36 067 Wijziging van de Pensioenwet, de Wet inkomstenbelasting 2001 en enige andere wetten in verband met herziening van het pensioenstelsel, standaardisering van het nabestaandenpensioen, aanpassing van de fiscale behandeling van pensioen en enige andere wijzigingen ten aanzien van pensioen (Wet toekomst pensioenen)

Nr. 48 AMENDEMENT VAN HET LID VAN BEUKERING-HUIJBREGTS

Ontvangen 1 november 2022

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

I

Na artikel I, onderdeel BBB, wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:

BBBa

Aan artikel 115 wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 13. Indien een leeftijdscohort voorafgaand aan het vaststellen van de risicohouding ondervertegenwoordigd is in het verantwoordingsorgaan, vraagt het pensioenfonds bij het uitvragen van de risicohouding de leden van dit leeftijdscohort actief zich aan te melden voor het verantwoordingsorgaan.

II

In artikel I, onderdeel UUU, wordt in artikel 220i, eerste lid, in de aanhef, «BBB, CCC» vervangen door «BBB, BBBa, CCC» en wordt in onderdeel a «112b, 115a,» vervangen door «112b, 115, 115a».

III

Na artikel VII, onderdeel ZZ, wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:

ZZa

Aan artikel 110d wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 8. Indien een leeftijdscohort voorafgaand aan het vaststellen van de risicohouding ondervertegenwoordigd is in het verantwoordingsorgaan, vraagt het beroepspensioenfonds bij het uitvragen van de risicohouding de leden van dit leeftijdscohort actief zich aan te melden voor het verantwoordingsorgaan.

IV

In artikel VII, onderdeel QQQ, wordt in artikel 214g, eerste lid, in de aanhef, «ZZ, AAA» vervangen door «ZZ, ZZa, AAA» en wordt in onderdeel a «109a, 110e,» vervangen door «109a, 110d, 110e,».

Toelichting

Om ervoor te zorgen dat deelnemers kunnen meepraten over hun pensioenregeling, is het van belang dat de medezeggenschap van een pensioenfonds op een representatieve manier is ingevuld. Tegelijkertijd is het van belang dat groepen die in mindere mate vertegenwoordigd zijn in het verantwoordings- of belanghebbendenorgaan, worden benaderd om zitting te nemen in dit orgaan zodat de representativiteit ervan wordt vergroot. Dit kan nader worden ingevuld met een algemene maatregel van bestuur.

Natuurlijk staat het eenieder vrij om zich al dan niet verkiesbaar te stellen voor een verantwoordings- of belanghebbendenorgaan. Omdat groepen deelnemers die ondervertegenwoordigd zijn mogelijk ook minder kennis hebben van het bestaan van deze organen, kan het fonds eraan bijdragen om de representativiteit van deze organen te vergroten waardoor de steun onder deelnemers en gepensioneerden kan groeien. Dit amendement regelt dat pensioenfondsen hier een taak bij krijgen en dat besluitvorming rond het invaren door een representatieve groep vertegenwoordigers wordt besproken.

Van Beukering-Huijbregts

Naar boven