36 108 Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Financiën voor het jaar 2022 (Derde incidentele suppletoire begroting inzake aandelenemissie Air France-KLM)

29 232 Air France – KLM

R1 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Vastgesteld 30 januari 2024

De leden van de vaste commissie voor Financiën2 hebben kennisgenomen van de brief van de voormalig Staatsagent bij KLM d.d. 24 november 2023 in reactie op de beantwoording van de Minister van Financiën van vragen vanuit de commissie over de vijfde periodieke rapportage van de Staatsagent bij KLM. Deze brief is integraal opgenomen in de bijlage bij deze brief.

Naar aanleiding hiervan is op 29 november 2023 een brief gestuurd aan de Minister van Financiën.

De Minister heeft op 26 januari 2024 gereageerd.

De commissie brengt bijgaand verslag uit van het gevoerde schriftelijk overleg.

De waarnemend griffier van de vaste commissie voor Financiën, Van Luijk

BRIEF VAN DE VOORZITTER VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR FINANCIËN

Aan de Minister van Financiën

Den Haag, 29 november 2023

De leden van de vaste commissie voor Financiën hebben met belangstelling kennisgenomen van de brief van de voormalig Staatsagent bij KLM d.d. 24 november 2023 in reactie op de beantwoording van de Minister van Financiën van vragen vanuit de commissie over de vijfde periodieke rapportage van de Staatsagent bij KLM. Deze brief is integraal opgenomen in de bijlage bij deze brief.

De leden verzoeken u om een kabinetsappreciatie en wensen deze zo spoedig mogelijk te ontvangen.

De voorzitter van de vaste commissie voor Financiën, W.T. van Ballekom

BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 26 januari 2024

Met deze brief reageer ik op het verzoek van de leden van de vaste commissie voor Financiën om een kabinetsreactie naar aanleiding van de brief van de voormalig staatsagent van 24 november 20233. Alvorens een inhoudelijke reactie te geven, wil ik graag een aantal inleidende opmerkingen maken over de functie van de staatsagent en het mandaat dat daarmee gepaard ging.

Als voorwaarden aan een steunpakket worden gesteld, is het belangrijk om ook instrumenten in te zetten om toezicht te houden op de naleving van deze voorwaarden. In het geval van het steunpakket aan KLM is gekozen om hier een staatsagent voor aan te stellen. De staatsagent heeft een formeel mandaat gekregen dat zag op de monitoring van de naleving van de voorwaarden. Hij gaf hier onder andere uitvoering aan door ieder half jaar rapportages op te stellen die ook met uw Kamer zijn gedeeld. Zoals in de Kamerbrief bij de vijfde en tevens laatste rapportage van de staatsagent aangegeven, is met het beëindigen van het steunpakket (april 2023) en de laatste voortgangsrapportage (mei 2023) de opdracht voor de staatsagent ten einde gekomen4.

Op basis van de constateringen in de rapportages van de staatsagent over de naleving van de voorwaarden diende zich de vraag aan welke mogelijkheden het kabinet had om naleving af te dwingen. Dit vraagstuk viel buiten het mandaat van de staatsagent. De opdracht van de staatsagent zag immers uitdrukkelijk niet op het adviseren of beoordelen van eventuele handhaving door het kabinet als gevolg van niet-naleving van (een deel van) de voorwaarden uit het steunpakket. Evenwel heeft de staatsagent hier uitspraken over gedaan, bijvoorbeeld in de conceptversie van de vijfde voortgangsrapportage en de aanbiedingsbrief, waarin hij aangeeft welke handhavingsmogelijkheden er zijn. Mijn ambtenaren hebben destijds aan hem aangegeven dat dit niet tot de opdracht van de staatsagent behoort. Desalniettemin heeft de staatsagent ervoor gekozen zich in de definitieve rapportage uit te spreken over handhavingsmiddelen. Ook heeft hij zich uitgesproken over de uitgevoerde juridische analyses. Gegeven het mandaat van de staatsagent en de beëindiging van de opdracht beschouw ik deze opmerkingen als opmerkingen op persoonlijke titel.

