36 067 Wijziging van de Pensioenwet, de Wet inkomstenbelasting 2001 en enige andere wetten in verband met herziening van het pensioenstelsel, standaardisering van het nabestaandenpensioen, aanpassing van de fiscale behandeling van pensioen en enige andere wijzigingen ten aanzien van pensioen (Wet toekomst pensioenen)

Nr. 58 AMENDEMENT VAN HET LEDEN MAATOUG EN NIJBOER

Ontvangen 2 november 2022

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

I

In artikel I, onderdeel FF, wordt in het voorgestelde artikel 52b, tweede lid, na «risicopreferentie» ingevoegd «en risicodraagkracht».

II

In artikel I, onderdeel QQQ, vervalt in het voorgestelde artikel 150e, eerste lid, onderdeel b «, voor zover het ouderdomspensioen betreft, ».

III

In artikel VII, onderdeel FF, wordt in het voorgestelde artikel 63b, tweede lid, na «risicopreferentie» ingevoegd «en risicodraagkracht».

IV

In artikel VII, onderdeel MMM, vervalt in het voorgestelde artikel 145d, eerste lid, onderdeel b «, voor zover het ouderdomspensioen betreft, ».

Toelichting

Dit amendement verbreedt enerzijds de analyse van de transitie-effecten bij de overgang naar het nieuwe stelsel, en anderzijds de periodieke onderzoeken binnen het nieuwe stelsel.

Ten eerste regelt het amendement dat voor het bepalen van transitie-effecten ook de gevolgen voor het nabestaandenpensioen meegenomen worden. De transitie heeft immers ook gevolgen voor het nabestaandenpensioen en niet alleen voor het ouderdomspensioen. Voor het bepalen in hoeverre de transitie evenwichtig is, is het dan ook van belang dat deze gevolgen ook meegenomen worden.

Ten tweede zorgt dit amendement ervoor dat periodiek niet alleen onderzoek moet worden gedaan naar de risicopreferentie van deelnemers, maar ook naar de risicodraagkracht. Dat wil zeggen dat in de periodieke onderzoeken ook gekeken moet worden in hoeverre deelnemers in staat zijn de risico’s te dragen, om te voorkomen dat zij te grote negatieve inkomensgevolgen ondervinden.

Maatoug Nijboer

Naar boven