegdheden Minister

In reactie op het advies van de Raad van State antwoordt de regering dat de bevoegdheid om beleidsregels vast te stellen ten aanzien van de Autoriteit Persoonsgegevens niet past bij de vereiste onafhankelijkheid. Wel heeft de Minister de bevoegdheid tot het benoemen, voordragen en schorsen van de leden van de Autoriteit (artikel 3 lid 2 Wetsvoorstel). Kan de regering nader duiden en verhelderen hoe ver deze rol in het benoemen, schorsen en voordragen van de leden strekt en waarom dit geen politieke inmenging, en de schijn ervan, bewerkstelligd, zo vragen de leden van de fracties van GroenLinks en de PvdA.

De leden van de PVV-fractie lezen op pagina twee van het gewijzigd voorstel van wet:

Artikel 3. Inrichting

  • 1. De Autoriteit bestaat uit drie leden, onder wie de voorzitter.

  • 2. De leden van de Autoriteit worden op voordracht van Onze Minister bij koninklijk besluit benoemd, geschorst of ontslagen.

  • 3. Benoeming vindt plaats op grond van de deskundigheid die nodig is voor de uitoefening van de taken van de Autoriteit, alsmede op grond van maatschappelijke kennis en ervaring.

  • 4. De voorzitter wordt benoemd voor een periode van vijf jaar. De overige leden worden benoemd voor een periode van vier jaar. De voorzitter en de overige leden kunnen worden herbenoemd voor eenzelfde periode.

  • 5. Schorsing en ontslag van de leden van de Autoriteit vindt slechts plaats wegens ongeschiktheid of onbekwaamheid dan wel wegens andere zwaarwegende in de persoon van de betrokkene gelegen redenen en geschiedt bij koninklijk besluit. De voordracht voor schorsing of ontslag wordt niet gedaan dan nadat de Autoriteit daarover is gehoord.

  • 6. Ontslag van een lid van de Autoriteit vindt voorts plaats op eigen verzoek.

Kan de regering toelichten waarom de voorzitter voor een langere termijn wordt benoemd dan de overige leden? Kunnen mensen worden benoemd door de Minister die a) lid zijn of waren van een politieke partij en/of b) nevenfuncties vervullen (in algemene zin)? De leden ontvangen graag een gemotiveerd antwoord op hun vragen.

5. Zorgvuldige toepassing

In de beantwoording op de Kamervragen lezen de leden van de fracties van GroenLinks en de PvdA dat de maatregelen op een zorgvuldige en niet-discriminerende wijze moeten worden toegepast. Welke waarborgen zijn er vastgesteld aan de geautomatiseerde monitorsinstrumenten om deze niet-discriminerende werkwijze te verzekeren? Zijn de geautomatiseerde monitorsinstrumenten bestendig tegen alle vormen van vooringenomenheid, bijvoorbeeld het verwarren van islamitische en jihadistische liederen? Zo ja, op welke wijze werken deze en kan de regering dit illustreren aan de hand van voorbeelden? Ook, hoe wordt dit in het functioneel ontwerp vormgegeven? Hoe wordt diffusie vormgegeven tussen content die weliswaar radicaal is maar niet strafbaar?

6. Melding

Als er een melding wordt gemaakt van vermoedelijke terroristische online-inhoud wordt deze melding door middel van een menselijke toets binnen de Autoriteit Persoonsgegevens geverifieerd. Daarbij wordt beoordeeld of deze content gekwalificeerd kan worden als terroristische online-inhoud in de zin van de TOI-Verordening. Volgens de regering gaat het onder meer om materiaal dat aanzet tot het plegen van terroristische misdrijven indien dat materiaal (in)direct, bijvoorbeeld door terroristische daden te verheerlijken, het plegen van terroristische misdrijven bepleit. Een uiting van radicale, polemische of controversiële standpunten in het publieke debat over gevoelige politieke vraagstukken mogen echter niet als terroristische inhoud worden aangemerkt (artikel 12 Verordening). Is de regering met deze leden van de fracties van GroenLinks en de PvdA eens dat het onderscheid tussen het aanzetten tot geweld en controversiële standpunten niet zo eenduidig is? Kan de regering een toelichting geven over hoe toekomstige medewerkers van de Autoriteit dit onderscheid zullen maken?

De Autoriteit Persoonsgegevens adviseert, aangezien het wetsvoorstel over beperking van belangrijke grondrechten gaat, dat het des te meer van belang is om de wetgeving in toepassing voorspelbaar te maken. Hoe beoordeelt de regering de huidige voorspelbaarheid van de wet en waar is deze nog gebrekkig? Is de regering met de leden van de fracties van GroenLinks en de PvdA eens dat, om aan deze eis van voorspelbaarheid van toepassing te voldoen, van belang is om duidelijk te maken wat voor berichten er verwijderd zullen worden? Zo ja, kan de regering dan toelichten hoe er in de praktijk onderscheid zal worden gemaakt tussen terroristische uitingen en radicale, polemische of controversiële standpunten?

De leden van de vaste commissie voor Justitie en Veiligheid zien de reactie van de regering – bij voorkeur binnen vier weken – met belangstelling tegemoet.

De voorzitter van de vaste commissie voor Justitie en Veiligheid, De Boer

De griffier van de vaste commissie voor Justitie en Veiligheid, Van Dooren


X Noot
1

Samenstelling:

Backer (D66), De Boer (GL) (voorzitter), Van Dijk (SGP), Van Hattem (PVV), Rombouts (CDA), Baay-Timmerman (50PLUS), Van den Berg (VVD), arbouw (VVD), Bezaan (PVV), De Blécourt-Wouterse (VVD), Dittrich (D66), Doornhof (CDA), Janssen (SP), Karimi (GL), Meijer (VVD), Nicolaï (PvdD), Otten (Fractie-Otten) (ondervoorzitter), Recourt (PvdA), Rietkerk (CDA), Veldhoen (GL), Van Wely (Fractie-Nanninga), Nanninga (Fractie-Nanninga), Raven (OSF), Karakus (PvdA), Talsma (CU), Hiddema (Fractie-Frentrop) en Krijnen (GL).

Naar boven