Dat betekent niet dat ik nuttige adviezen over handhaving niet ter harte neem. Voor het analyseren van de mogelijkheden voor handhaving van de steunmaatregelen is advies gevraagd aan twee externe juridisch adviseurs. De door de staatsagent benoemde juridische handhavingsmogelijkheden zijn meegenomen in de analyses van de juridisch adviseurs. Ook is alle andere beschikbare informatie gedeeld met de juridisch adviseurs, waaronder de rapportages van de staatsagent. Belangrijk om hierbij te benoemen is dat de adviseurs zijn uitgegaan van de juistheid van de rapportages van de staatsagent. Ik zie dan ook geen aanleiding om te veronderstellen dat er gebruik is gemaakt van onvolledige of onjuiste aannames, zoals de staatsagent beweert. Over de uitkomst van de juridische analyses zelf is de staatsagent niet vooraf geïnformeerd, omdat hij hier geen betrokkenheid bij heeft en het eventueel inzetten van handhavingsinstrumenten voorbehouden is aan het kabinet.

Voor wat betreft de inhoudelijke reactie op de brief van de staatsagent merk ik graag het volgende op. Uit de analyses komt naar voren dat een juridische procedure, mede op basis van de wijze waarop in 2020 de afspraken geformuleerd zijn in de overeenkomst tussen de staat en KLM (de Framework Agreement), geen reële kans van slagen heeft. In de analyses zijn alle mogelijkheden in kaart gebracht, waaronder ook een gang naar de rechter en het starten van een arbitrageprocedure. Ook ondernemingsrechtelijke acties waar de staatsagent op heeft gewezen, zoals ontslag van bestuurders en/of commissarissen, het niet verlenen van decharge en aansprakelijkstelling van bestuurders en/of commissarissen zijn daarin meegenomen.

Op basis van deze analyses heeft het kabinet afgezien van juridische vervolgstappen tegen KLM. Het kabinet heeft uw Kamer over de uitkomsten van deze analyses geïnformeerd. Het is kabinetsbeleid dat adviezen die zien op de procespositie van de staat niet openbaar worden gedeeld. Openbaarmaking van de analyses kan de procespositie van de staat schaden in (toekomstige) procedures. Wel zal ik de juridische analyses vertrouwelijk ter inzage leggen bij uw Kamer, zodat u daar kennis van kan nemen.

Ik zie geen aanleiding om een onafhankelijke review uit te voeren van de juridische analyses. Beide adviseurs zijn onafhankelijk van elkaar tot eenzelfde conclusie gekomen en ik heb geen reden om te twijfelen aan de inhoud van de juridische adviezen. Om ervoor te zorgen dat alle mogelijkheden in kaart werden gebracht, is er bovendien ook gekozen om twee adviseurs te betrekken bij de analyse in plaats van één adviseur.

Voor een nadere inhoudelijke reactie op de door de staatsagent in zijn brief gemaakte opmerkingen verwijs ik naar de beantwoording van de schriftelijke vragen van het Tweede Kamerlid Van der Lee (GroenLinks) over het nalaten om juridische vervolgstappen tegen KLM te ondernemen5, waarin vragen van gelijke strekking beantwoord zijn. Voor de volledigheid heb ik de beantwoording van deze Kamervragen als bijlage bij deze brief opgenomen.

Tot slot zal er, zoals eerder aangegeven, een evaluatie van het steunpakket plaatsvinden. Streven is om deze in de eerste helft van 2024 af te ronden. De juridische uitwerking zal ook onderdeel zijn van de evaluatie, meer specifiek ten aanzien van de vormgeving, de monitoring, de naleving en de handhaving.

De Minister van Financiën, S.P.R.A. van Weyenberg


X Noot
1

De letter R heeft alleen betrekking op 36 108.

X Noot
2

Samenstelling:

Kroon (BBB) (ondervoorzitter), Van Wijk (BBB), Heijnen (BBB), Griffioen (BBB), Martens (GroenLinks-PvdA), Crone (GroenLinks-PvdA), Karimi (GroenLinks-PvdA), Van Gurp (GroenLinks-PvdA), Rosenmöller (GroenLinks-PvdA), Van Ballekom (VVD) (voorzitter), Van de Sanden (VVD), Vogels (VVD), Bovens (CDA), Bakker-Klein (CDA), Aerdts (D66), Moonen (D66), Van Strien (PVV), Visseren-Hamakers (PvdD), Baumgarten (JA21), Van Apeldoorn (SP), Holterhues (CU), Van den Oetelaar (FVD), Schalk (SGP), Hartog (Volt), Van Rooijen (50PLUS), Van der Goot (OPNL)

X Noot
5

Tweede Kamer, vergaderjaar 2023–2024, 660.

Naar boven